ECLI:NL:OGEAC:2017:11
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Uitsluitend gebruik echtelijke woning door vrouw na echtscheiding. Belangenafweging.
In deze zaak heeft de vrouw op 9 januari 2017 een verzoekschrift ingediend bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, waarin zij verzoekt om met uitsluiting van de man de voormalige echtelijke woning te bewonen totdat deze verkocht zal zijn. De mondelinge behandeling vond plaats op 24 januari 2017, waarbij de vrouw werd bijgestaan door haar gemachtigde, mr. C.S.F. Marshall, en de man in persoon verscheen. De man verzocht om aanhouding van de zaak omdat hij nog op zoek was naar een nieuwe advocaat, maar dit verzoek werd afgewezen vanwege het spoedeisende karakter van de zaak.
De feiten van de zaak zijn als volgt: de man en de vrouw zijn in algehele gemeenschap van goederen gehuwd en hebben twee minderjarige kinderen. De echtscheiding is op 1 november 2016 uitgesproken. Na de echtscheiding zijn partijen in de echtelijke woning blijven wonen, maar er zijn verschillende incidenten geweest, waaronder mishandeling door de man en een confrontatie waarbij de vrouw de man met een andere vrouw aantrof.
De vrouw heeft aangevoerd dat de aanwezigheid van de man in de woning niet bevorderlijk is voor het welzijn van de kinderen en dat er sprake is van een onhoudbare situatie. De man heeft verweer gevoerd en betoogd dat hij de woning niet kan verlaten omdat hij geen alternatieve huisvesting heeft. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de vrouw met uitsluiting van de man de woning mag bewonen, omdat de gezinssituatie te gespannen is geraakt. Het contactverbod dat de vrouw heeft verzocht, is afgewezen omdat niet aannemelijk is gemaakt dat er een reële dreiging bestaat van toekomstig onrechtmatig handelen van de man. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.