ECLI:NL:OGEABES:2023:52

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
20 december 2023
Publicatiedatum
19 februari 2024
Zaaknummer
BON202300525
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over ontruiming en huurachterstand

In deze zaak heeft de verhuurder op 6 november 2023 een verzoekschrift ingediend voor een kort geding, gericht op de ontruiming van een woning en betaling van huurachterstand door de huurder. De behandeling vond plaats op 20 november 2023 en werd voortgezet op 19 december 2023. De huurder is niet verschenen, ondanks deugdelijke oproeping, en er is verstek verleend. De huurder huurt sinds 2 juni 2022 een woning voor een maandelijkse huurprijs van USD 1.100,-. De verhuurder vorderde ontruiming en betaling van een huurachterstand van USD 5.500,00 tot en met november 2023. De huurder heeft de vorderingen niet weersproken, waardoor deze toewijsbaar zijn. Het gerecht heeft de huurder veroordeeld om de woning binnen veertien dagen te ontruimen en de achterstallige huur te betalen, evenals de proceskosten. De beslissing omvat ook de mogelijkheid voor de deurwaarder om de sterke arm van politie en justitie in te roepen indien de huurder niet aan de veroordeling voldoet. Het vonnis is uitgesproken door mr. J.R. Veerman op 20 december 2023.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA zittingsplaats Bonaire

Registratienummer: BON202300525
Datum uitspraak: 20 december 2023
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:
[EISER],
wonend te Bonaire,
eiser, hierna: verhuurder,
gemachtigde: [naam vertegenwoordiger],
tegen
[GEDAAGDE],
wonend te Bonaire,
gedaagde, hierna: huurder.

1.Het procesverloop

1.1.
Op 6 november 2023 heeft verhuurder een verzoekschrift in kort geding ingediend.
1.2.
De behandeling van het kort geding heeft plaatsgevonden op 20 november 2023 en is voortgezet op 19 december 2023. Verhuurder is verschenen. Huurder is, hoewel deugdelijk opgeroepen, niet verschenen. Tegen huurder is verstek verleend.
1.3.
Vonnis is bepaald op vandaag.

2.De beoordeling

2.1.
Huurder huurt sinds 2 juni 2022 van verhuurder de woning aan de [adres] voor een huurprijs van USD 1.100,- per maand. De huurprijs is op de eerste van de betreffende maand verschuldigd.
2.2.
Verhuurder heeft op de in het verzoekschrift aangevoerde gronden - samengevat - de ontruiming van het gehuurde en betaling van de huurachterstand plus de tot aan de ontruiming verschuldigde termijnen gevorderd, met proceskosten en nakosten.
2.3.
Zoals vermeld in het verzoekschrift bedraagt de achterstand tot en met november 2023 USD 5.500,00.
2.4.
Huurder, die niet in de procedure is verschenen, heeft de vorderingen van verhuurder niet weersproken. Die vorderingen zijn toewijsbaar als hieronder onder beslissing weergegeven. De onweersproken huurachterstand rechtvaardigt de gevorderde ontruiming.
2.5.
Huurder zal als de overwegend in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld tot betaling van de proceskosten. Deze bedragen:
explootkosten USD 159,00
griffierecht USD 251,00
salaris gemachtigde USD
559,00 +
totaal: USD 969,00

3.De beslissing

Het gerecht, recht doende in kort geding,
3.1.
veroordeelt huurder de woning binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis met alle personen en zaken die zich van de kant van huurder in en om het gehuurde bevinden, te verlaten en te ontruimen en ontruimd te houden en onder afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van verhuurder te stellen,
3.2.
verstaat dat, indien huurder niet aan de veroordeling onder 3.1. voldoet, de deurwaarder, door wie de gedwongen ontruiming zal dienen te geschieden, op grond van de wet- en regelgeving (artikel 555 e.v. Rv BES) bevoegd is de sterke arm van politie en justitie in te roepen, en verleent reeds thans toestemming voor de vertegenwoordiging als bedoeld in artikel 557 jo. 444 lid 2 Rv BES,
3.3.
veroordeelt huurder tot betaling aan verhuurder van USD 5.500,00 ter zake van achterstallige huurpenningen van de maand juli 2023 tot en met de maand november 2023, te vermeerderen met de wettelijke rente telkens vanaf de opeisbaarheid van de huurtermijnen tot de dag van algehele voldoening,
3.4.
veroordeelt huurder tot betaling aan verhuurder van USD 1.100,00 per maand voor iedere ingegane maand vanaf 1 december 2023 tot het tijdstip van ontruiming,
3.5.
veroordeelt huurder tot betaling van de proceskosten, tot op heden begroot op USD 969,00,
3.6.
veroordeelt huurder tot betaling van de nakosten van USD 140,00 zonder betekening en verhoogd met USD 84,00 in geval van betekening, indien nakoming door huurder uitblijft binnen veertien dagen nadat huurder schriftelijk is verzocht door verhuurder om aan het vonnis te voldoen,
3.7.
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
3.8.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.R. Veerman, rechter en uitgesproken op 20 december 2023 in tegenwoordigheid van de griffier.