Uitspraak
BESCHIKKING
de naamloze vennootschap BONAIRE AIR SERVICE N.V.,
1. [VERWEERDER SUB 1],
2. [VERWEERDER SUB 2],
3. [VERWEERDER SUB 3],
4. [VERWEERDER SUB 4],
5. [VERWEERDER SUB 5],
6. [VERWEERDER SUB 6],
7. [VERWEERDER SUB 7],
8. [VERWEERDER SUB 8],
9. [VERWEERDER SUB 9],
10. [VERWEERDER SUB 10],
11. [VERWEERDER SUB 11],
12. [VERWEERDER SUB 12],
De procedure
De feiten
Voor de goede gang van zaken vernemen wij van u, en wel door ondertekening van deze brief, dat u accoord gaat met ons voorstel om per 1 Augustus 1999 bij ons bedrijf in dienst te treden.’
Het geschil
De beoordeling
De beslissing
[verweerder sub 11]en BAS met ingang van 1 oktober 2020;
[verweerder sub 12]en BAS met ingang van 1 oktober 2020;
[verweerder sub 1]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 1]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 80.261,- bruto;
[verweerder sub 2]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 2]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 103.959,- bruto;
[verweerder sub 3]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 3]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 22.920,- bruto;
[verweerder sub 4]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 4]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 50.855 bruto;
[verweerder sub 5]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 5]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 48.526,- bruto;
[verweerder sub 6]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 6]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 61.355,- bruto;
[verweerder sub 7]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 7]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 93.754,- bruto;
[verweerder sub 8]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 8]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 54.598,- bruto;
[verweerder sub 9]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 9]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 9.072,- bruto;
[verweerder sub 10]in kennis van zijn voornemen de arbeidsovereenkomst tussen hen te ontbinden met ingang van 1 oktober 2020, onder toekenning aan
[verweerder sub 10]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 32.500,- bruto;
[verweerder sub 1]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 1]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 80.261 bruto, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 2]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 2]ten laste van BAS van een vergoeding van USD USD 103.959,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 3]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 3]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 22.920,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 4]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 4]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 50.855,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan hem ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 5]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 5]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 48.526,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan hem ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 6]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 6]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 61.355,-, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 7]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 7]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 93.754,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 8]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 8]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 54.598,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 9]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 9]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 9.072,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;
[verweerder sub 10]en BAS met ingang van 1 oktober 2020 onder toekenning aan
[verweerder sub 10]ten laste van BAS van een vergoeding van USD 32.500,- bruto, verminderd met het bedrag van de aan haar ten laste van BAS eventueel toekomende cessantia-uitkering;