In deze zaak heeft [verzoekster] een verzoekschrift ingediend tegen Dulce Aroma Minimarket N.V. naar aanleiding van een ontslag op staande voet dat op 6 juli 2016 werd gegeven. [verzoekster] werkte sinds eind 2015/begin 2016 bij Dulce Aroma en ontving een maandloon dat door haar en de werkgever verschillend werd opgegeven. Op 5 juli 2016 zou [verzoekster] een arbeidsongeval hebben gehad in de keuken van Dulce Aroma, waarna zij op 6 juli 2016 door [directeur] werd gebeld en te horen kreeg dat zij niet meer hoefde te komen werken. [verzoekster] heeft het ontslag als nietig aangemerkt en vorderde onder andere betaling van achterstallig loon en een schadevergoeding.
Dulce Aroma voerde verweer en stelde dat er sprake was van een dringende reden voor ontslag, namelijk ongeoorloofd verzuim. De rechter heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. Het Gerecht oordeelde dat Dulce Aroma niet voldoende bewijs had geleverd voor de dringende reden en dat het ontslag op staande voet nietig was. De rechter heeft [verzoekster] toegelaten om kosteloos te procederen en heeft Dulce Aroma veroordeeld tot betaling van het loon van [verzoekster] met vertragingsrente. Daarnaast werd de arbeidsovereenkomst ontbonden zonder vergoeding, gezien de verstoorde arbeidsrelatie. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij haar eigen kosten droeg.