Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
STICHTING OPVANGHUIS BRASAMI,
STICHTING VAN HET WIT GELE KRUIS VOOR THUISZORG PRINSES MARGRIET,
FUNDASHON PA MANEHO DI ADIKSHON,
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak, die zich afspeelt in het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, hebben drie stichtingen, te weten Stichting Opvanghuis Brasami, Stichting van het Wit Gele Kruis voor Thuiszorg Prinses Margriet en Fundashon Pa Maneho di Adikshon, een kort geding aangespannen tegen het Land Curaçao. De eisers, die zorg verlenen aan verslaafden en thuiszorg bieden, zijn afhankelijk van subsidies van de overheid, meer specifiek van het Ministerie van GMN. In de loop van 2020 hebben zij te maken gekregen met een aanzienlijke verlaging van hun subsidies, als gevolg van de coronacrisis. De eisers vorderden in kort geding de opschorting van de verlaging van hun subsidies, die met terugwerkende kracht was opgelegd, en stelden dat zij in een financiële noodsituatie verkeerden door de opeenvolgende kortingen.
De procedure omvatte een verzoekschrift, een akte wijziging van eis, en een mondelinge behandeling op 14 juli 2020. De rechter heeft vastgesteld dat de eisers voldoende spoedeisend belang hebben bij hun vorderingen, maar oordeelde dat de brieven van de overheid niet als subsidiebeschikkingen kunnen worden beschouwd. Hierdoor was er geen mogelijkheid voor de eisers om beroep aan te tekenen bij de bestuursrechter, wat hen in staat stelde om hun vorderingen bij de civiele rechter in te dienen.
De rechter concludeerde dat het Land onrechtmatig had gehandeld door de subsidies te verlagen zonder de eisers te horen en zonder een overgangstermijn te bieden. Echter, de rechter weigerde om een voorlopige maatregel te treffen, omdat het belang van het Land om de overheidsuitgaven te verlagen in het licht van de coronacrisis zwaarder woog dan het belang van de eisers. Uiteindelijk werden de vorderingen van de eisers afgewezen en werden zij veroordeeld in de proceskosten.