In deze zaak, die op 15 juni 2021 werd behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, hebben eisers, bestaande uit bewoners en woningeigenaren van het Royal Palm Resort, een kort geding aangespannen tegen de Coöperatieve Vereniging van Eigenaren in het Royal Palm Resort en enkele bestuursleden. De eisers vorderden dat de vereniging van eigenaren zou worden verplicht om de bezorging van brieven van de projectontwikkelaar, Royal Holding Company II B.V. (RHC), aan de bewoners niet te beletten. De achtergrond van het geschil ligt in de bezorging van brieven die door eiser sub 3, een bestuurder van RHC, waren afgegeven bij de bewaking van het resort voor distributie naar de bewoners. De vereniging van eigenaren had echter de bezorging van deze brieven gestaakt, wat leidde tot onvrede bij de eisers, die zich benadeeld voelden in hun recht op informatie over de ontwikkelingen van het resort.
Tijdens de zitting werd duidelijk dat de vereniging van eigenaren het beleid hanteert om ongeadresseerde post niet te accepteren, wat volgens hen bedoeld was om reclame en spam tegen te gaan. Het Gerecht oordeelde echter dat de brieven van RHC niet tot de categorie ongewenste post konden worden gerekend, aangezien ze betrekking hadden op belangrijke informatie voor de bewoners. Het Gerecht besloot dat de vereniging van eigenaren onrechtmatig had gehandeld door de bezorging van de brieven te beletten, en dat dit de indruk wekte dat het bestuur de post censureerde.
Het Gerecht gaf een bevel aan de vereniging van eigenaren om te gedogen dat RHC de brieven opnieuw in de brievenbussen plaatst, met de voorwaarde dat de enveloppen correct geadresseerd zijn. De proceskosten werden gedeeltelijk gecompenseerd, waarbij gedaagde sub 2 werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de zijde van de eisers. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.