ECLI:NL:OGEAC:2021:168
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wijziging voornamen en registratie geslachtsverandering op basis van artikel 1:4 lid 3 BW en artikel 8 EVRM
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, heeft de verzoekster, geboren op Curaçao, een verzoek ingediend tot wijziging van haar voornamen en registratie van haar geslachtsverandering. Het verzoekschrift werd op 9 december 2020 ingediend, vergezeld van een medische verklaring van dr. R.N. Griffith. De ambtenaar van de burgerlijke stand heeft op 18 februari 2021 advies uitgebracht, waarbij hij geen bezwaar had tegen de voornaamswijziging, maar wel tegen de wijziging van de geslachtsregistratie. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 juni 2021 was de verzoekster aanwezig.
De verzoekster, die lijdt aan genderdysforie, verzoekt om haar voornamen te wijzigen in mannelijke namen die passen bij haar uiterlijk en om haar geslachtsregistratie te wijzigen van vrouw naar man. Het gerecht overweegt dat op grond van artikel 1:4 lid 3 BW een wijziging van voornamen kan worden gelast als er een voldoende zwaarwichtig belang is. Het gerecht oordeelt dat de verzoekster voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat dit belang aanwezig is.
Daarnaast wordt opgemerkt dat genderidentiteit valt onder het recht op privéleven zoals bedoeld in artikel 8 EVRM. Dit artikel verplicht verdragspartijen tot juridische erkenning van het nieuwe geslacht van de transseksueel. Het gerecht concludeert dat de verzoekster voldoende bewijs heeft geleverd dat haar geslacht is gewijzigd en besluit om het verzoek tot wijziging van zowel de voornamen als de geslachtsregistratie toe te wijzen. De beschikking is gegeven door mr. F.J.F. Gerard en uitgesproken op 17 juni 2021.