2.1.De volgende feiten zullen in dit geding als tussen partijen vaststaand worden aangemerkt. Deze feiten blijken uit overgelegde stukken en/of volgen uit stellingen van partijen voor zover deze door de ene partij zijn aangevoerd en door de andere partij zijn erkend of niet zijn betwist.
a. CPS houdt zich als havenbedrijf voornamelijk bezig met de lossing en belading van schepen die de Curaçaose haven aandoen.
[werknemer], thans 43 jaar, is op 21 september 1999 in dienst getreden van CPS. Hij was laatstelijk werkzaam als winch/kraandriver tegen een brutoloon van NAf 3.854,45,- per maand.
CPS heeft in november 2021 een wijziging van de ploegendienst doorgevoerd. Met de wijziging werd overgegaan op een dagdienst rooster dat loopt van 7:00 – 16:00 uur. Daarnaast gold een overwerk rooster dat wekelijks werd aangepast. Alle medewerkers werden ingedeeld op het overwerk rooster, waarbij wekelijks de oproepvolgorde werd aangepast. De medewerkers konden dit rooster wekelijks raadplegen om na te gaan wie als eerste voor een overwerkdienst zou worden opgeroepen.
Op 4 februari 2022 bestond er een noodzaak dat er van 16.00 uur tot 23.00 uur werd overgewerkt. [werknemer] werd hiervoor opgeroepen.
[werknemer] heeft het aan hem opgedragen overwerk geweigerd. Op dezelfde dag heeft [werknemer] zich omstreeks 10:40 uur – dit nadat hij het werk eerst voortijdig heeft verlaten en vervolgens terug is gekomen – ziek gemeld bij CPS, waarna hij zich eerst bij zijn huisarts en daarna bij de arbo-arts heeft gemeld.
Uit een ongedateerd schrijven van de huisarts [huisarts] volgt, voor zover hier van belang, het volgende:
is arbeidsongeschikt i.v.m. ziekte op 4-Feb-2022”
Uit een ongedateerd schrijven van Arbo-consult volgt, voor zover hier van belang, het volgende:
“
Werknemer: [werknemer]
(…)
Datum beoordeling ARBO CONSULT: 04-02-2022
4:31 PM
De beoordeling van de bedrijfsarts is als volgt:
Opm:
Betrokkene heeft zich persoonlijk gemeld bij ARBO CONSULT. Er is geen AO toegekend.”
[werknemer] heeft op 4 februari 2022 het werk niet hervat.
i. Op 7 februari 2022 is [werknemer] weer gaan werken. Hij werd toen in aanwezigheid van de vakbond door een vertegenwoordiger van de afdeling personeelszaken gehoord over de gang van zaken op 4 februari 2022. Tijdens het onderzoek dat hierna volgde werd [werknemer] (met behoud van loon) op non-actief gesteld.
Bij brief van 11 februari 2022 heeft CPS [werknemer] op staande voet ontslagen. In deze brief staat, voor zover thans van belang, het volgende vermeld:
“ (...)
Het onderzoek naar uw gedragingen (waaronder met name ook van uw dienstweigering) is thans bekend, daaruit is voor CPS komen vast te staan dat u zich schuldig heeft gemaakt aan voor CPS onacceptabele zaken waardoor voortzetting van onze arbeidsrelatie met u onmogelijk is geworden.
Uw gedragingen zijn voor ons dermate onacceptabel dat wij hebben besloten uw arbeidsovereenkomst bij deze en met onmiddellijke ingang te beëindigen.
Wij resumeren het een en ander:
1.
U heeft op vrijdag 4 februari 2022 opdracht gekregen om van 16.00 uur tot 23.00 uur (in over time) door te werken om het schip klaar te maken voor haar vertrek.
Het was uw beurt om overwerk te verrichten.
2.
U heeft aangegeven dat u het overwerk niet zou uitvoeren, u had daartoe een persoonlijke reden, namelijk een afspraak met uw partner.
3.
Het klemt dat het volgens het overwerkrooster uw beurt was om overwerk uit te voeren. Bij dit laatste geldt er een roostersysteem ter waarborging van de continuïteit van onze dienstverlening, de CPS werknemers moeten er aldus rekening mee houden dat er overwerk kan worden opgedragen.
4.
De afdeling Meldpunt heeft na uw werkweigering getracht andere (niet voor overwerk ingedeelde collega’s) werknemers voor het benodigde overwerk in te zetten, dit is echter niet gelukt.
5.
U handelwijze heeft er in geresulteerd dat er extra werklast op de, net als u voor overwerk ingedeelde werknemer, werd gelegd.
6.
U heeft het werk verlaten doch heeft u zich daarna plotseling weer gemeld om door te geven dat u zich ziek voelde en naar de dokter ging.
7.
U werd daarna (op verzoek van de Directie) door de Vakbond benaderd om door te geven dat u na uw huisartsenbezoek, zich moest melden bij de Medisch Adviseur bij ARBO Consult.
8.
In het gesprek op 7 februari heeft u verklaard dat uw Huisarts op 4 februari uw bloeddruk heeft afgenomen en dat alles in orde met u was.
9.
De bedrijfsarts bij ARBO Consult heeft ook geen aanleiding gevonden voor enige AO.
10.
De bevindingen van zowel uw Huisarts als ook de ARBO arts hebben u er desalniettemin niet toegebracht om alsnog naar het werk terug te keren en het u (rechtmatig) opgedragen overwerk uit te voeren.
U heeft eigenmachtig beslist onverkort weg te blijven en de overwerk opdracht naast u neer te leggen.
Uw verzuim op 4 februari 2022 was dan ook om meerdere redenen ongeoorloofd.
11.
U heeft door uw eigenmachtig optreden het dienstbelang genegeerd, daarbij schaderisico’s op de koop toegenomen en heeft u uw collega’s wederom onredelijk overbelast.
Uit onderzoek is verder gebleken dat u zich ook in het verleden schuldig heeft gemaakt aan plichtsverzuim.(...)
Bovenstaande gedragingen leveren zowel op zichzelf staand als gezamenlijk maar ook in het licht van eerdere feiten en verwijten, dringende redenen op in de zin van artikel 7A:1615 p BW die het ontslag op staande voet rechtvaardigen.(...)”
[werknemer] heeft bij brief van 15 februari 2022 de nietigheid van het aan hem gegeven ontslag ingeroepen. Tevens heeft [werknemer] verklaard dat hij bereid is zijn werkzaamheden te hervatten en heeft hij aanspraak gemaakt op doorbetaling van zijn loon.
Bij brief van 21 februari 2022 heeft CPS aan [werknemer] medegedeeld dat zij volhardt in het gegeven ontslag op staande voet.