Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.OVERWEGINGEN
Ontvankelijkheid bezwaar
3.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
4.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 18 december 2020 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van bezwaarschriften die door de belanghebbende zijn ingediend tegen belastingaanslagen. De belanghebbende had op 3 juni 2016 en 8 juni 2018 aanslagen premies AOV/AWW opgelegd gekregen, waartegen hij op 25 april 2019 bezwaar maakte. De Inspecteur der Belastingen verklaarde de bezwaren niet-ontvankelijk, omdat deze buiten de wettelijke termijn van twee maanden waren ingediend. De belanghebbende heeft geen omstandigheden aangevoerd die de termijnoverschrijding verschoonbaar zouden maken.
Tijdens de zitting op 25 september 2020, die via videoverbinding werd geleid door de rechter vanuit Aruba, is het onderzoek gesloten. De rechter heeft later het onderzoek heropend en op 26 november 2020 vond een nadere zitting plaats. De rechter heeft in zijn overwegingen uiteengezet dat volgens artikel 29, lid 1 van de Algemene landsverordening Landsbelastingen, bezwaren binnen twee maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet ingediend moeten worden. Aangezien de bezwaarschriften te laat waren ingediend, heeft de Inspecteur de bezwaren terecht niet-ontvankelijk verklaard.
De uitspraak concludeert dat de beroepen ongegrond zijn en dat er geen aanleiding is voor vergoeding van proceskosten of griffierecht. De belanghebbende kan binnen twee maanden na de verzenddatum van de uitspraak hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie.