In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, heeft het casino, Coral Casino B.V., de bank, Banco di Caribe N.V., aangeklaagd om de uitvoering van betalingsopdrachten aan Amerikaanse crediteuren af te dwingen. De zaak kwam voor de rechter na een eerdere procedure waarin het casino al een kort geding had aangespannen tegen de bank, omdat deze weigerde internationale betalingen te verwerken. De bank stelde dat haar correspondent bank, de Deutsche Bank, deze transacties weigerde vanwege de betrokkenheid bij de goksector. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 januari 2019, werd echter niet voldoende bewijs geleverd dat de Deutsche Bank daadwerkelijk deze transacties verbood. Het gerecht oordeelde dat de bank niet kon aantonen dat zij niet in staat was om de betalingen uit te voeren, en dat de Deutsche Bank in het verleden wel degelijk betalingen aan dezelfde crediteuren had toegestaan. Het gerecht heeft de bank veroordeeld om binnen vijf dagen na betekening van het vonnis over te gaan tot uitvoering van de betalingsopdrachten, met een dwangsom van US$ 2.500,- per dag bij niet-naleving, tot een maximum van US$ 75.000,-. Daarnaast werd de bank veroordeeld in de proceskosten van het casino, die zijn begroot op US$ 946,58. Dit vonnis is uitgesproken op 25 januari 2019.