In deze zaak, die begon met een vordering tot verdeling van een gemeenschap, is op 3 april 2024 door het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba een eindbeschikking gegeven. Het betreft een verzoek op grond van artikel 3:200a BW tot toekenning in eigendom van de onroerende zaak Tera Kòrá 50, groot 2.733 m2, die langdurig onverdeeld is gebleven. De verzoeker en zijn zussen, die als gebruikers van het perceel worden aangemerkt, hebben recht op de eigendom op basis van de wettelijke regeling voor langdurig onverdeeld gebleven gemeenschappen. De zaak is zes jaar geleden gestart en heeft geleid tot meerdere mondelinge behandelingen en tussenbeschikkingen. De eindbeschikking kent het perceel in eigendom toe aan de verzoeker en zijn zussen, waarbij zij de verplichting hebben om het gevoelen van het Openbaar Lichaam Bonaire (OLB) in acht te nemen bij de ontwikkeling van de onroerende zaak. De beschikking is openbaar gemaakt en de griffier is gelast deze binnen twee weken na de uitspraak bekend te maken in de Staatscourant en andere media. De beslissing is genomen door de rechters P.E. de Kort en E.G.C. Groenendaal.