ECLI:NL:OGEABES:2023:56

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
20 december 2023
Publicatiedatum
20 juni 2024
Zaaknummer
BON202300311
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging kinderalimentatie op verzoek van de Voogdijraad Caribisch Nederland

In deze zaak heeft de Voogdijraad Caribisch Nederland verzocht om wijziging van de kinderalimentatie die de vader van de minderjarige, geboren in 2009, moet betalen. De vader is blijvend arbeidsongeschikt en kan de eerder vastgestelde alimentatie van € 250,- per maand niet meer voldoen. De Voogdijraad heeft daarom verzocht om de bijdrage te verlagen naar USD 60,00 per maand. De moeder van de minderjarige heeft geen verweer gevoerd tegen deze verlaging, hoewel zij de hoge kosten voor extra begeleiding van de minderjarige vanwege dyslexie en een speciale bril alleen moet dragen. De rechter heeft vastgesteld dat de wijziging van omstandigheden, namelijk de blijvende arbeidsongeschiktheid van de vader, aanleiding geeft om de kinderalimentatie opnieuw te berekenen. De rechter heeft geoordeeld dat de nieuwe bijdrage van USD 60,00 per maand in overeenstemming is met de wettelijke maatstaven en heeft de beschikking van 2 september 2010 gewijzigd. De nieuwe alimentatie gaat in op 1 januari 2024. De vader is verantwoordelijk voor de tijdige betaling aan de Belastingdienst Caribisch Nederland, inclusief eventuele kosten van de overboeking.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA zittingsplaats Bonaire
Registratienummer : BON202300311
Datum uitspraak : 20 december 2023
BESCHIKKING
op verzoek van:
VOOGDIJRAAD CARIBISCH NEDERLAND,
gevestigd te Bonaire,
hierna: de Voogdrijraad,
met betrekking tot de minderjarige:
[DE MINDERJARIGE],
geboren op [geboortedatum] 2009 te Curaçao,
hierna ook: [de minderjarige],
als belanghebbenden worden aangemerkt:
de besloten vennootschap
Care to Coach B.V.,
gevestigd te Leeuwarden,
in hoedanigheid van bewindvoerder over alle goederen die (zullen) toebehoren aan:
[DE VADER],
wonende te Leeuwarden,
hierna respectievelijk: de bewindvoerder en de vader,
en
[DE MOEDER],
wonende te Bonaire,
hierna: de moeder.

1.Het procesverloop

1.1.
Het verzoekschrift met bijlagen is ter griffie ingekomen op 28 juni 2023.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft op 16 november 2023 plaatsgevonden. Daarbij is mevrouw E.M. Valentijn namens de Voogdijraad verschenen. Ook de vader en de moeder zijn verschenen. De bewindvoerder, die zich in deze procedure wel heeft gemeld was – zonder bericht van verhindering vooraf – tijdens de mondelinge behandeling niet aanwezig.
1.3.
De beschikking is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
De vader en de moeder hebben een relatie gehad en zijn de ouders van [de minderjarige]. [de minderjarige] woont bij de moeder.
2.2.
Bij beschikking van 2 september 2010 van (toen nog) het gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Bonaire, is de vader veroordeeld om maandelijks en bij vooruitbetaling te betalen aan de Voogdijraad het bedrag van
€ 250,- ter voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding van [de minderjarige].
2.3.
Bij beschikking van de Rechtbank Noord-Nederland van 8 september 2022 is een bewind ingesteld over de goederen en gelden die (zullen) toebehoren aan de vader.

3.Het verzoek en de beoordeling

3.1.
De Voogdijraad verzoekt om de beschikking van 2 september 2010 te wijzigen en de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van [de minderjarige] (hierna ook: kinderalimentatie) te bepalen op USD 60,00 per maand. De Voogdijraad legt daaraan ten grondslag dat de vader blijvend arbeidsongeschikt is en verder geen inkomsten genereert uit arbeid. Zijn WW-uitkering is niet toereikend om de vastgestelde kinderalimentatie van € 250,00 te voldoen. Dat bedrag is volgens de berekening van de Voogdijraad dan ook inmiddels niet meer in overeenstemming met de wettelijke maatstaven.
3.2.
De vader heeft geen verweer gevoerd tegen het verzoek van de Voogdijraad.
3.3.
De moeder heeft naar voren gebracht dat de behoefte van [de minderjarige] erg hoog is in verband met de kosten voor extra begeleiding vanwege dyslexie en een speciale bril en dat de moeder die kosten nu helemaal alleen moet dragen. Aan de andere kant begrijpt de moeder de situatie van de vader en voert zij geen verweer tegen de verlaging van de kinderalimentatie.
3.4.
Het gerecht overweegt als volgt. De wettelijke maatstaven voor het bepalen van kinderalimentatie zijn enerzijds de behoefte van de onderhoudsgerechtigde (wat [de minderjarige] nodig heeft) en anderzijds de draagkracht van de onderhoudsplichtigen (wat de vader en de moeder kunnen betalen). De vast te stellen kinderalimentatie mag de behoefte en de draagkracht niet overstijgen.
Een rechterlijke uitspraak betreffende kinderalimentatie kan ingevolge artikel 1:401 van het Burgerlijk Wetboek BES (BW BES) worden gewijzigd als er sprake is van een wijziging van omstandigheden die maakt dat de bijdrage niet langer aan de wettelijke maatstaven voldoet. De vader is blijvend arbeidsongeschikt. Daarmee is de wijziging van omstandigheden gegeven. Zijn draagkracht is namelijk verminderd. Zijn uitkering is lager dan het salaris wat hij eerder verdiende. Dat betekent dat de kinderalimentatie opnieuw berekend kan worden. Uit de
berekening van de Voogdijraad volgt dat de vader (het minimale bedrag) van
USD 60,00 per maand zou moeten kunnen voldoen. Dat bedrag is volgens de Voogdijraad in overeenstemming met de wettelijke maatstaven. Het gerecht zal de
kinderalimentatie conform het verzoek van de Voogdijraad wijzigen naar
USD 60,00 per maand. Voor de volledigheid merkt het gerecht nog op dat het de verantwoordelijkheid van de man is dat precies dit bedrag in USD maandelijks door de Belastingdienst Caribisch Nederland wordt ontvangen. Eventuele kosten die met de overboeking gepaard gaan komen voor rekening van de man.
3.5.
De datum waarop de door het gerecht vast te stellen kinderalimentatie ingaat, wordt bepaald op 1 januari 2024, zijnde de eerste dag van de maand volgend op deze uitspraak.
3.6.
Wellicht ten overvloede overweegt het gerecht nog dat de ouders ingevolge de wet verplicht zijn tot het voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kind (artikel 1:392 en 1:394 BW BES), dan wel, na het bereiken van de meerderjarigheid van het kind, tot het voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie (overeenkomstig de artikelen 1:395a en 1:395b BW BES). Nadien bestaat deze verplichting slechts in geval van behoeftigheid van het kind.

4.De beslissing

Het gerecht:
4.1.
wijzigt de beschikking van 2 september 2010 van gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Bonaire, in zoverre:
dat de door de vader te betalen bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van:
[de minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2009 te Curaçao,
met ingang van 1 januari 2024 wordt bepaald op USD 60,00 per maand, telkens bij vooruitbetaling, te voldoen aan de Belastingdienst Caribisch Nederland,
4.2.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
4.3.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.R. Veerman, rechter, en op 20 december 2023 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.