ECLI:NL:OGEAC:2021:249

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
30 december 2021
Publicatiedatum
31 december 2021
Zaaknummer
CUR202103900
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot bouwstop en aanvraag bouwvergunning in kort geding

In deze zaak, die voor het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao werd behandeld, hebben eisers, bestaande uit de stichting particulier fonds SPF Landhuis Groot Kwartier, Live Strong Private Foundation, Trustmoore (Curaçao) N.V. en Emoore N.V., een kort geding aangespannen tegen gedaagden, die niet verschenen zijn. De eisers vorderen onder andere dat gedaagde sub 1 wordt veroordeeld om binnen twee weken na betekening van het vonnis een aanvraag voor een bouwvergunning in te dienen voor gebouwen die op zijn perceel worden gebouwd, en dat hij een kopie van deze aanvraag per e-mail aan de gemachtigde van eisers verzendt. Tevens vorderen zij dat gedaagden hoofdelijk worden veroordeeld om alle bouwwerkzaamheden op het perceel per direct te staken totdat een onherroepelijke bouwvergunning is verleend.

De achtergrond van de zaak betreft de bouwactiviteiten van gedaagde sub 1 op een perceel dat grenst aan de percelen van eisers. Eisers stellen dat gedaagde sub 1 geen bouwvergunning heeft voor de gebouwen die hij laat bouwen en dat deze gebouwen niet voldoen aan de eisen van goed en deugdelijk werk. Zij vrezen dat de gebouwen constructief onveilig zijn en dat de bouw zonder vergunning onrechtmatig is. De eisers hebben eerder een verzoek ingediend bij het Ministerie van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Ordening om inzage in bouwvergunningen, waaruit bleek dat er geen vergunning geregistreerd was voor het perceel van gedaagde sub 1.

Het Gerecht heeft de vorderingen van eisers toegewezen, omdat deze niet onrechtmatig of ongegrond werden geacht. Gedaagden zijn hoofdelijk veroordeeld in de kosten van de procedure, en het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De rechter heeft de dwangsommen die aan de vorderingen zijn verbonden, passend geacht in verhouding tot de inhoud van de hoofdveroordelingen en het belang van eisers bij nakoming.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
Afdeling Civiel
Zaaknummer: CUR202103900
Datum uitspraak 30 december 2021
Vonnis in kort geding
in de zaak van

1.de stichting particulier fondsSPF LANDHUIS GROOT KWARTIER,

gevestigd in Curaçao,
2. de stichting particulier fonds
LIVE STRONG PRIVATE FOUNDATION,
gevestigd in Curaçao,
3. de naamloze vennootschap
TRUSTMOORE (CURAÇAO) N.V.,
gevestigd in Curaçao,
4. de naamloze vennootschap
EMOORE N.V.,
gevestigd in Curaçao,
eisers,
gemachtigden: mrs. M.D. van den Brink en W. Princée,
tegen

1.[GEDAAGDE SUB 1],

wonende in Curaçao,
2.
[GEDAAGDE SUB 2],
wonende in Curaçao,
gedaagden,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna Groot Kwartier, Live Strong, Trustmoore en Emoore – en gezamenlijk eisers – en [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] – en gezamenlijk gedaagden – worden genoemd.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
- het inleidend verzoekschrift met producties, ingediend op 6 december 2021;
- de mondelinge behandeling op 29 december 2021, alwaar namens eisers de heer [naam 1] is verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde mr. M.D. van den Brink, die beiden het woord hebben gevoerd. Gedaagden zijn niet verschenen. Tegen hen is verstek verleend.
1.2.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1
Groot Kwartier is eigenaar van het perceel en het daarop gebouwde landhuis aan de [adres A] in Willemstad. Groot Kwartier verhuurt dat landhuis aan Trustmoore, die daarin haar kantoor houdt.
2.2
Live Strong is eigenaar van het perceel met het daarop gebouwde kantoorgebouw aan de [adres B] in Willemstad. Zij verhuurt dat kantoorgebouw aan Emoore.
2.3 [
gedaagde sub 1] is eigenaar van een perceel gelegen aan de [adres C] in Willemstad, kadastraal bekend als afdeling 5, sectie 3m, nummer 75 (hierna: het perceel). Het perceel heeft de bestemming stedelijk woongebied. Op het perceel laat [gedaagde sub 1] door [gedaagde sub 2] twee gebouwen bouwen.
2.4
De genoemde percelen van respectievelijk Groot Kwartier en Live Strong grenzen elk aan dat van [gedaagde sub 1].
2.5
Namens eisers is op 19 augustus 2021 een LOB-verzoek ingediend bij het Ministerie van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Ordening en met het verzoek om kopieën van dan wel inzage in een aantal documenten, waaronder
“Alle bouwvergunningen en aanvragen voor bouwvergunningen met betrekking tot het perceel [adres C] (…)”.
Bij brief van 9 september 2021, verzonden 13 september 2021, heeft dat ministerie geantwoord:
“(…) In ons informatiesysteem zien wij geen bouwvergunning geregistreerd onder desbetreffende adres. (…)”
2.6
In opdracht van eisers heeft [naam 2] van Prime Structural Engeneers N.V. (hierna: de deskundige) de constructieve veiligheid van de gebouwen beoordeeld. Zijn bevindingen heeft hij neergelegd in een rapport d.d. 27 oktober 2021. Volgens dat rapport heeft de deskundige op 19 oktober 2021 “een opname gedaan op afstand van de draagstructuur van de gebouwen op het terrein aan de [adres C]”. Dat rapport vermeldt verder dat het erf was afgesloten en dat de deskundige de situatie dus alleen vanaf de weg kon opnemen. Van het pand heeft de deskundige geen bouwtekeningen of constructietekeningen gezien, aldus het rapport. De conclusies van dat rapport luiden als volgt:
“4. Conclusies
Op zijn zachts gezegd wekt de toegepaste bouwmethode en uitvoering geen vertrouwen op. Het lijkt erop alsof de aannemer en of de ontwikkelaar van het project niet gehinderd werd door kennis op het gebied van constructies. De kans bij beide gebouwen op calamiteiten is groter dan normaal. Met name bij extreme weersomstandigheden.
Een aantal punten uit dit rapport zouden weerlegd kunnen worden in een constructie berekening van de gebouwen. Maar dat neemt niet weg dat met name gebouw 1 heel erg slordig gebouwd is qua metselwerk. Dat wekt geen vertrouwen op dat de constructie goed in elkaar zit. (…)”

3.Het geschil

3.1.
Eisers vorderen
“bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
[gedaagde sub 1] te veroordelen om uiterlijk binnen twee weken na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis een aanvraag te hebben ingediend voor een bouwvergunning voor de op het perceel te bouwen (c.q. gebouwde) gebouwen en een kopie daarvan per e-mail ([e-mail]com) aan de gemachtigde van eisers te hebben verzonden, op straffe van een dwangsom van ANG 10.000 per dag of dagdeel dat [gedaagde sub 1] nalaat om aan deze veroordeling te voldoen;
[gedaagde sub 1] te veroordelen om uiterlijk binnen twee weken na ontvangst van de beschikking op de door hem voor de op het perceel te bouwen (c.q. gebouwde) gebouwen een kopie van die beschikking per e-mail ([e-mail]com) aan de gemachtigde van eisers te hebben verzonden, op straffe van een dwangsom van ANG 10.000 per dag of dagdeel dat [gedaagde sub 1] nalaat om aan deze veroordeling te voldoen;
gedaagden hoofdelijk te veroordelen om na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis alle bouwwerkzaamheden op het perceel per direct te staken en gestaakt te houden, totdat een onherroepelijke bouwvergunning voor het perceel zal zijn verleend, op straffe van een dwangsom van ANG 10.000 per dag of dagdeel dat gedaagden in strijd handelen met deze veroordeling;
gedaagden hoofdelijk te veroordelen om binnen één week na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis aan eisers (per e-mail aan hun gemachtigde: ([e-mail]com) kopieën te verstrekken van alle bouwtekeningen (waaronder maar niet uitsluitend alle ontwerptekeningen, bestektekeningen, werktekeningen, detailtekeningen, constructietekeningen en installatietekeningen) en alle constructietekeningen die met betrekking tot de bouwwerkzaamheden op het perceel zijn opgesteld, op straffe van een dwangsom van ANG 10.000 per dag of dagdeel dat gedaagden nalaten om aan deze veroordeling te voldoen;
gedaagden hoofdelijk te veroordelen in de kosten van deze procedure, onder de bepaling dat indien de gedingkosten niet binnen veertien dagen na betekening van de beschikking zijn voldaan, daarover vanaf de vijftiende dag de wettelijke rente is verschuldigd.”
3.2.
In het licht van de feiten leggen eisers - kort gezegd - aan hun vordering het volgende ten grondslag. [gedaagde sub 1] heeft geen bouwvergunning voor de gebouwen op zijn perceel die hij laat bouwen c.q. heeft laten bouwen door [gedaagde sub 2] (hierna: de gebouwen). Gezien de omvang, hoogte en de constructie van de gebouwen is niet waarschijnlijk dat voor de gebouwen een bouwvergunning zal worden verleend. De gebouwen voldoen niet aan de eisen van goed en deugdelijk werk en eisers vrezen dat de gebouwen constructief onveilig zijn. Door zonder wettelijk voorgeschreven bouwvergunning te bouwen, handelen gedaagden in strijd met artikel 7 van de Bouw- en Woningverordening 1935 en daarmee onrechtmatig jegens eisers. Ook door de hoogte en de situering van de gebouwen, in het bijzonder gebouw 1, handelt [gedaagde sub 1] onrechtmatig jegens eisers. Gebouw 1 is namelijk meer dan 8 meter hoog en is vrijwel op de erfgrens met het perceel van Live Strong gebouwd. Daardoor kijkt Emoore, als huurder, tegen een muur van 8,5 – 9 meter hoog aan. De gebouwen beslaan samen bijna de gehele oppervlakte van het perceel van [gedaagde sub 1].
Gedaagden handelen onrechtmatig jegens eisers door te bouwen zonder bouwvergunning en omdat de bebouwing onrechtmatige hinder jegens eisers oplevert. Eisers hebben daarom recht en belang te vorderen dat het gedaagden wordt verboden de bouw voort te zetten zolang geen onherroepelijke bouwvergunning is verleend. Ook hebben eisers recht en belang te vorderen dat [gedaagde sub 1] wordt veroordeeld op korte termijn een bouwvergunning aan te vragen en dat [gedaagde sub 1] wordt veroordeeld hen een kopie van de beschikking op de bouwaanvraag te verstrekken. Het belang van eisers bij de veroordeling een bouwvergunning aan te vragen is gelegen in de mogelijkheid tot toetsing of de gebouwen vergund kunnen worden dan wel moeten worden afgebroken en hun belang bij het verstrekken van de beschikking op de bouwaanvraag in de mogelijkheid op basis daarvan hetzij – ingeval van een afwijzende beschikking - een vordering tot afbraak in te stellen hetzij – ingeval van een verleende bouwvergunning - bezwaar te maken. Volgens het rapport van de deskundige zijn de gebouwen onvakkundig gebouwd en bestaat een hoger risico op calamiteiten; om de constructieve veiligheid van de gebouwen nader te kunnen vaststellen, dienen eisers over de bouwtekeningen en de constructietekeningen te beschikken. Bij afgifte daarvan hebben zij dus een rechtmatig belang.
Eisers hebben gedaagden meermaals verzocht en gesommeerd om de bouw te staken en gestaakt te houden en om de bouw- en constructietekeningen van de gebouwen toe te sturen. Aan die sommaties hebben zij geen gehoor gegeven. Vanaf eind oktober 2021 lijken de bouwwerkzaamheden te zijn gestaakt, maar enige bevestiging daarvan van de zijd van gedaagden is er niet.
3.3.
Gedaagden hebben geen verweer gevoerd.
3.4.
Op de stellingen van eisers wordt hierna, voor zover van belang, nader ingaan.

4.De beoordeling

4.1
De vorderingen van eisers komen het gerecht niet onrechtmatig of ongegrond voor, zodat deze zullen worden toegewezen, zulks met inachtneming van het navolgende.
4.2
Het voorstaande geldt ook met betrekking tot de gevorderde dwangsommen, omdat het gerecht deze in verhouding tot de inhoud van de hoofdveroordelingen en gezien het belang van eisers bij de nakoming daarvan, passend acht.
4.3
Gedaagden zullen hoofdelijk worden veroordeeld in de kosten van dit geding, gevallen aan de zijde van eisers en tot aan dit vonnis begroot op NAf 1.000,00.

5.De beslissing

Het gerecht, rechtdoende in kort geding:
veroordeelt [gedaagde sub 1] om uiterlijk binnen twee weken na betekening van dit vonnis een aanvraag te hebben ingediend voor een bouwvergunning voor de op het perceel te bouwen (c.q. gebouwde) gebouwen en een kopie daarvan per e-mail ([e-mail]com) aan de gemachtigde van eisers te hebben verzonden, op straffe van een dwangsom van NAf 10.000,00 per dag of dagdeel dat [gedaagde sub 1] nalaat om aan deze veroordeling te voldoen;
veroordeelt [gedaagde sub 1] om uiterlijk binnen twee weken na ontvangst van de beschikking op de door hem voor de op het perceel te bouwen (c.q. gebouwde) gebouwen een kopie van die beschikking per e-mail ([e-mail]com) aan de gemachtigde van eisers te hebben verzonden, op straffe van een dwangsom van NAf 10.000,00 per dag of dagdeel dat [gedaagde sub 1] nalaat om aan deze veroordeling te voldoen;
veroordeelt gedaagden hoofdelijk om na betekening van dit vonnis alle bouwwerkzaamheden op het perceel per direct te staken en gestaakt te houden, totdat een onherroepelijke bouwvergunning voor het perceel zal zijn verleend, op straffe van een dwangsom van NAf 10.000,00 per dag of dagdeel dat gedaagden in strijd handelen met deze veroordeling;
veroordeelt gedaagden hoofdelijk om binnen één week na betekening van dit vonnis aan eisers (per e-mail aan hun gemachtigde: ([e-mail]com) kopieën te verstrekken van alle bouwtekeningen (waaronder maar niet uitsluitend alle ontwerptekeningen, bestektekeningen, werktekeningen, detailtekeningen, constructietekeningen en installatietekeningen) en alle constructietekeningen die met betrekking tot de bouwwerkzaamheden op het perceel zijn opgesteld, op straffe van een dwangsom van NAf 10.000,00 per dag of dagdeel dat gedaagden nalaten om aan deze veroordeling te voldoen;
veroordeelt gedaagden hoofdelijk in de kosten van deze procedure, gevallen aan de zijde van eisers en tot aan dit vonnis begroot op NAf 1.000,00, onder de bepaling dat indien de gedingkosten niet binnen veertien dagen na betekening van de beschikking zijn voldaan, daarover vanaf de vijftiende dag de wettelijke rente is verschuldigd;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis, rechter, en op 30 december 2021 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.