Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA
zittingsplaats Bonaire
1.De procedure
2.De feiten
3.Het verzoek en de beoordeling
4.De beslissing
[de minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2008 in Nederland,
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft de Voogdijraad Caribisch Nederland op 14 november 2023 een verzoekschrift ingediend om de moeder van de minderjarige ontheffen van het ouderlijk gezag en ZJCN te belasten met de voogdij. De mondelinge behandeling vond plaats op 24 januari 2024, waarbij de moeder en vertegenwoordigers van de Voogdijraad en ZJCN aanwezig waren. Voorafgaand aan de behandeling had de rechter op 23 november 2023 een kindgesprek met de minderjarige.
De feiten tonen aan dat de moeder het eenhoofdig gezag heeft over de minderjarige, die niet erkend is door de biologische vader. De minderjarige is sinds 19 november 2020 onder toezicht gesteld en uithuisgeplaatst. Ondanks diverse verlengingen van de beschermingsmaatregelen, is de situatie van de minderjarige nog steeds zorgelijk. De moeder is niet in staat gebleken om de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding van de minderjarige te dragen, en er zijn ernstige zorgen over haar gedrag, waaronder huiselijk geweld en alcoholgebruik.
De rechter heeft geconcludeerd dat het belang van de minderjarige voorop staat en dat de mogelijkheden voor de moeder zijn uitgeput. De minderjarige heeft aangegeven dat zij vrede heeft met haar verblijf in de residentie en hoopt op een mogelijke verhuizing naar haar peettante in Nederland. De rechter heeft het verzoek van de Voogdijraad toegewezen en de moeder ontheven van het gezag, terwijl ZJCN als voogd is benoemd. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad en zal worden opgenomen in het gezagsregister.