ECLI:NL:OGEABES:2024:53
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toedeling van eigendom van een perceel grond in Sint Eustatius met verplichting tot compensatie aan deelgenoten
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 5 juni 2024 uitspraak gedaan over een verzoek tot toedeling van een perceel grond gelegen in de wijk Lodi op Sint Eustatius. Het perceel, met een oppervlakte van circa 427 m², was onderwerp van een verzoekschrift ingediend door de verzoeker, die in persoon procedeerde. De verzoeker had het perceel in het verleden gekocht en verzocht het Gerecht om te beslissen over de eigendom, aangezien er onduidelijkheid bestond over de eigendomssituatie na het overlijden van zijn vrouw, die negen kinderen had. De verzoeker stelde dat hij voor de onverdeelde helft eigenaar was van het perceel en dat de andere helft in de nalatenschap van zijn overleden vrouw viel, waarin hij een van de deelgenoten was.
Het Openbaar Lichaam Sint Eustatius (OLE) was als belanghebbende opgeroepen en gaf aan geen bezwaar te hebben tegen het verzoek van de verzoeker. Het Gerecht overwoog dat de wettelijke regeling voor langdurig onverdeeld gebleven nalatenschappen, zoals vastgelegd in artikel 3:200a BW BES, niet van toepassing was. In plaats daarvan werd artikel 3:174 lid 1 BW BES als meer passend beschouwd. Het Gerecht besloot de eigendom van het perceel volledig toe te delen aan de verzoeker, met de verplichting om elk van de kinderen van zijn overleden vrouw US$ 1,000 te betalen als zij zich binnen vijf jaar na de uitspraak bij hem melden.
De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijke eigendomssituaties en de rol van de rechter in het toewijzen van grond aan gebruikers, vooral in gevallen van onverdeelde nalatenschappen. De beslissing biedt een oplossing voor de verzoeker en houdt rekening met de rechten van de erfgenamen.