Uitspraak
Parketnummer: 500.00018/18
Vonnis van dit Gerecht
[VERDACHTE],
.
1.
- een twist kort tevoren tussen hem, verdachte en het latere slachtoffer en/of
- de plaats waar die twist kort tevoren plaats vond en/of
- het feit dat hij, verdachte dat slachtoffer te kennen had gegeven dat verdachte hem die dag zou vermoorden
- een auto ter beschikking te stellen en/of
- met een auto naar (de omgeving van) de truk'i pan te brengen en/of
- (vervolgens) (aldaar) het latere slachtoffer aan te wijzen;
- verteld waar [slachtoffer] zich bevond en/of
- een auto ter beschikking gesteld en/of
2.
of omstreeks21 januari 2018 te Curaçao,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,opzettelijk
(en met voorbedachten rade
)[slachtoffer] van het leven heeft beroofd, immers heeft
/hebbenverdachte
en/of zijn mededader(s)met dat opzet
(en na kalm beraad en rustig overleg
),met enige gezichtsbedekking
(soort bivakmuts)die [slachtoffer] benaderd/opgezocht en
/ofmet een vuurwapen
(van/op zeer korte afstand)drie
, in elk geval een of meer,kogels afgevuurd op
/in/door en/of in de richting
(van
) de borststreek en/ofhet lichaam van die [slachtoffer], waardoor die [slachtoffer] door
een ofmeer van die kogel
(s
)in de borststreek en
/ofhet lichaam werd getroffen, ten gevolge waarvan voornoemde [slachtoffer] is overleden;
2.
of omstreeks21 januari 2018 te Curaçao,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,een vuurwapen in de zin van de Vuurwapenverordening 1930, en
/ofmunitie, in de zin van de Vuurwapenverordening 1930, voorhanden heeft gehad.
, liep naar de eigenaar en/of beheerder van de gele broodjeszaak, [eigenaar broodkraam] (het Gerecht begrijpt: [eigenaar broodkraam]) om hem zijn waarneming en bevindingen te vragen. Ondertussen gaf het personeel van de ambulance door dat zij niets meer voor het slachtoffer konden doen en dat het slachtoffer hoogstwaarschijnlijk aan de schotwonden was overleden.
Inschot ter hoogte van zijn rechterborst;
In- en uitschot ter hoogte van zijn rechterpols;
Inschot op zijn rug.
.
Anders dan de raadsman is het Gerecht van oordeel dat de verklaringen van de getuigen [eigenaar broodkraam] en [getuige], voor zover deze tot het bewijs zijn gebezigd, voldoende betrouwbaar zijn. De verklaringen zijn namelijk in de kern gelijkluidend, gedetailleerd en consistent en zij vinden ondersteuning in andere bewijsmiddelen.
- De verklaringen zijn in de kern gelijkluidend, te weten dat het de verdachte was die eerst een woordenwisseling had met het latere slachtoffer die uitmondde in een bedreiging en dat hij vervolgens wegging, en dat het de verdachte was die even later terugkwam en het slachtoffer neerschoot.
- Voorts zijn de verklaringen gedetailleerd, met name ook op het punt van de herkenning. Beide getuigen geven heel specifiek aan waaraan zij de schutter hebben herkend.
- Daarnaast zijn de verklaringen in de kern consistent met elkaar en met later door de getuigen afgelegde verklaringen, zoals de bij gelegenheid van de fotoherkenning afgelegde verklaringen en de op 1 augustus 2018 ([eigenaar broodkraam]) en 2 augustus 2018 ([getuige]) bij de rechter-commissaris afgelegde verklaringen.
- Tenslotte vinden de verklaringen steun in andere bewijsmiddelen. Daarbij wijst het Gerecht met name ook op het proces-verbaal van bevinding d.d. 11 december 2018 betreffende de netwerkmeting van het telefoonnummer van de verdachte, waaruit blijkt dat de telefoon van de verdachte op het moment waarop hij als klant bij de broodtruck was de zendmast [aanduiding zendmast 1] aanstraalde en tevens omstreeks het tijdstip van de schietpartij.
Het Gerecht verwerpt het scenario dat door de verdediging is gepresenteerd, te weten dat wijlen [medeverdachte] de ware schutter zou zijn geweest. De daaraan ten grondslag gelegde verklaring van de verdachte is niet aannemelijk geworden. Daartoe overweegt het Gerecht als volgt.
Moord.
BESLISSING
kwalificeert het bewezenverklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
gevangenisstrafvoor de
15 (vijftien) jaren;
toetot een bedrag van
Naf 2.205,53 (zegge: tweeduizend tweehonderdvijf gulden en drieënvijftig cent),vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 27 januari 2018 tot aan de dag van de voldoening, en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij;
optot betaling aan het Land van een bedrag van
Naf 2.205,53 (zegge: tweeduizend tweehonderdvijf gulden en drieënvijftig cent), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door 32 (tweeëndertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft, en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 januari 2018 tot aan de dag van de voldoening;