ECLI:NL:OGEABES:2018:25

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
8 juni 2018
Publicatiedatum
22 augustus 2018
Zaaknummer
BON201800207
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet en de geldigheid daarvan in een arbeidszaak

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 8 juni 2018 uitspraak gedaan in een arbeidsrechtelijke kwestie tussen [verzoeker] en Flamingo Communications N.V. [verzoeker] was in dienst als online communicatiespecialist en werd op 3 oktober 2017 op staande voet ontslagen door [directeur] van Flamingo Communications. De werkgever stelde dat het ontslag gerechtvaardigd was vanwege bedreiging en het ontbreken van de benodigde competenties. [verzoeker] heeft het ontslag betwist en verzocht om doorbetaling van zijn loon en andere vergoedingen. Het Gerecht heeft vastgesteld dat er geen dringende reden was voor het ontslag op staande voet, omdat de gedragingen van [verzoeker] niet zodanig ernstig waren dat van de werkgever niet gevergd kon worden de arbeidsovereenkomst voort te zetten. Het Gerecht oordeelde dat het ontslag nietig was en dat Flamingo Communications verplicht was om het loon van [verzoeker] door te betalen tot de datum waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig zou eindigen. Daarnaast werd een vertragingsrente van 10% toegewezen over het achterstallige loon. Flamingo Communications werd ook veroordeeld in de proceskosten van [verzoeker].

Uitspraak

HET GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA
zittingsplaats Bonaire
Burgerlijke zaken over 2018
Registratienummer : BON201800207
Datum uitspraak : 8 juni 2018

BESCHIKKING (artikelen 7A:1615o en 7A:1615p BW BES )

in de zaak van

[verzoeker],

wonend te Bonaire,
verzoeker,
gemachtigde: mr. E.J.J. Huizing,
en

de naamloze vennootschap Flamingo Communications N.V.,

gevestigd en kantoorhoudend te Bonaire,
verweerster,
verder te noemen: Flamingo Communications,
gemachtigde: [directeur].

De procedure

1. Het Gerecht heeft kennis genomen van het verzoekschrift van [verzoeker], met producties,
ingekomen ter griffie op 28 maart 2018. Flamingo Communications heeft op 28 mei 2018 producties ingediend.
2. De mondelinge behandeling van het verzoekschrift heeft plaatsgehad op 31 mei 2018. Bij
deze gelegenheid zijn verschenen [verzoeker] en zijn gemachtigde en namens Flamingo Communications is verschenen [directeur], directeur van Flamingo Communications (verder te noemen: [directeur]).
3. De beschikking is bepaald op heden.

De vaststaande feiten

4. De volgende feiten staan tussen partijen vast:
- [ [verzoeker] is op 2 augustus 2017 voor de duur van zes maanden in dienst getreden van
Flamingo Communications in de functie van ‘online communicatiespecialist’ tegen een bruto maandsalaris van US$ 2.750,-;
- bij e-mail van 3 oktober 2017 heeft [directeur] namens Flamingo Communications [verzoeker]
op staande voet ontslagen wegens bedreiging en het in ernstige mate missen van de bekwaamheid om de overeengekomen werkzaamheden te verrichten;
- bij e-mail van 3 november 2017 heeft [verzoeker] de nietigheid van het ontslag op staande voet
ingeroepen en zich beschikbaar gesteld voor het verrichten van werkzaamheden. Voorts heeft [verzoeker] verzocht hem zijn achterstallig salaris uit te betalen, hem een gecorrigeerde salarisslip te doen toekomen en de verzekeringsarts te voorzien van een dokterskaart;
- bij brief van 9 januari 2018 heeft de gemachtigde van [verzoeker] eveneens de nietigheid van het
ontslag ingeroepen en Flamingo Communications verzocht het loon van [verzoeker] uit te betalen. Aan deze sommatiebrief heeft Flamingo Communications gen gehoor gegeven;
- bij beschikking van 13 maart 2018 heeft Sociale Zaken en Werkgelegenheid het verzoek van
Flamingo Communications van 8 november 2017 toegewezen, en een ontslagvergunning verleend.

Het verzoek van [verzoeker]

5. [verzoeker] verzoekt bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad:
I. hem toe te staan kosteloos te procederen;
II. Flamingo Communications te bevelen om binnen 48 uur na betekening van deze beschikking de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst na te komen door uitbetaling aan [verzoeker] van zijn (achterstallige) loon inclusief emolumenten, vermeerderd met vertragingsrente van 50% over de periode 3 oktober 2017 tot en met 2 februari 2018, onder verbeurte van een dwangsom van US$ 2.000,- per dag indien Flamingo Communications niet aan deze veroordeling zal voldoen;
III. veroordeling van Flamingo Communications in de kosten van dit geding.
6. [verzoeker] legt aan zijn verzoek het volgende ten grondslag. Er is geen sprake van een
dringende reden die het ontslag op staande voet rechtvaardigt. De door Flamingo Communications omschreven gedragingen en omstandigheden zijn onjuist en rechtvaardigen geen ontslag op staande voet. Nog daargelaten dat er geen geldige reden was voor tussentijdse opzegging van de arbeidsovereenkomst, heeft Flamingo Communication geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid de arbeidsovereenkomst tussentijds, met inachtneming van de opzegtermijn, op te zeggen. Flamingo Communications heeft voorts niet voor het eindigen van de arbeidsovereenkomst een ontslagvergunning verkregen. Nu [verzoeker] de nietigheid van het ontslag op staande voet heeft ingeroepen is de arbeidsovereenkomst blijven voortbestaan, waardoor [verzoeker] zijn loonaanspraak jegens Flamingo Communications heeft behouden tot de datum waarop de arbeidsovereenkomst van rechtswege is geëindigd. Hoewel [verzoeker] Flamingo Communications herhaaldelijk heeft aangemaand en in gebreke heeft gesteld, is betaling van zijn loon door Flamingo Communications uitgebleven.

Het verweer van Flamingo Communications

7. Flamingo Communications heeft het volgende tot verweer gevoerd, met conclusie tot afwijzing
van het door [verzoeker] verzochte. [verzoeker] bleek de competenties die voor zijn functies gelden te missen. Tijdens het sollicitatiegesprek had hij aangegeven verstand te hebben van bepaalde programma’s en achteraf bleek dat niet het geval. [verzoeker] was niet in staat eenvoudige opdrachten zelfstandig uit te voeren, en volgde door [directeur] gegeven aanwijzingen niet op. Als [verzoeker] daarop werd aangesproken reageerde hij brutaal, zonder respect voor autoriteit. Flamingo Communications heeft hem meerdere kansen gegeven zichzelf te bewijzen, maar [verzoeker] heeft niet laten zien de over voor zijn functie benodigde competenties te beschikken. De bedreiging op 3 oktober 2017 was voor [directeur] de laatste druppel, waardoor hij [verzoeker] op staande voet heeft ontslagen. [directeur] heeft aangifte gedaan van de bedreiging, omdat hij het gevoel had dat zijn leven in gevaar was.

De beoordeling

8. In het onderhavige geschil dient de vraag te worden beantwoord of het ontslag op staande voet
geldig is. Voor de geldigheid van een ontslag op staande voet moet aan de volgende eisen worden voldaan (artikel 7A:1615o BW BES):
  • er is sprake van een dringende reden;
  • het ontslag op staande voet is onverwijld gegeven, en
  • de dringende reden is gelijktijdig met het ontslag op staande voet aan de werknemer
medegedeeld.
Als dringende redenen voor de werkgever worden beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die ten gevolg hebben dat van de werkgever redelijkerwijze niet gevergd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren (artikel 7A:1615p BW BES). Als dringende redenen wordt door Flamingo Communications aangevoerd dat [verzoeker] op 3 oktober 2017, nadat hij een email had ontvangen waarin kritiek was geuit over zijn werk -met verheven stem heeft gezegd “Je moet vooral zo doorgaan. Ik ga naar huis”. Daarnaast wordt aangegeven dat [verzoeker] in ernstige mate de bekwaamheid voor het uitvoeren van de overeengekomen werkzaamheden mist.
9. Het Gerecht oordeelt als volgt. De uitlating van [verzoeker] heeft [directeur] gezien als een
bedreiging die voor hem de laatste druppel was, en (mede) heeft geleid tot het ontslag op staande voet. Het ontslag op staande voet is een ultimum remedium en moet als laatste middel worden ingezet. De door [verzoeker] uit emotie gedane uitlating is niet dusdanig ernstig dat deze uitlating een ontslag op staande voet tot gevolg kan hebben. Deze gedraging van [verzoeker] leidt er niet toe dat van de werkgever niet gevergd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Van een bedreiging van [directeur] is voorts niet gebleken. Het in ernstige mate missen van de bekwaamheid voor het uitvoeren van de overeengekomen werkzaamheden kan een dringende reden opleveren voor een ontslag op staande voet. Hiervan zou sprake kunnen zijn wanneer de werknemer door onverwachte omstandigheden of een essentiële verzwijging vergaand ongeschikt blijkt. Deze grond gaat verder dan “eenvoudig” disfunctioneren op de werkvloer. Indien de werknemer naar het oordeel van de werkgever niet naar de wens of verwachtingen van de werkgever functioneert, dan is er geen sprake van een dringende reden. De werkgever kan dan, nadat de werknemer in de gelegenheid is gesteld zijn functioneren te verbeteren, overgaan tot een regulier ontslag. De gronden zoals door Flamingo Communications aangevoerd in de ontslag e-mail zijn derhalve onvoldoende om een dringende reden aan te nemen. Nu er naar het oordeel van het Gerecht geen dringende reden was voor het ontslag op staande voet is het gegeven ontslag nietig, en dient Flamingo Communications het loon van [verzoeker] door te betalen tot de datum waarop de arbeidsovereenkomst van rechtswege is geëindigd.
10. [ [verzoeker] heeft aanspraak gemaakt op vertragingsrente gebaseerd op artikel 7A:1614q BW
BES. Deze is toewijsbaar, echter tegen een in verband met de omstandigheden van het geval gematigd percentage van 10%.
11. [ [verzoeker] verzoekt voorts te bepalen dat Flamingo Communications een dwangsom zal
verbeuren indien Flamingo Communications niet aan de veroordeling in deze beschikking voldoet. Flamingo Communications heeft zich tegen dit verzoek verweerd door aan te voeren dat een dwangsom in het onderhavige geval niet op zijn plaats is, omdat het verzoek een veroordeling tot betaling van een geldsom betreft. Het Gerecht is met Flamingo Communications van oordeel dat in het onderhavige geval sprake is van een geldvordering, zodat de verzochte dwangsom zal worden afgewezen.
12. Flamingo Communications heeft tevergeefs, wegens gebrek aan grondslag, betoogd dat een
eventueel uitgekeerde ziekte-uitkering aan [verzoeker] in mindering zou moeten worden gebracht op de verplichting tot het betalen van loon.
13. Als de in het ongelijk gestelde partij zal Flamingo Communications in de kosten van dit
geding worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [verzoeker] worden tot op heden begroot op:
- griffierecht US$ 28,-
- salaris gemachtigde (2 punten ad $ 559,-) US$
1.118,-
Totaal US$ 1.146,-

De beslissing

Verleent [verzoeker] toestemming kosteloos te procederen.
Veroordeelt Flamingo Communications tot betaling aan [verzoeker] van het overeengekomen loon over de periode 3 oktober 2017 tot 2 februari 2018, vermeerderd met de vertragingsrente van 10%.
Veroordeelt Flamingo Communications in de proceskosten aan de zijde van [verzoeker] tot op heden begroot op US$ 1.118,- aan gemachtigdensalaris en US$ 28,- aan griffierecht door Flamingo Communication aan de griffier van dit Gerecht te voldoen.
Verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Wijst hetgeen meer of anders is verzocht af.
Deze beschikking is gegeven op Bonaire door mr. S.E. Sijsma, rechter in het Gerecht voormeld, en uitgesproken op bovengenoemde datum in tegenwoordigheid van de griffier.