Uitspraak
VONNIS IN KORT GEDING
[EISERES],
[GEDAAGDE],
De feiten
De beoordeling
USD 251,00 +
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak, die voor het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, heeft eiseres een kort geding aangespannen tegen gedaagde wegens een huurachterstand. Gedaagde huurt sinds 1 juli 2021 een woning van eiseres voor een maandelijkse huurprijs van USD 1.000,-. Eiseres heeft gesteld dat de huurachterstand inmiddels is opgelopen tot USD 6.000,-. De deurwaarder, die namens eiseres optrad, diende een verzoekschrift in, maar het gerecht oordeelde dat de deurwaarder niet als gemachtigde kon optreden in deze zaak, omdat de vordering een onbepaalde waarde betreft en er een verbod geldt volgens artikel 13 lid 1 van de Deurwaarderswet BES.
Tijdens de mondelinge behandeling, die op 9 juni 2022 plaatsvond, werd bevestigd dat gedaagde de woning al had ontruimd en de sleutels had ingeleverd. Hierdoor werd de vordering tot ontruiming afgewezen wegens gebrek aan belang. Het gerecht oordeelde echter dat gedaagde wel degelijk verantwoordelijk was voor de huurachterstand en veroordeelde haar tot betaling van USD 6.000,- aan eiseres, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast werden buitengerechtelijke incassokosten van USD 159,00 toegewezen, evenals de proceskosten, die op USD 387,58 werden begroot. Het vonnis werd uitgesproken door rechter J.T.G. Roovers op 14 juni 2022, en de veroordelingen werden uitvoerbaar bij voorraad verklaard.