ECLI:NL:OGEAC:2019:122
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Huurovereenkomst en herstel elektriciteitsaansluiting in kort geding
In deze zaak, die op 20 juni 2019 door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao is behandeld, gaat het om een kort geding tussen een eiseres en een gedaagde, beide wonende in Curaçao. De eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. N.B. Louisa, heeft een huurovereenkomst met de gedaagde, die de verhuurder is van het appartement dat eiseres huurt. De procedure is gestart op 27 mei 2019 met een verzoekschrift, en de zitting vond plaats op 13 juni 2019.
De eiseres heeft gesteld dat zij sinds februari 2019 geen elektriciteit meer heeft in haar woning, omdat de kabel die haar appartement van elektriciteit voorziet, is doorgeknipt. Dit heeft geleid tot klachten van buren over het gebruik van een generator door eiseres. In het kort geding vordert eiseres dat de gedaagde de elektriciteitsaansluiting herstelt, een bedrag van NAf 1.008,45 betaalt, een dwangsom betaalt bij niet-naleving, en de proceskosten vergoedt.
De gedaagde heeft de vorderingen betwist en aangevoerd dat eiseres een slechte huurder is vanwege late huurbetalingen. Het Gerecht oordeelt dat de zaak voldoende spoedeisend is voor behandeling in kort geding. Het Gerecht stelt vast dat een verhuurder verantwoordelijk is voor een werkende elektriciteitsaansluiting in de woning. De gedaagde wordt veroordeeld om binnen drie dagen de elektriciteitsaansluiting te herstellen, met een dwangsom van NAf 50 per dag bij niet-naleving, tot een maximum van NAf 2.500. Daarnaast moet de gedaagde de proceskosten van eiseres vergoeden, die in totaal NAf 1.861,46 bedragen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde is afgewezen.