ECLI:NL:OGEAC:2021:178
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet wegens het toevoegen van een substantie aan de gemeenschappelijke waterkoker
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao uitspraak gedaan over een verzoek van [verzoeker] tegen de COÖPERATIEVE SPAAR- EN CREDIETVERENIGING SAN PEDRO. [verzoeker] was in dienst als administratief medewerker en werd op 18 juni 2021 ontslagen op staande voet wegens het toevoegen van een substantie, moringa, aan de gemeenschappelijke waterkoker. Dit gebeurde zonder medeweten van zijn collega's, wat leidde tot wantrouwen en onveiligheid op de werkvloer. Het gerecht heeft vastgesteld dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig was, omdat het handelen van [verzoeker] een dringende reden opleverde. Het gerecht oordeelde dat [verzoeker] niet openhartig was over zijn handelen en dat dit ernstige gevolgen had voor de werkrelatie met zijn collega's. De verzoeken van [verzoeker] om het ontslag nietig te verklaren en om doorbetaling van loon werden afgewezen. Tevens werd de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] ontbonden zonder toekenning van een vergoeding, en werd hij veroordeeld in de proceskosten van San Pedro.