ECLI:NL:OGEABES:2022:37

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
14 november 2022
Publicatiedatum
28 augustus 2023
Zaaknummer
BON202200404
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Buitengerechtelijke ontbinding huurovereenkomst en ontruiming vordering

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, heeft eiseres, SHYAMA’S N.V., een naamloze vennootschap gevestigd te Bonaire, een kort geding aangespannen tegen de gedaagde, die niet is verschenen. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 28 oktober 2022 is ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 7 november 2022. Tijdens deze zitting was de bestuurder van eiseres, de heer M.A. Obersi, aanwezig, maar de gedaagde was afwezig, waardoor verstek werd verleend.

De kern van de zaak betreft de huurovereenkomst die de gedaagde op 11 april 2022 is aangegaan voor een appartement in Bonaire, met een maandelijkse huurprijs van USD 925,00. Eiseres heeft op 17 oktober 2022 de huurovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden en vordert nu ontruiming van het gehuurde, alsook betaling van de huurachterstand die tot en met oktober 2022 USD 5.189,00 bedraagt. Eiseres heeft ook buitengerechtelijke incassokosten en nakosten gevorderd.

Het gerecht heeft geoordeeld dat het spoedeisend belang van eiseres bij de ontruiming evident is, gezien de aard van de zaak en de onbetwiste huurachterstand. De vordering tot ontruiming is toegewezen, evenals de vordering tot betaling van de huurachterstand en de bijkomende kosten. Gedaagde is veroordeeld tot betaling van de proceskosten en de nakosten. Het vonnis is uitgesproken op 14 november 2022 door mr. J.R. Veerman, rechter, en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA zittingsplaats Bonaire

Registratienummer: BON202200404
Datum uitspraak: 14 november 2022
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
SHYAMA’S N.V.,
gevestigd te Bonaire,
eiseres,
gemachtigde: mr. A.T.C. Nicolaas,
tegen
[GEDAAGDE],
wonende te Bonaire,
gedaagde,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift in kort geding met producties, ingekomen op 28 oktober 2022,
- de mondelinge behandeling op 7 november 2022. Daarbij is namens eiseres verschenen, haar bestuurder de heer M.A. Obersi met de gemachtigde van eiseres. Gedaagde is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen. Tegen gedaagde is verstek verleend.
1.2.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
Gedaagde huurt van eiseres vanaf 11 april 2022 het appartement gelegen aan de [adres] te Bonaire (hierna: het gehuurde) voor een huurprijs van USD 925,00 per maand inclusief water, elektra, tv en internet.
2.2.
Op 17 oktober 2022 heeft eiseres de huurovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden.

3.De vordering

3.1.
Eiseres heeft op de in het verzoekschrift aangevoerde gronden - samengevat - de ontruiming van het gehuurde en bij wijze van voorschot betaling van de huurachterstand plus de tot aan de ontruiming verschuldigde termijnen gevorderd, vermeerderd met rente en kosten waaronder buitengerechtelijke incassokosten en nakosten gevorderd.
3.2.
Gedaagde, die niet op de zitting is verschenen, heeft de vorderingen niet weersproken.

4.De beoordeling

4.1.
Het spoedeisend belang van eiseres bij de vordering tot ontruiming blijkt uit de aard van de zaak en de daaraan ten grondslag gelegde stellingen. Ook ten aanzien van de geldvorderingen heeft eiseres een spoedeisend belang. In de huurprijs zit een deel voor de kosten voor water, elektra, tv en internet. Die kosten schiet eiseres maandelijks voor aan de respectievelijke nutsbedrijven en heeft eiseres voor de afgelopen maanden dus al “out of pocket” betaald.
4.2.
Eiseres heeft onweersproken gesteld dat de huurachterstand berekend tot en met oktober 2022 USD 5.189,00 bedraagt.
4.3.
De huurachterstand rechtvaardigt de gevorderde ontruiming. De vordering hiertoe is toewijsbaar.
4.4.
De vordering om verhuurder te machtigen om de ontruiming zo nodig met de sterke arm te realiseren, zal bij gebrek aan belang worden afgewezen. Gedwongen ontruiming geschiedt op grond van artikel 556 lid 1 Rv door de deurwaarder, die daartoe dit vonnis aan de gedaagden zal moeten betekenen. Als de deuren gesloten zijn of medewerking aan de ontruiming wordt geweigerd, kan de deurwaarder op grond van artikel 557 Rv jo. artikel 444 lid 2 Rv BES de sterke arm van politie of justitie inroepen. Het gerecht zal reeds op voorhand toestemming geven voor de daarvoor op grond van artikel 444 lid 2 BW noodzakelijke vertegenwoordiging.
4.5.
Voor toewijzing van een geldvordering in kort geding is, naast een spoedeisend belang, vereist dat het bestaan van de vordering voldoende aannemelijk is en dat het restitutierisico niet te groot is. Aan beide voorwaarden is voldaan. Ook de geldvorderingen zijn toewijsbaar.
4.6.
De buitengerechtelijke incassokosten zijn als onweersproken toewijsbaar zoals gevorderd.
4.7.
Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld tot betaling van de proceskosten. De proceskosten worden tot op heden begroot op USD 946,58 bestaande uit USD 136,58,- aan explootkosten, USD 251,- aan griffierecht en USD 559,- aan salaris gemachtigde. Gedaagde zal ook worden veroordeeld in de nakosten zoals gevorderd.

5.Beslissing

Het gerecht, recht doende in kort geding,
5.1.
veroordeelt gedaagde het gehuurde binnen 3 dagen na betekening van dit vonnis met alle personen en zaken die zich van de kant van gedaagde in en om het gehuurde bevinden, te verlaten en te ontruimen en ontruimd te houden en onder afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van eiseres te stellen,
5.2.
verstaat dat, indien gedaagde niet binnen 3 dagen na betekening van dit vonnis aan deze veroordeling voldoet, de deurwaarder, door wie de gedwongen ontruiming zal dienen te geschieden, op grond van de wet- en regelgeving (artikel 555 e.v. Rv) bevoegd is de sterke arm van politie en justitie in te roepen, en verleent reeds thans toestemming voor de vertegenwoordiging als bedoeld in artikel 557 jo. 444 lid 2 Rv,
5.3.
veroordeelt gedaagde bij wijze van voorschot tot betaling aan eiseres van USD 5.189,00 ter zake van achterstallige huurpenningen tot en met de maand oktober 2022, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 28 oktober 2022 tot de dag van algehele voldoening, en USD 418,50 ter zake van buitengerechtelijke incassokosten,
5.4.
veroordeelt gedaagde tot betaling aan eiseres van USD 925,00 per maand voor iedere ingegane maand vanaf 1 november 2022 tot het tijdstip van ontruiming,
5.5.
veroordeelt gedaagde tot betaling van de proceskosten, tot op heden begroot op USD 946,58, vermeerderd met de wettelijke rente met ingang van de 15e dag na betekening van dit vonnis tot aan de dag van voldoening,
5.6.
veroordeelt gedaagde tot betaling van de nakosten, begroot op USD 140,00 zonder betekening, vermeerderd met USD 84,00 in geval van betekening nadat voldoening aan de veroordeling is uitgebleven binnen 14 dagen nadat gedaagde daartoe is aangeschreven,
5.7.
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.R. Veerman, rechter en uitgesproken op 14 november 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.