ECLI:NL:OGEABES:2024:151

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
23 oktober 2024
Publicatiedatum
13 maart 2025
Zaaknummer
BON202400189, BON202400190, BON202400191
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking van verzoeken om eenhoofdig gezag en omgangsregeling door de vader wegens medische problemen

In deze zaak heeft de vader zijn verzoeken om eenhoofdig gezag en een omgangsregeling ingetrokken vanwege medische problemen. De vader, die samen met de moeder twee minderjarigen heeft, had eerder verzocht om alleen het gezag over de kinderen te krijgen en om een begeleide omgangsregeling met de moeder vast te stellen. De moeder heeft van rechtswege het eenhoofdig gezag over de kinderen. De vader heeft de kinderen erkend en de ouders zijn in 2023 definitief uit elkaar gegaan. De Voogdijraad Caribisch Nederland was betrokken bij de procedure, maar kon geen onderzoek uitvoeren omdat de vader geen medewerking verleende vanwege zijn medische klachten. Tijdens de mondelinge behandeling op 23 oktober 2024 heeft de vader, via zijn gemachtigde, aangegeven dat hij zijn verzoeken intrekt. Het gerecht heeft besloten dat op de andere verzoeken niet meer hoeft te worden beslist. De vader is wel machtiging verleend om kosteloos te procederen. De beschikking is gegeven door rechter J.R. Veerman en openbaar uitgesproken op 30 oktober 2024.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA
zittingsplaats Bonaire
Registratienummer: BON202400189, BON202400190, BON202400191
Datum beslissing: 23 oktober 2024
BESCHIKKING
In de zaak van:
[de vader],
wonende te Bonaire
hierna ook te noemen: de vader,
gemachtigde: mr. M.M.A. van Lieshout,
en
[de moeder],
wonende te Bonaire,
hierna ook te noemen: de moeder,
in persoon
De zaak gaat over de minderjarigen:
  • [kind 1], geboren op [geboortedatum 1] 2014 te Bonaire (hierna [kind 1]), en
  • [kind 2], geboren op [geboortedatum 2] 2017 te Bonaire (hierna: [kind 2]).
In zijn hoedanigheid als omschreven in artikel 180 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES is in de procedure gekend: de Voogdijraad Caribisch Nederland (hierna: de voogdijraad)

1.De verdere procedure

1.1.
Voor het eerdere verloop van de procedure wordt verwezen naar wat daarover is overwogen in de beschikking van 3 juli 2024. Het vervolg blijkt uithet bericht van de voogdijraad, ingekomen op 11 september 2024.
1.2
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 23 oktober 2024. Daarbij is verschenen de vrouw en de gemachtigde van de man voornoemd. Tevens is verschenen de heer [medewerker Voogdijraad] namens de voogdijraad. Mevrouw A. Winklaar- Sisilia is verschenen in haar hoedanigheid van voor deze zaak beëdigd tolk in de Papiamentse taal
1.3.
De datum van de uitspraak is bepaald op vandaag.

2.2. De feiten

2.1.
De vader en de moeder hebben een affectieve relatie met elkaar gehad. Daaruit zijn [kind 1] en [kind 2] geboren. De vader en de moeder zijn in 2023 definitief uit elkaar gegaan.
2.2.
De vader heeft [kind 1] en [kind 2] erkend. De moeder heeft van rechtswege het eenhoofdig gezag over hen.

3.Het verzoek en de beoordeling

3.1.
Bij de beschikking van 3 juli 2024 van dit gerecht is het verzoek van de vader om hem alleen te belasten met het gezag over [kind 1] en [kind 2] en om een begeleide omgangsregeling vast te stellen waarbij [kind 1] en [kind 2] hun hoofdverblijfplaats hebben bij de vader en eenmaal per week begeleide omgang met de moeder hebben, aangehouden teneinde de Voogdijraad te laten onderzoeken op welke manier een eventuele wijziging van het gezag, de omgangsregeling en de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen het meest tegemoet komt aan hun belangen.
3.2.
Bij brief van 11 september 2024 heeft de Voogdijraad het gerecht bericht geen onderzoek te kunnen uitvoeren omdat de man geen medewerking verleent in verband met medische klachten. De vader heeft aan de Voogdijraad aangegeven eerst zijn medische behandeling af te willen ronden alvorens medewerking te verlenen. Ook tijdens de mondelinge behandeling houdt de vader vast aan dit standpunt, althans heeft zijn gemachtigde dit voor hem naar voren gebracht.
3.3.
Tijdens de mondelinge behandeling is van de zijde van de vader te kennen gegeven dat hij zijn verzoeken intrekt. Op zijn (inhoudelijke) verzoeken zal daarom niet meer worden beslist
2.4.
Aan de vader zal wel, zoals verzocht, verlof worden verleend om kosteloos te mogen procederen, hetgeen hierna in de beslissing zal worden vastgelegd.

4.De beslissing

Het gerecht:
4.1.
verleent verzoeker machtiging om kosteloos te procederen,
4.2.
verstaat dat op de andere verzoeken niet meer hoeft te worden beslist.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.R. Veerman, rechter, en in het openbaar uitgesproken op 30 oktober 2024 in tegenwoordigheid van de griffier.