ECLI:NL:OGEAC:2017:69

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
21 maart 2017
Publicatiedatum
14 juni 2017
Zaaknummer
KG 81728/2017
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Executoriaal derdenbeslag en afdracht van vordering in kort geding

In deze zaak, die voorligt bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, heeft de besloten vennootschap Housingtech B.V. een kort geding aangespannen tegen de naamloze vennootschap Deurwaarderskantoor S.C.M. Ersilia N.V. Housingtech vordert dat Deurwaarderskantoor Ersilia een bedrag van NAf 42.431,98 zal afgeven, dat onder haar is gehouden. De zaak is behandeld op 16 maart 2017, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. Housingtech heeft het bedrag onder conservatoir derdenbeslag gelegd, en na een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis in een eerdere zaak, vordert zij nu de afdracht van dit bedrag.

Deurwaarderskantoor Ersilia heeft als verweer aangevoerd dat het onduidelijk is aan wie het bedrag toebehoort, waardoor zij in een dilemma verkeert. Het Gerecht heeft echter geoordeeld dat dit verweer faalt, aangezien het conservatoir derdenbeslag is overgegaan in executoriaal beslag na het verkrijgen van een executoriale titel door Housingtech. Deurwaarderskantoor Ersilia is derhalve gehouden om het bedrag af te dragen, en het Gerecht heeft de vordering van Housingtech toegewezen op grond van artikel 477a lid 4 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

Het Gerecht heeft Deurwaarderskantoor Ersilia ook veroordeeld in de proceskosten van Housingtech, en het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit vonnis is uitgesproken door mr. S.E. Sijsma op 21 maart 2017.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
VONNIS IN KORT GEDING
In de zaak van:
de besloten vennootschap
HOUSINGTECH B.V.,
gevestigd in Curaçao,
eisende partij,
gemachtigde: mr. A.J. de Winter
tegen
de naamloze vennootschap
DEURWAARDERSKANTOOR S.C.M. ERSILIA N.V.,
gevestigd in Curaçao,
gedaagde partij,
gemachtigde: C. Taylor.
Partijen worden hierna ‘Housingtech’ en ‘Deurwaarderskantoor Ersilia ’ genoemd.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
het inleidend verzoekschrift d.d. 20 januari 2017 en de op 15 maart 2017 per email toegezonden productie van de zijde van Housingtech. De zaak is behandeld ter zitting op 16 maart 2017. Verschenen zijn mr. De Winter namens Housingtech en mr. Taylor namens Deurwaarderskantoor Ersilia. Beiden hebben aan de hand van pleitnota’s hun standpunt toegelicht.
1.2.
Eveneens is ter zitting verschenen dhr. Bos namens advocatenpraktijk mr. R.J. Bos N.V. (verder: ‘Advocatenpraktijk Bos’). Bos heeft verzocht zich in het rechtsgeding te mogen voegen of tussen te komen. Mr. De Winter heeft namens Housingtech bezwaar gemaakt tegen voeging / tussenkomst op grond van strijd met de goede procesorde. Mr. Taylor heeft namens Deurwaarderskantoor Ersilia medegedeeld geen bezwaar te hebben tegen voeging / tussenkomst. De rechter heeft op grond van het gegeven dat onderhavige zaak een kort geding over de executie van een vonnis betreft en gelet op de niet inachtneming van het bepaalde in artikel 58 van het Procesreglement 2016 het verzoek tot voeging / tussenkomst geweigerd.
1.3.
Vonnis is nader bepaald op heden.

2.De beoordeling

2.1.
De volgende feiten staan in voldoende mate vast:
- Deurwaarderskantoor Ersilia heeft in 2014 ten behoeve van Advocatenpraktijk Bos een bedrag van NAf 42.431,98 van Housingtech onder zich gekregen;
- Housingtech heeft op 25 augustus 2014 conservatoir derdenbeslag gelegd onder Deurwaarderskantoor Ersilia voor een vordering van Housingtech op Advocatenpraktijk Bos;
- de derdenverklaring van Deurwaarderskantoor Ersilia, op 25 september 2014 door deurwaarder Ersilia ondertekend, vermeldt dat Deurwaarderskantoor Ersilia aan Advocatenpraktijk Bos het volgende bedrag is verschuldigd:
“NAf 42.431,98”;
- op 17 oktober 2016 heeft het Gerecht bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis (AR 70076/2014) in de zaak tussen Housingtech en Advocatenpraktijk Bos, Advocatenpraktijk Bos veroordeeld tot betaling aan Housingtech van NAf 42.431,98;
- op 26 oktober 2016 is de grosse van dat vonnis door deurwaarder Bazur betekend aan Advocatenpraktijk Bos en aan Deurwaarderskantoor Ersilia. In deze laatste betekening staat in de laatste alinea:
dat mijn requirant/e/n verlangen (…) de (…) door de geëxploiteerde onder zich gehouden gelden (…) tegen behoorlijk bewijs van kwijting worden afgedragen (…) ten kantore van de in het hoofd dezes vermelde deurwaarder;
- Deurwaarderskantoor Ersilia heeft tot op heden ondanks meerdere verzoeken daartoe van de zijde van mr. De Winter het bedrag NAf 42.431,98 niet overgemaakt.
2.2.
Housingtech vordert primair dat Deurwaarderskantoor Ersilia NAf 42.431,98 zal afgeven. Het spoedeisend belang bij de gevorderde voorziening volgt uit het voorgaande: het betreft immers de executie van een vonnis.
2.3.
Deurwaarderskantoor Ersilia heeft als verweer gevoerd dat het niet duidelijk is aan wie het bedrag waarop het beslag rust toebehoort. Daardoor verkeert zij in een dilemma. Om die reden dient de vordering volgens haar te worden afgewezen.
2.4.
Dit verweer faalt. Ingevolge artikel 704 lid 1 Rv is het conservatoir derdenbeslag overgegaan in executoriaal beslag, nadat Housingtech een executoriale titel in de hoofdzaak tegen Advocatenpraktijk Bos heeft verkregen, die voor tenuitvoerlegging vatbaar is geworden. Of nu wel of niet hoger beroep is ingesteld door Advocatenpraktijk Bos doet niet ter zake aangezien het vonnis van 17 oktober 2016 uitvoerbaar bij voorraad is verklaard en dus voor tenuitvoerlegging vatbaar is geworden. Een voorwaarde voor overgang van conservatoir naar executoriaal beslag is dat de verkregen titel aan de beslagene en aan de derde beslagene is betekend, hetgeen in deze zaak is geschied binnen de termijn zoals is bepaald in artikel 722 Rv. Gezien de feitelijke gang van zaken en het wettelijk systeem van derdenbeslag is er dus geen reden voor Deurwaarderskantoor Ersilia om niet tot afdracht van het bedrag over te gaan.
2.5.
Voorgaande leidt tot de conclusie dat Deurwaarderskantoor Ersilia was en is gehouden tot afdracht van het bedrag. De vordering wordt op grond van artikel 477a lid 4 Rv toegewezen.
2.6.
Deurwaarderskantoor Ersilia zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van Housingtech worden veroordeeld. Het gegeven dat Ersilia de kwestie in een deurwaardersrenvooi aan het Gerecht had willen voorleggen, doet daaraan niet af.
3. De beslissing
Het Gerecht:
Rechtdoende in kort geding:
3.1.
veroordeelt Deurwaarderskantoor Ersilia om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis over te gaan tot afgifte van NAf 42,431.98 aan deurwaarder Bazur;
3.2.
veroordeelt Deurwaarderskantoor Ersilia in de proceskosten van Housingtech, tot op heden begroot op NAf 750,- aan griffierechten, NAf 370,81 aan oproepingskosten en NAf 1.000,00 aan gemachtigdensalaris;
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis in kort geding is gewezen door mr. S.E. Sijsma, rechter in het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, en in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 21 maart 2017.