In deze zaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, heeft verzoekster, vertegenwoordigd door mr. S.N.E. Inderson, een verzoek ingediend tot ontslag van [verweerster sub 1] als executeur testamentair van de nalatenschap van erflater. De procedure betreft twee zaken, CUR201703565 (EJ 82306/2017) en CUR201703566 (EJ 84123/2017), die op 15 maart 2018 zijn behandeld. De verzoekster stelt dat er gewichtige redenen zijn voor het ontslag van de executeur, onder andere door een verstoorde vertrouwensrelatie en het niet voldoen aan informatieverplichtingen. De verweersters, waaronder [verweerster sub 1] en [verweerder sub 2] José Alejandro Moesker, hebben verweer gevoerd en betwist dat er sprake is van gewichtige redenen. De mondelinge behandeling vond plaats op 15 februari 2018, waarbij de partijen in persoon verschenen, bijgestaan door hun gemachtigden. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de vertrouwensrelatie tussen verzoekster en [verweerster sub 1] verstoord is, maar dat dit niet voldoende is om te concluderen dat er gewichtige redenen zijn voor ontslag. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de executeur haar taken niet op onverantwoorde wijze heeft uitgevoerd en dat er geen objectieve feiten zijn die het wantrouwen van verzoekster rechtvaardigen. De verzoeken zijn afgewezen, en de proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.