Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
24.097
-/- 23.520
3.GESCHIL
4.OVERWEGINGEN
5.PROCESKOSTENVERGOEDING EN GRIFFIERECHT
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
belastinggriffieCUR@caribjustitia.org.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 16 maart 2020 uitspraak gedaan in een belastingzaak waarbij de belanghebbende, wonende te Maastricht, Nederland, beroep had ingesteld tegen de uitspraak van de Inspecteur der Belastingen. De belanghebbende had op 31 januari 2014 een aanslag inkomstenbelasting voor het jaar 2012 ontvangen, waartegen hij op 19 februari 2014 bezwaar had gemaakt. De Inspecteur handhaafde de aanslag op 19 maart 2014. De belanghebbende heeft echter pas op 12 januari 2018 beroep ingesteld, wat buiten de wettelijke termijn van twee maanden was. Het Gerecht oordeelde dat de belanghebbende geen omstandigheden had aangevoerd die de termijnoverschrijding verschoonbaar maakten. Hierdoor werd het beroep niet-ontvankelijk verklaard.
De zaak betreft de vraag of de aanslagen inkomstenbelasting en premies correct zijn opgelegd. De belanghebbende betwist de hoogte van de aanslagen, terwijl de Inspecteur deze bevestigt. Het Gerecht heeft in zijn overwegingen benadrukt dat de ontvankelijkheid van het beroep eerst beoordeeld moet worden voordat inhoudelijk op het geschil kan worden ingegaan. De belanghebbende had geen bijzondere omstandigheden aangevoerd die de termijnoverschrijding konden rechtvaardigen, waardoor het beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. Het Gerecht heeft geen aanleiding gezien voor een vergoeding van proceskosten of griffierecht.
De uitspraak is gedaan door mr. dr. A.J.H. van Suilen en is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de strikte naleving van termijnen in belastingzaken onderstreept. De belanghebbende heeft de mogelijkheid om binnen twee maanden na de verzenddatum van deze uitspraak hoger beroep in te stellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie.