Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling
3.Beslissing
verklaarthet bezwaar
ongegrond.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak gaat het om een bezwaar van klaagster tegen een ontslagbesluit van de Regering van Curaçao. Klaagster, die werkzaam was als Hoofd van de uitvoeringsorganisatie Communicatie en Voorlichting bij het Ministerie van Algemene Zaken, ontving op 1 maart 2018 een eervol ontslag wegens ongeschiktheid. Dit ontslagbesluit werd door klaagster bestreden, maar het bezwaar bevatte geen concrete gronden tegen het ontslag. Tijdens de zitting op 3 september 2018 werd klaagster bijgestaan door haar advocaten, terwijl de Regering van Curaçao werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde en de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Algemene Zaken.
Het Gerecht oordeelde dat klaagster geen relevante bezwaargronden had geformuleerd tegen het ontslagbesluit. De verwijzing naar eerdere bezwaren tegen een toegangsontzegging werd niet als voldoende beschouwd om het ontslagbesluit aan te vechten. Het Gerecht benadrukte dat klaagster duidelijk had moeten maken op welke punten zij het niet eens was met het ontslagbesluit. Aangezien klaagster geen concrete gronden had aangedragen, werd het bezwaar ongegrond verklaard.
De uitspraak werd gedaan door mr. N.M. Martinez en in het openbaar uitgesproken op 13 november 2018. Tegen deze uitspraak staat voor beide partijen binnen dertig dagen hoger beroep open bij de Raad van Beroep in Ambtenarenzaken.