ECLI:NL:OGEAC:2022:23

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
1 maart 2022
Publicatiedatum
3 maart 2022
Zaaknummer
CUR202200166
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van arbeidsovereenkomst en toekenning van vergoeding wegens wijziging van omstandigheden

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 1 maart 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoekster] en Peters Agency B.V. [Verzoekster] heeft een verzoek ingediend tot het nietig verklaren van haar ontslag op staande voet, dat haar op 3 september 2021 was aangezegd. [Verzoekster] stelde dat er een mondelinge arbeidsovereenkomst bestond tussen haar en Peters Agency, terwijl Peters Agency betwistte dat er een arbeidsovereenkomst was en stelde dat [verzoekster] in dienst was van Pan American Life Insurance Company (Palic). Het Gerecht heeft vastgesteld dat er voldoende bewijs was voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst tussen [verzoekster] en Peters Agency, ondanks het ontbreken van een schriftelijke overeenkomst. Het Gerecht oordeelde dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig was, omdat de redenen voor het ontslag niet voldoende dringende redenen opleverden. Het Gerecht heeft Peters Agency veroordeeld tot doorbetaling van het loon aan [verzoekster] en heeft een billijke vergoeding van NAf 4.000,- toegekend bij de ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De kosten van de procedure zijn voor rekening van Peters Agency.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
Zaaknummer: CUR202200166
Beschikking van 1 maart 2022 bij vervroeging
in de zaak van
[VERZOEKSTER],
wonende in Curaçao,
verzoekster,
verweerster in het voorwaardelijk tegenverzoek
hierna: [verzoekster],
gemachtigde: mr. M.A. Koendjbiharie,
tegen
de besloten vennootschap
PETERS AGENCY B.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
verzoekster in het voorwaardelijk tegenverzoek,
hierna: Peters Agency,
gemachtigde: mr. M.M. Bloem,

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties ingediend op 24 januari 2022 ter griffie;
- de producties ingediend door Peters Agency op 17 februari 2022;
- de mondelinge behandeling gehouden op 21 februari 2022 alwaar [verzoekster] is
verschenen bijgestaan door haar gemachtigde en Peters Agency zich heeft laten
vertegenwoordigen door haar directeur de heer [naam 1], bijgestaan door haar
gemachtigde. De gemachtigden hebben mede aan de hand van door hen
overgelegde pleitnotities het woord gevoerd.
1.2.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1. [
Verzoekster] is sedert oktober 2016 werkzaam in het gebouw toebehorende aan Pan American Life Insurance Company of Curaçao and Sint Maarten N.V. (hierna: Palic). Op de gevel van dit pand is een bord bevestigd waarop, onder andere, staat vermeld: ‘Pan American Life Insurance – Peters Agency’. Aan [verzoekster] werd een salaris uitbetaald van NAf 8,50 per uur. [Verzoekster] werkte laatstelijk 40 uur per week en kreeg een maandsalaris van NAf 1.429,- uitbetaald. Dit loon werd aan [verzoekster] elke maand contant uitbetaald door de heer [naam 1].
2.2.
Tussen Palic en de heer [naam 1] bestaat een ‘Agency Manager agreement’ ondertekend op 16 november 2016 met als ingangsdatum 1 november 2016. In de aanhef van de overeenkomst staat het volgende opgenomen:

This agreement effective the 1st day of November 2016 by and between Pan-American Life Insurance Company of Curacao and St. Maarten, N.V., and /or Pan-American Accident and Health Insurance Company, N.V. (herein called “the Company”), of Curacao and [naam 1] (herein called “the Agency Manager”). (When applicable, all masculine gender references to the Agency Manager shall be read as feminine gender), of Peters Agency. (…)
In de voorwaarden staat verder, voor zover hier van belang, het volgende:

2. For the term of this agreement, the Agency Manager is hereby authorized to utilize for Agency purposes such premises and office equipment and facilities as the Company makes available. The Agency Manager, at his option and expense, may provide substitute or additional office equipment and facilities.
3. The Company hereby authorizes the Agency Manager to recruit, train, supervise and motivate Agents for the Company for the purpose of soliciting, procuring, and promptly submitting to the Company applications for insurance and annuity products offered by the Company in the Territory, and the Agency Manager accepts responsibility therefore. (…)
5. The Agency Manager shall send to the Company for execution, three copies of every contract, commission agreement and amendment which he recommends for each Agent appointed, together with full information concerning each Agent, and shall notify the Company when he recommends termination of each contract, with reasons therefore. These contracts, commission agreements and amendments shall be on forms furnished by the Company.
2.2.
Voordat [verzoekster] een aanvang heeft gemaakt met haar werkzaamheden, heeft zij een sollicitatiegesprek gevoerd met de heer [naam 1]. [verzoekster] voerde de functie uit van balie medewerkster. Zij voerde bij de uitvoering van haar werkzaamheden de opdrachten door de heer [naam 1] aan haar gegeven uit. Alle afspraken zijn steeds mondeling gemaakt en een schriftelijke arbeidsovereenkomst is nimmer aangegaan.
2.3.
Op 3 september 2021 heeft de heer [naam 1] via whatsapp aan [verzoekster] bericht dat de werkrelatie met haar wegens een vertrouwensbreuk met onmiddellijke ingang wordt beëindigd.
2.4.
In een brief, geschreven op het briefpapier van Palic en ondertekend door de heer [naam 1], gedateerd 2 september 2021 en door [verzoekster] ontvangen op 29 september 2021, staat, voor zover hier van belang, het volgende:

Dear Mrs. [verzoekster],
This serves as a letter of recommendation for you work performance in the Peters Agency at Pan American Life Insurance Company as the Agency secretary performing necessary tasks. We do appreciate your work performance help since October 2016 up to present date at the Agency.
As this Global Pandemic Covid-19 arise we did experience an enormous decrease in the Agency production. Unfortunately, we must reduce the Agency expenses due to above mentioned situation. Therefore, we are pressed to terminate this relation with you as per October 2nd 2021, with these 30 days in advance written termination. In order for you to be able to receive Community Support I recommend you this letter of recommendation for social support purposes.
2.5. [
Verzoekster] heeft bij brief van 24 september 2021 en vervolgens nogmaals bij brief van 29 september gericht aan ‘Pan American Life Insurance Company’ en ‘Peters Agency’ te kennen gegeven niet in te stemmen met het aan haar gegeven ontslag.
2.6.
Bij brief van 11 januari 2022 gericht aan ‘Pan American Life Insurance Company N.V. / Peters Agency’ heeft [verzoekster] door tussenkomst van haar advocaat de nietigheid van het ontslag ingeroepen en bericht zich beschikbaar te houden de overeengekomen werkzaamheden te verrichten.
2.7.
Op geen van deze brieven is noch door Palic noch door Peters Agency (schriftelijk) gereageerd.
2.8.
Aan [verzoekster] is haar salaris tot en met 31 augustus 2021 uitbetaald.

3.Het verzoek het voorwaardelijk tegenverzoek

Het verzoek
3.1. [
Verzoekster] verzoekt het gerecht om bij beschikking voor zover uitvoerbaar bij voorraad:
haar toestemming te verlenen om kosteloos te procederen;
voor recht te verklaren dat het ontslag nietig is en Peters Agency te veroordelen aan [verzoekster] haar loon per ingaande september 2021 door te betalen totdat de arbeidsovereenkomst tussen partijen op rechtsgeldige wijze is beëindigd;
Peters Agency te veroordelen in de kosten van deze procedure en tot betaling van de per ingaande september 2021 aangezegde wettelijke rente en de wettelijke verhoging ex artikel 7A:1614q BW alle tot aan de dag der algehele voldoening.
3.2. [
Verzoekster] legt aan haar verzoeken ten grondslag dat tussen haar en Peters Agency een mondelinge arbeidsovereenkomst bestond en dat de beëindiging van die arbeidsovereenkomst door Peters Agency niet rechtsgeldig is geweest.
3.3.
Peters Agency heeft verweer gevoerd en geconcludeerd tot niet-ontvankelijk verklaring van [verzoekster] in haar verzoeken dan wel afwijzing van haar verzoeken en veroordeling van [verzoekster] in de kosten van de procedure. Volgens Peters Agency heeft er nimmer een arbeidsovereenkomst bestaan tussen haar en [verzoekster] maar had [verzoekster] een arbeidsrelatie met Palic.
Het voorwaardelijk tegenverzoek
3.4.
Peter Agency verzoekt het gerecht om bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad de arbeidsovereenkomst tussen partijen onmiddellijk te ontbinden wegens gewichtige redenen c.q. verandering van omstandigheden die van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk dient te beëindigen, althans te ontbinden op een door het gerecht te bepalen datum, zonder toekenning van een vergoeding naar billijkheid aan [verzoekster] en met veroordeling van [verzoekster] in de proceskosten.
3.5.
Op de stellingen en verweren van partijen zal hierna, voor zover voor de beoordeling van belang, nader worden ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Nu uit de door [verzoekster] overlegde kaart rechtgevende op kosteloze rechtsbijstand afdoende van haar onvermogen blijkt, zal haar toestemming worden verleend om kosteloos te procederen.
Het verzoek
4.2.
De eerste vraag die ter beantwoording voor ligt is of er tussen [verzoekster] en Peters Agency een arbeidsovereenkomst is gesloten.
4.3.
Tussen partijen staat vast dat er nimmer een schriftelijke arbeidsovereenkomst tussen partijen is aangegaan. [verzoekster] stelt dat zij middels een mondelinge arbeidsovereenkomst bij Peters Agency werkzaam was. Zij werd door de heer [naam 1] in dienst genomen en voerde in opdracht van hem werkzaamheden uit. Aan haar is nimmer een loonstrookje overhandigd en zij werd maandelijks contant uitbetaald door de heer [naam 1]. Met Palic zelf had zij geen bemoeienis en door Palic is aan haar geïnformeerd dat zij nimmer bij hun in dienst was.
Peters Agency heeft als verweer aangevoerd dat de vennootschap niet actief is en geen werknemers in dienst heeft. Tussen haar en [verzoekster] heeft dan ook nimmer een dienstverband bestaan. [verzoekster] was in dienst van Palic. Tussen Palic en de heer [naam 1] bestond een Agency Agreement, en ter uitvoering van zijn werkzaamheden is door Palic aan hem een Agency secretary ter beschikking gesteld. Door Palic werd aan de heer [naam 1] maandelijks een bedrag van NAf 1.400,- uitbetaald ter zake van ‘office expenses’ en daarvan diende hij het salaris van [verzoekster] te betalen. De office allowance werd uitbetaald op de persoonlijke rekening van de heer [naam 1] en maandelijks door de heer [naam 1] contant uitbetaald aan [verzoekster]. Peters Agency had hier dan ook niets mee van doen.
4.4.
Het gerecht acht het voldoende vast komen te staan dat er tussen [verzoekster] en Peters Agency een arbeidsrelatie was overeengekomen. Aan de voorwaarden voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst is immers voldaan. [verzoekster] heeft gedurende drie opeenvolgende maanden gedurende ten minste acht uren per week, dan wel vijfendertig uren per maand arbeid verricht voor Peters Agency, waarbij [verzoekster] in een hiërarchische verhouding stond tot de heer [naam 1], directeur van Peters Agency. Aan het verweer van Peters Agency dat [verzoekster] die werkzaamheden niet voor haar maar voor Palic verrichte wordt voorbij gegaan, nu dit verweer onvoldoende is onderbouwd.
4.5.
Dat er tussen Palic en de heer [naam 1] in persoon een agentuurovereenkomst bestond en de heer [naam 1], zoals door hem aangevoerd, op grond van die overeenkomst bevoegd zou zijn geweest om op naam en voor rekening van Palic overeenkomsten te sluiten, kan niet tot een andere conclusie leiden. Zo volgt noch uit de agentuurovereenkomst, noch uit de wet, dat de heer [naam 1] bevoegd was om uit hoofde van de agentuurovereenkomst, zonder medeweten en instemming van Palic, arbeidsrelaties aan te gaan die Palic zouden binden. Het artikel 7:428 lid 1 BW waarnaar door Peters Agency wordt verwezen waar de bevoegdheid van de heer [naam 1] uit zou voortvloeien heeft alleen betrekking op overeenkomsten waar de agentuurovereenkomst betrekking op heeft (in dit geval verzekeringsovereenkomsten). Daar komt bij dat lid 2 van dit artikel bepaalt dat deze afdeling niet van toepassing is op agentuurovereenkomsten waarop de Landverordening Assurantiebemiddelingsbedrijf van toepassing is. Het verweer dat er een arbeidsovereenkomst tussen Palic en [verzoekster] bestond omdat zij werd betaald van de office allowance van NAf 1.400,- die door Palic werd uitbetaald aan de heer [naam 1] gaat evenmin op. Voorts volgt uit de overeenkomst tussen Palic en de heer [naam 1] dat indien de heer [naam 1] verzekeringsagenten ter indienstneming aanbeval, de contracten en alle informatie van de agenten steeds door de heer [naam 1] naar Palic diende te worden verstuurd ter uitvoering van die aanbevolen contracten. De heer [naam 1] was dus niet zelf bevoegd om Palic aan een arbeidsovereenkomst te binden. Ook het ontslag diende via Palic zelf te lopen en de heer [naam 1] kon slechts adviseren tot beëindiging van een arbeidsrelatie. Conform de overeenkomst werden alle contracten bovendien aangegaan op formulieren aangeleverd door Palic. Aan het verweer dat er een arbeidsrelatie bestond tussen Palic en [verzoekster] wordt daarom voorbij gegaan.
4.6.
Uit het door [verzoekster] overgelegde uittreksel van de Kamer van Koophandel volgt dat Peters Agency de handelsnaam is van de besloten vennootschap Peters Agency B.V. die werd opgericht op 7 december 2017 maar reeds op 1 mei 2010 werd gevestigd. Peters Agency heeft ter zitting nader toegelicht dat de heer [naam 1] een eenmanszaak exploiteerde onder de naam G.M.P. Insurance doch deze later werd omgezet in een besloten vennootschap onder de handelsnaam Peters Agency. De bedrijfsomschrijving van Peters Agency is, onder andere, het verlenen van diensten en het geven van adviezen met betrekking tot schade en levensverzekeringen, meer in het bijzonder aangaande individuele/collectieve pensioenen en het bemiddelen bij de totstandkoming van de daarop betrekking hebbende overeenkomsten. Deze omschrijving sluit aan bij het doel van de agentuurovereenkomst gesloten tussen de heer [naam 1] en Palic. De heer [naam 1] handelde ook onder de handelsnaam Peters Agency. Deze naam stond immers op de gevel van het pand dat door hem werd gebruikt ter uitvoering van zijn werkzaamheden voortvloeiende uit de agentuurovereenkomst, maar ook komt deze naam voor in de agentuurovereenkomst en geeft de heer [naam 1] in zijn brief gedateerd 2 september 2021 gericht aan [verzoekster] aan dat zij heeft gewerkt voor ‘Peters Agency at Pan American Life Insurance Company’. Als directeur van Peters Agency was de heer [naam 1] bevoegd overeenkomsten aan te gaan namens Peters Agency. [verzoekster] heeft er gelet op al het voorgaande gerechtvaardigd op mogen vertrouwen dat er tussen haar en Peters Agency een arbeidsrelatie was overeengekomen.
4.7.
Gelet op al het voorgaande wordt ook aan het verweer van Peters Agency dat de overeenkomst met [verzoekster] als een overeenkomst van opdracht dient te worden aangemerkt, voorbij gegaan. De verhouding tussen Peters Agency en [verzoekster] bezit alle kenmerken van een arbeidsovereenkomst, zodat bij de verdere beoordeling dit als uitgangspunt te gelden heeft.
4.8.
De vraag of er sprake is van vereenzelviging tussen de heer [naam 1] en Peters Agency valt buiten het bereik van deze procedure, nu de heer [naam 1] niet in persoon is betrokken bij de procedure.
4.9.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat [verzoekster] ontvankelijk is in haar verzoeken. Dan rest de vraag of het aan [verzoekster] aangezegde ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven.
4.10.
Middels whatsapp bericht van 3 september 2021 is aan [verzoekster] te kennen gegeven dat de arbeidsrelatie met haar met onmiddellijke ingang werd beëindigd vanwege een vertrouwensbreuk. Ter zitting is nader toegelicht dat de vertrouwensbreuk in het volgende zou hebben gelegen. Door [verzoekster] waren een kopie van de toegangssleutel en de toegangscodes van het kantoor van Peters Agency verstrekt aan een verzekeringsagent die eveneens werkzaam was in hetzelfde pand. [verzoekster] had de heer [naam 1] hiervan niet op de hoogte gesteld. De heer [naam 1] is hier via de verzekeringsagent van op de hoogte geraakt.
4.11. [
Verzoekster] heeft gesteld dat verschillende verzekeringsagenten in het bezit waren van een sleutel en de toegangscodes, zodat zij geen kwaad zag in haar handelen. [Verzoekster] had dit alleen gedaan omdat haar echtgenoot op sterven lag en zij voorzag dat zij, mocht hij op een werkdag komen te overlijden, het kantoor niet op tijd zou kunnen gaan openen en de medewerker in kwestie aan wie zij de sleutel heeft gegeven haar had geïnformeerd dat zij elke dag al om 7:00 uur op de parkeerplaats van het kantoor aanwezig was.
4.12.
Peters Agency heeft zich op het standpunt gesteld dat [verzoekster] tegen de regels in en zonder haar leidinggevende de heer [naam 1] daarvan op de hoogte te stellen een sleutel aan een onbevoegde heeft overhandigd. Door aldus te handelen is het vertrouwen in haar geschaad.
4.13.
Het gerecht is van oordeel dat het handelen van [verzoekster] geen dringende reden oplevert die een ontslag op staande voet rechtvaardigt. [verzoekster] heeft, onvoldoende gemotiveerd weersproken, gesteld dat zij steeds naar tevredenheid haar werkzaamheden heeft uitgevoerd en dat haar gedurende het dienstverband van vijf jaar nimmer disciplinaire maatregelen zijn opgelegd. Haar handelen, dat ten grondslag ligt aan het ontslag op staande voet, was volgens [verzoekster] ingegeven door de situatie rondom de ziekte en het overlijden van haar echtgenoot en betrof een noodsituatie, hetgeen zij later ook aan de heer [naam 1] heeft uitgelegd. Dit is ter zitting ook bevestigd door de heer [naam 1]. Dat Peters Agency op enige wijze schade heeft geleden door het handelen van [verzoekster] is gesteld noch gebleken, zodat het gerecht van oordeel is dat Peters Agency had kunnen volstaan met een minder zware disciplinaire maatregel dan die van ontslag op staande voet. Het op 3 september 2021 aan [verzoekster] gegeven ontslag op staande voet is dan ook nietig.
4.14.
Peters Agency zal worden veroordeeld tot doorbetaling van het overeengekomen loon aan [verzoekster] vanaf 1 september 2021 totdat aan de overeenkomst rechtsgeldig een einde zal komen. Het verweer van Peters Agency dat [verzoekster] geen recht zou hebben op doorbetaling van haar loon omdat zij niet tijdig de nietigheid zou hebben ingeroepen van het ontslag, slaagt niet. De door [verzoekster] en daarna haar advocaat verzonden brieven waarbij zij nadrukkelijk te kennen geeft niet te berusten in het haar aangezegde ontslag zijn gericht aan zowel Palic als Peters Agency en zijn alle in ontvangst genomen door de heer [naam 1] zelf. Het was voor Peters Agency dan ook al reeds geruime tijd duidelijk dat [verzoekster] het niet eens was met het ontslag en zich beschikbaar hield om haar werkzaamheden te hervatten. Daar komt bij dat het verzoekschrift door [verzoekster] op 24 januari 2022 en dus binnen zes maanden, bij het gerecht is ingediend. Met het voorgaande staat vast dat door [verzoekster] tijdig de nietigheid van het ontslag is ingeroepen.
4.15.
Peters Agency heeft voorts een beroep gedaan op matiging van het aan [verzoekster] uit te betalen loon tot nihil. Peters Agency heeft daarvoor aangevoerd dat zij er nooit op bedacht had hoeven zijn dat [verzoekster] bij haar in dienst was. Volgens Peters Agency is de vennootschap een lege vennootschap en beschikt de vennootschap niet over vermogen nu zij nimmer deel heeft genomen aan het rechtsverkeer en geen omzet heeft gehad. Gelet op de precaire financiële situatie van de vennootschap, dient de loonvordering op nihil te worden vastgesteld.
4.16.
Het gerecht gaat aan het beroep op matiging van Peters Agency voorbij nu Peters Agency haar verweer geheel niet heeft onderbouwd, terwijl het aannemelijk is dat de heer [naam 1] als directeur en enig bestuurder van Peters Agency aansprakelijk kan worden gehouden voor de vorderingen van [verzoekster] op Peters Agency nu in deze procedure voldoende aannemelijk is geworden dat deze situatie door het handelen van de heer [naam 1] is veroorzaakt. Immers heeft de heer [naam 1] toegestaan dat [verzoekster] ruim vijf jaar werkzaamheden onder zijn verantwoordelijkheid heeft verricht zonder dit te formaliseren in een overeenkomst en zonder aan [verzoekster] enige duidelijkheid te verschaffen omtrent de juridische kwalificatie van de samenwerking met haar. [verzoekster] werd cash uitbetaald zonder dat enige premies ten behoeve van haar werden afgedragen, terwijl het salaris onder het minimum loon lag en [verzoekster] evenmin recht had op vakantiedagen. Voor matiging van de loonvordering bestaat gelet op het voorgaande geen grond.
4.17.
De door [verzoekster] verzochte wettelijke vertragingsrente en wettelijke rente zullen worden toegewezen. Het verweer van Peters Agency dat dit verzoek dient te worden afgewezen omdat er geen sprake zou zijn van betalingsonwil en/of schuld zijdens Peters Agency wordt gelet op al hetgeen reeds hiervoor overwogen verworpen.
Het voorwaardelijk tegenverzoek
4.18.
Nu het gerecht van oordeel is dat er tussen partijen een arbeidsovereenkomst bestaat die niet op rechtsgeldige wijze is beëindigd, dient het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst van Peters Agency te worden beoordeeld.
4.19.
Peters Agency heeft verzocht de arbeidsovereenkomst met [verzoekster] met onmiddellijke ingang te ontbinden. Peters Agency heeft daarvoor gesteld dat de arbeidsverhouding met [verzoekster] is verstoord nu er geen enkel vertrouwen meer in haar kan worden gesteld. Daarnaast is de financiële situatie van Peters Agency zeer slecht en zijn er geen financiële middelen om haar salaris uit te betalen. Nu Peters Agency nergens schuld aan heeft, dient de overeenkomst te worden ontbonden zonder toekenning van een vergoeding aan [verzoekster].
4.20. [
Verzoekster] heeft de stellingen van Peters Agency weersproken en gesteld dat er geen grond bestaat voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst met haar. In het vijfjarige dienstverband met [verzoekster] heeft zich één incident voorgedaan die op zichzelf genomen geen grond voor ontbinding van de overeenkomst oplevert. Peters Agency heeft haar structureel te weinig salaris uitbetaald en haar jarenlang in onzekerheid laten werken door haar geen schriftelijke arbeidsovereenkomst aan te bieden en geen loonstroken te verstrekken. Mocht het gerecht al beslissen dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen dient te worden ontbonden dan dient Peters Agency aan [verzoekster] een billijke vergoeding te betalen.
4.21.
Het gerecht is van oordeel dat de arbeidsrelatie tussen partijen inderdaad is verstoord. Dit is echter volledig te wijten aan het handelen van Peters Agency. Niet alleen is Peters Agency na slechts één incident met [verzoekster] direct overgegaan tot ontslag op staande voet van [verzoekster], maar heeft Peters Agency haar in een positie gebracht waarin de rechtsbescherming van [verzoekster] werd aangetast. Peters Agency heeft zich door te handelen zoals zij heeft gedaan niet als goed werkgever gedragen. [verzoekster] heeft ter zitting te kennen gegeven weinig vertrouwen te hebben in een vruchtbare voortzetting van het dienstverband met Peters Agency. De arbeidsovereenkomst tussen partijen zal dan ook worden ontbonden wegens veranderingen in de omstandigheden, welke van dien aard zijn dat de dienstbetrekking billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen. Nu de reden voor ontbinding volledig in de risicosfeer van Peters Agency valt zal het gerecht aan [verzoekster] een billijke vergoeding toekennen. Bij het bepalen van de hoogte van de vergoeding neemt het gerecht enerzijds in aanmerking de duur van het dienstverband tussen partijen en het ernstig verwijtbaar handelen van Peters Agency. Anderzijds houdt het gerecht tevens rekening met de betaling die aan [verzoekster] toekomt uit hoofde van de loonvordering. Het gerecht zal bepalen dat Peters Agency bij ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [verzoekster] aan haar een vergoeding van NAf 4.000,- zal dienen te betalen.
Het verzoek en het tegenverzoek
4.22.
Peters Agency zal als de in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de kosten van de procedure. Die zullen worden begroot op NAf 1.500,- aan gemachtigdensalaris en NAf 50,- aan griffierechten.

5.De beslissing

Het gerecht:
op het verzoek
5.1.
verleent [verzoekster] toestemming om kosteloos te procederen;
5.1.
verklaart het door Peters Agency aan [verzoekster] op 3 september 2021 aangezegde ontslag op staande voet nietig;
5.2.
veroordeelt Peters Agency om aan [verzoekster] het overeengekomen loon van NAf 1.429,- netto per maand vanaf 1 september 2021 te betalen en te blijven betalen totdat de arbeidsovereenkomst op rechtsgeldige wijze zal zijn geëindigd, te vermeerderen met de wettelijke vertragingsrente conform artikel 7A:1614q BW en te vermeerderen met de wettelijke rente;
5.3.
verklaart de beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
op het tegenverzoek
5.4.
stelt partijen in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst te ontbinden met ingang van 15 maart 2022, onder toekenning aan [verzoekster] ten laste van Peters Agency van een vergoeding NAf 4.000,- bruto;
5.5.
geeft aan Peters Agency tot en met 10 maart 2022 de gelegenheid om schriftelijk tegenover [verzoekster] het verzoek in te trekken en daarvan aan de griffier van het gerecht mededeling te doen;
voor het geval het verzoek niet wordt ingetrokken:
5.6.
ontbindt de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst met ingang van
15 maart 2022;
5.7.
kent aan [verzoekster] ten laste van Peters Agency een vergoeding toe van
NAf 4.000,- bruto, te verminderen met de haar eventueel krachtens de Cessantia-landsverordening toekomende uitkering;
Op het verzoek en het tegenverzoek
zowel voor het geval dat het verzoek wordt ingetrokken als voor het geval dat het niet wordt ingetrokken:
5.8.
veroordeelt Peters Agency in de kosten van de procedure gevallen aan de zijde van [verzoekster], begroot op NAf 1.550,- waarvan NAf 50 niet aan [verzoekster], maar aan de griffie van het gerecht dient te worden betaald;
5.9.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. K.A.M. Lasten, rechter, en getekend en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 1 maart 2022 in aanwezigheid van de griffier.