ECLI:NL:OGEAC:2020:307

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
18 december 2020
Publicatiedatum
19 januari 2021
Zaaknummer
CUR201903517, CUR201903518 en CUR201903520
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van bezwaarschriften tegen belastingaanslagen wegens termijnoverschrijding

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 18 december 2020 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van bezwaarschriften die door de belanghebbende zijn ingediend tegen belastingaanslagen. De belanghebbende had op 3 juni 2016 en 8 juni 2018 aanslagen premies AOV/AWW opgelegd gekregen, waartegen hij op 25 april 2019 bezwaar maakte. De Inspecteur der Belastingen verklaarde de bezwaren niet-ontvankelijk, omdat deze buiten de wettelijke termijn van twee maanden waren ingediend. De belanghebbende heeft geen omstandigheden aangevoerd die de termijnoverschrijding verschoonbaar zouden maken.

Tijdens de zitting op 25 september 2020, die via videoverbinding werd geleid door de rechter vanuit Aruba, is het onderzoek gesloten. De rechter heeft later het onderzoek heropend en op 26 november 2020 vond een nadere zitting plaats. De rechter heeft in zijn overwegingen uiteengezet dat volgens artikel 29, lid 1 van de Algemene landsverordening Landsbelastingen, bezwaren binnen twee maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet ingediend moeten worden. Aangezien de bezwaarschriften te laat waren ingediend, heeft de Inspecteur de bezwaren terecht niet-ontvankelijk verklaard.

De uitspraak concludeert dat de beroepen ongegrond zijn en dat er geen aanleiding is voor vergoeding van proceskosten of griffierecht. De belanghebbende kan binnen twee maanden na de verzenddatum van de uitspraak hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie.

Uitspraak

Uitspraak van 18 december 2020
BBZ nrs. CUR201903517, CUR201903518 en CUR201903520
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
UITSPRAAK
op het beroep in de zin van de
Landsverordening op het beroep in belastingzaken van:
[Belanghebbende],wonende te Curaçao,
belanghebbende,
gericht tegen:
DE INSPECTEUR DER BELASTINGEN, zetelend in Curaçao,
de Inspecteur.

1.PROCESVERLOOP

1.1
Aan belanghebbende is op 3 juni 2016 voor het jaar 2014 een aanslag premies AOV/AWW opgelegd naar een premie-inkomen van NAf 11.973.
1.2
Aan belanghebbende zijn op 8 juni 2018 voor het jaar 2016 aanslagen premies AOV/AWW en premie AVBZ opgelegd naar een premie-inkomen van NAf 13.393.
1.3
Belanghebbende heeft op 25 april 2019 daartegen bezwaren gemaakt.
1.4
De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar van 26 juli 2019 de bezwaren niet-ontvankelijk verklaard en de aanslagen gehandhaafd.
1.5
Belanghebbende heeft op 25 september 2019 tegen de uitspraken van de Inspecteur beroepen ingesteld bij het Gerecht. Belanghebbende heeft daarvoor een bedrag aan griffierecht betaald van NAf 50.
1.6
De Inspecteur heeft op 24 september 2020 een verweerschrift ingediend.
1.7
De zitting heeft plaatsgevonden op 25 september 2020 te Willemstad. Belanghebbende is verschenen, bijgestaan door [A] van het kantoor [SA]. Namens de Inspecteur is verschenen [B]. Door de maatregelen vanwege het corona-virus heeft de rechter vanuit het gerechtsgebouw in Aruba de zitting geleid via een videoverbinding. De rechter heeft het onderzoek gesloten.
1.8
De rechter vond aanleiding het onderzoek te heropenen.
1.9
De Inspecteur heeft op 24 november 2020 een nader verweerschrift ingediend.
1.1
Een nadere zitting heeft plaatsgevonden op 26 november 2020 te Willemstad. Belanghebbende is verschenen. Namens de Inspecteur is verschenen [A]. Door de maatregelen vanwege het corona-virus heeft de rechter vanuit het gerechtsgebouw in Aruba de zitting geleid via een videoverbinding. De rechter heeft het onderzoek gesloten.

2.OVERWEGINGEN

Ontvankelijkheid bezwaar

2.1
In artikel 29, lid 1, Algemene landsverordening Landsbelastingen (hierna: ALL) is bepaald dat degene die bezwaar heeft tegen een hem opgelegde belastingaanslag, binnen twee maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet een gemotiveerd bewaarschrift kan indienen bij de Inspecteur.
2.2
De onderhavige aanslagbiljetten zijn gedagtekend op respectievelijk 3 juni 2016 en 8 juni 2018. De bezwaarschriften zijn op 25 april 2019 ingediend. Deze bezwaarschriften zijn dus buiten de wettelijke termijn van twee maanden ingediend.
2.3
Een niet-ontvankelijkverklaring van een bezwaar op grond van termijnoverschrijding blijft echter achterwege, indien redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener van het bezwaar in verzuim is geweest.
2.4
Belanghebbende heeft geen omstandigheden aangevoerd op grond waarvan de termijnoverschrijding verschoonbaar is te achten. De Inspecteur heeft de bezwaren dan ook terecht niet-ontvankelijk verklaard.

3.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT

Het Gerecht ziet geen aanleiding voor een vergoeding van de proceskosten of het griffierecht.

4.DE BESLISSING

Het Gerecht:
- verklaart de beroepen ongegrond.
Deze uitspraak is gegeven door mr. D.J. Jansen rechter, rechter, en uitgesproken op 18 december 2020, in tegenwoordigheid van de griffier mr. S.C.M.J. Bucx.
De griffier, De rechter,
Afschriften zijn per post/ per e-mail op ………………………… aan partijen verzonden.
HOGER BEROEP
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (belastingkamer)
Emancipatie Boulevard Dominico “Don” Martina 18
Willemstad
Curaçao
U wordt verzocht bij het indienen van het beroepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het beroepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het beroepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener,
b. de dagtekening,
c. waartegen u in beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Partijen hebben ook de mogelijkheid het ondertekende beroepschrift per e-mail in te dienen bij de griffie van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie:
belastinggriffieCUR@caribjustitia.org.
Voor het instellen van hoger beroep is het volgende bedrag aan griffierecht verschuldigd:
- natuurlijke personen: NAf 200
- personenvennootschappen en rechtspersonen: NAf 500