Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
4.BEOORDELING VAN HET BEROEP
“indien een werknemer bij het einde van zijn dienstbetrekking in het genot van een pensioen (…) wordt gesteld”.Het Gerecht verwerpt dit betoog. Naar het oordeel van het Gerecht geldt artikel 3, lid 4 CLV alleen in de situatie dat de dienstbetrekking eindigt vanwege pensionering. Dat die situatie zich hier (naar verwachting) voordoet is gesteld noch gebleken. Indien de dienstbetrekking om andere redenen eindigt (en voldaan wordt aan de voorwaarden van artikel 3, lid 1 CLV) dan bestaat wel recht op een cessantia-uitkering. Die situatie doet zich volgens belanghebbende hier voor.
5.BESLISSING
- verklaart het beroep inzake de naheffingsaanslag winstbelasting 2011 ongegrond;
- verklaart het beroep inzake de boetebeschikking gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar tegen de boetebeschikking;
- vernietigt de boetebeschikking.