Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
1.Verloop van de procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
NAf 1.000,00 +
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft de stichting particulier fonds Cobra Private Foundation (hierna: Cobra) een kort geding aangespannen tegen een gedaagde, die in Curaçao woont. De procedure is gestart op 16 maart 2022 met een verzoekschrift van Cobra, gevolgd door aanvullende producties op 1 april 2022. De mondelinge behandeling vond plaats op 6 april 2022, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. Cobra vordert ontruiming van een perceel met een woonhuis en containers, die in eigendom zijn van Cobra, en die door de gedaagde zonder recht of titel worden bewoond en gebruikt. De gedaagde heeft verweer gevoerd en verzocht om kosteloos te mogen procederen, met afwijzing van de vorderingen van Cobra.
De feiten van de zaak zijn als volgt: in 2007/2008 hebben partijen een overeenkomst gesloten over de koop van het 'Landgoed Van Engelen'. Bij notariële akte van 26 september 2011 heeft de gedaagde het 'Landhuis van Engelen' aan Cobra overgedragen. In een eerdere procedure is de gedaagde veroordeeld tot betaling van een bedrag aan Cobra, en partijen hebben geen rechtsmiddel aangewend tegen dat vonnis. Cobra heeft inmiddels een bedrag van NAf 548.346,50 aan de gedaagde betaald ter afwikkeling van de overeenkomst.
Het gerecht heeft geoordeeld dat de gedaagde het perceel met het woonhuis en de containers moet ontruimen, en dat Cobra recht heeft op een gebruiksvergoeding van NAf 8.500,00 per maand voor het onrechtmatig gebruik van het woonhuis. De ontruiming moet uiterlijk op 1 juni 2022 plaatsvinden. De gedaagde is in de proceskosten veroordeeld, en het verzoek om kosteloos te mogen procederen is afgewezen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.