ECLI:NL:OGEAC:2018:258
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Afgifte van bescheiden na bewijsbeslag en selectie van Beslagen Gegevens
In deze zaak, die voor het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao werd behandeld, zijn de eisers, Het Land Curaçao en Refineria di Kòrsou N.V., betrokken bij een kort geding over de afgifte van bescheiden na bewijsbeslag. De zaak is voortgevloeid uit een eerder vonnis van 31 mei 2018, waarin werd bepaald dat de deurwaarder goedkeuring van de rechter nodig heeft voor de selectie van de Beslagen Gegevens. In de periode tussen het eerdere vonnis en de huidige uitspraak heeft er correspondentie plaatsgevonden tussen de rechter, de deurwaarder en de gemachtigden van de partijen over de selectieprocedure van de bescheiden.
De rechter heeft op 26 juni 2018 een lijst van zoektermen aan de deurwaarder gestuurd, maar er zijn kritische opmerkingen gemaakt door de gemachtigde van de gedaagde partij, mr. Kleist. De rechter heeft vervolgens vragen gesteld aan een ICT-deskundige, wat leidde tot verdere correspondentie tussen de partijen. De zaak draait om de uitvoering van de beslissing over de selectie van de Beslagen Bescheiden, waarbij de vertrouwelijkheid van andere gegevens gewaarborgd moet blijven.
De rechter heeft vastgesteld dat er onbedoelde bijvangst is ontstaan bij de geautomatiseerde selectie van gegevens, wat betekent dat er gegevens zijn die niet relevant zijn voor het project of het MDPT. Het is van belang dat deze bijvangst wordt gefilterd, zodat alleen de relevante gegevens overblijven. De partijen, de deurwaarder en de ICT-deskundige zijn gevraagd om binnen veertien dagen voorstellen te doen voor een nadere selectie van de gegevens. Het vonnis is op 24 oktober 2018 uitgesproken door mr. P.E. de Kort en is uitvoerbaar bij voorraad.