In deze zaak vorderen de kinderen van wijlen vader, die procederen voor zichzelf en als lasthebber van andere eisers, de waardeloosverklaring van een maritaal beslag dat door hun moeder in 1974 op de echtelijke woning is gelegd. Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao heeft op 12 december 2022 uitspraak gedaan in deze kwestie. De eisers stellen dat het beslag van rechtswege is vervallen door de echtscheiding van hun ouders en de toedeling van de woning aan hun vader. Het Kadaster, als gedaagde, voert aan dat de eisers een document moeten overleggen dat bevestigt dat het beslag waardeloos is geworden, voordat het kan worden doorgehaald.
De rechter overweegt dat het maritaal beslag, dat door de moeder is gelegd, vervalt zodra de woning aan de andere echtgenoot wordt toegedeeld. Aangezien de woning bij notariële akte op 16 februari 1976 aan de vader is toegedeeld, is het beslag van rechtswege vervallen. De rechter verklaart dat de inschrijving van het beslag waardeloos is geworden, omdat deze niet meer aan de werkelijkheid beantwoordt. De bewaarder wordt gemachtigd om het beslag door te halen na inschrijving van het vonnis.
De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde wordt afgewezen. Deze uitspraak benadrukt de juridische gevolgen van echtscheiding op maritaal beslag en de verantwoordelijkheden van het Kadaster in dergelijke situaties.