Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Voorvragen
Vrijspraak van feit 1 primair en feit 1 subsidiair
Bewezenverklaring
Bewijsmiddelen
Op 17 oktober 2023 is verdachte [medeverdachte] aangehouden. Het voertuig waar hij in reed, de witte Toyota Hilux, kenteken [kentekennummer], is direct na de aanhouding in beslag genomen. Tijdens de doorzoeking hebben wij 14 zakjes met een witte substantie in beslag genomen. Vindplaats: onder middenconsole.” [7]
De partij vermoedelijk verdovende middelen werd op 17 oktober 2023 in beslag genomen tijdens een PGO-actie. Het voertuig van verdachte [medeverdachte] werd onderzocht en er werd een hoeveelheid vermoedelijk verdovende middelen in beslag genomen. Tevens had PGO een weegschaal inbeslaggenomen tijdens een huiszoeking te [adres 2].
1 boterhamzakje en 3 vacuümzakken, inhoudende gezien de samenstelling, kleur en geur, op marihuana gelijkend kruid. Deze zakjes hebben wij gewaarmerkt met letter A t/m D. Deze zakjes hebben wij afzonderlijk gewogen:
1 glazen pot, inhoudende gezien de samenstelling, kleur en geur, een op marihuana gelijkend kruid. Brutogewicht: 18,0 gram.
- 1 kleine plasticzak en 1 plasticzak, beiden inhoudende een bruinkleurige substantie gelijkend op hasj. Het brutogewicht bedroeg 89,2 gram.
- 1 ‘breathable evidence bag’ inhoudende gezien de samenstelling, kleur en geur, een op marihuana gelijkend kruid. Het brutogewicht bedroeg 24,4 gram.
Bewijsoverwegingen
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
‘heeft verkocht en/of afgeleverd en/of vervoerd en/of in bezit en/of aanwezig heeft gehad’. In artikel 4 lid 1 onder A en B van de Opiumwet 1960 BES wordt slechts het invoeren, uitvoeren, doorvoeren, bezitten, aanwenden of aanwezig hebben verboden en dit wordt vervolgens strafbaar gesteld bij artikel 11 van de Opiumwet 1960 BES. Het verkopen van hennep is dus niet strafbaar gesteld in de Opiumwet 1960 BES. De wetgever is vermoedelijk vergeten om dit op te nemen in de wet. Het gaat het Gerecht te ver om deze leemte in de wet te herstellen door het verkopen van hennep toch strafbaar te achten. Het is de taak van de wetgever om dit te herstellen.
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
jeugddetentievoor de
364 dagen dagen;
164 dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd, van
2 jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of gedurende die proeftijd de hierna te melden bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd;