ECLI:NL:OGEAC:2021:203

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
28 oktober 2021
Publicatiedatum
23 november 2021
Zaaknummer
CUR202102787
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van loonvordering en toestemming tot kosteloos procederen in arbeidszaak

In deze zaak heeft [verzoeker], een werknemer van de besloten vennootschap CONSIGNACIONES CARIBE CURACAO B.V. (hierna: CCC), een verzoek ingediend bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao. Het verzoek betreft de doorbetaling van zijn loon, dat hij sinds mei 2020 niet meer heeft ontvangen, en de toestemming om kosteloos te procederen. De werknemer, die sinds 1 september 2015 in dienst is bij CCC als Operation Supervisor, heeft een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en een bruto maandsalaris van NAf 4.681,54. De laatste betaling van CCC aan hem dateert van april 2020.

Tijdens de mondelinge behandeling op 21 oktober 2021 was [verzoeker] aanwezig, bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. O. Lodowica. CCC was echter niet verschenen, ondanks dat zij behoorlijk waren opgeroepen. Het gerecht heeft de feiten en stellingen van [verzoeker] in overweging genomen en vastgesteld dat hij recht heeft op kosteloze rechtsbijstand. Het verzoek van [verzoeker] om zijn loon door te laten betalen, vermeerderd met vertragingsrente en wettelijke rente, werd eveneens toegewezen.

De rechter heeft in zijn beslissing bepaald dat CCC wordt veroordeeld tot het doorbetalen van het loon van [verzoeker], vermeerderd met de wettelijke verhoging en wettelijke rente over de loonbedragen. Daarnaast is CCC veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op NAf 2.550,00. De beschikking is uitgesproken op 28 oktober 2021 en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
Zaaknummer: CUR202102787
Beschikking d.d. 28 oktober 2021
inzake
[VERZOEKER],
wonende in Curaçao,
verzoeker,
gemachtigde: mr. O. Lodowica,
tegen
de besloten vennootschap
CONSIGNACIONES CARIBE CURACAO B.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna [verzoeker] en CCC worden genoemd.

1.Het procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift van 28 september 2021, met de daarbij overgelegde
producties;
- de mondelinge behandeling op 21 oktober 2021, alwaar [verzoeker] is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. [Verzoeker] en zijn gemachtigde hebben beiden het woord gevoerd. Namens CCC, hoewel behoorlijk opgeroepen, is niemand verschenen.
1.2.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.De vaststaande feiten

2.1 [
Verzoeker] is per 1 september 2015 in dienst getreden van CCC als Operation Supervisor. Hij heeft een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en verdient een bruto maandsalaris van NAf 4.681,54.
2.2 [
Verzoeker] heeft zich steeds beschikbaar gehouden om zijn werk te verrichten, maar heeft al vanaf mei 2020 niet meer gewerkt en geen salaris ontvangen. De laatste betaling van CCC aan hem dateert van april 2020 en bedroeg NAf 3.125,92.

3.Het geschil

[Verzoeker] verzoekt bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad:
hem toe te staan kosteloos te procederen;
CCC te veroordelen tot het doorbetalen van loon, verhoogd met de vertragingsrente en de wettelijke rente;
CCC te veroordelen in de proceskosten.
3.2
Aan dit verzoek legt hij de vaststaande feiten ten grondslag.
3.3.
Op de stellingen van [verzoeker], voor zover voor de te nemen beslissing van belang, zal hierna worden ingegaan.

4.De beoordeling

4.1
Gezien de door hem overgelegde kaart rechtgevende op kostenloze rechtskundige bijstand zal [verzoeker] worden toegestaan kosteloos te procederen.
4.2
De stellingen van [verzoeker] kunnen zijn verzoek dragen en het verzoek komt het gerecht niet onrechtmatig of ongegrond voor. Het verzoek zal daarom worden toegewezen, wat betreft vertragingsrente (waarmee [verzoeker] kennelijk bedoelt: de wettelijke verhoging van artikel 7A:1614q BW) en de wettelijke rente als hierna geformuleerd.
4.3
CCC zal worden veroordeeld in de kosten van dit geding, gevallen aan de zijde van [verzoeker] en tot aan deze beschikking begroot op NAf 50,- wegens griffierecht en NAf 2.500,00 wegens salaris gemachtigde.

5.De beslissing

Het gerecht:
verleent[verzoeker] toestemming kosteloos te procederen;
veroordeeltCCC tot het doorbetalen van het loon van [verzoeker], vermeerderd met de wettelijke verhoging als bedoeld in artikel 7A:1614q BW en met de wettelijke rente over de loonbedragen vanaf de respectieve vervaldata tot de dag der voldoening;
veroordeeltCCC in de kosten van dit geding, gevallen aan de zijde van [verzoeker] en tot aan deze beschikking begroot op NAf 2.550,00;
verklaartdeze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. O. Nijhuis, rechter in het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, en op 28 oktober 2021 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.