Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
Uitspraak
[eiseres],
de minister van Justitie,
Procesverloop
Overwegingen
NAf 42.000,-per jaar van toepassing is. Eiseres heeft bij de aanvraag twee inkomensverklaringen van Inspectie der Belastingen over het belastingjaar 2017 ingediend. Daaruit blijkt dat haar ouders, [W] en [C], in dat jaar gezamenlijk een belastbaar inkomen hebben gehad van [
NAf 18.303+
NAf 16.166=]
NAf 34.469. In de bezwaarprocedure heeft eiseres ter onderbouwing van haar standpunt dat zij wel aan het middelenvereiste voldeed daarnaast een viertal werkgeversverklaringen [1] omtrent het bruto maandinkomen van beide ouders in 2018 en 2019 overgelegd. Naar het oordeel van het Gerecht heeft verweerder terecht deze stukken niet meegenomen bij zijn toets of aan het middelenvereiste is voldaan, reeds om de reden dat eiseres geen andere documenten van een officiële instantie heeft overgelegd ter ondersteuning van die werkgeversverklaringen. Het had wel op haar weg gelegen om dat te doen, nu die werkgeversverklaringen door [W], in haar hoedanigheid van directeur van de desbetreffende vennootschappen, is ondertekend. Dat verweerder het noodzakelijk heeft gevonden dat andere stukken van een officiële instantie worden overgelegd ter verificatie van die werkgeversverklaringen, is daarom niet onredelijk.
in de low five figures’, geldt dat daaruit niet kan worden afgeleid dat het om duurzame inkomsten gaat, zodat verweerder ook deze stukken terecht niet heeft meegenomen bij zijn toets.
Beslissing
verklaarthet beroep
ongegrond.