ECLI:NL:OGEABES:2018:20

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
3 juli 2018
Publicatiedatum
22 augustus 2018
Zaaknummer
WAR BES: BON201800013 en BON201800014
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van tewerkstellings- en verblijfsvergunningen op basis van functie-eisen en zorgvuldigheidsbeginsel

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 3 juli 2018 uitspraak gedaan in twee zaken (WAR BES: BON201800013 en BON201800014) betreffende de afwijzing van een tewerkstellingsvergunning en een verblijfsvergunning. De eiseres, KRK Corporation B.V., had een aanvraag ingediend voor een tewerkstellingsvergunning voor een werknemer, [eiser], maar deze aanvraag werd afgewezen omdat de voorgestelde kandidaat niet voldeed aan de gestelde functie-eisen. De afwijzing van de tewerkstellingsvergunning leidde ook tot de afwijzing van de verblijfsvergunning voor de werknemer.

De eiseres heeft bezwaar aangetekend tegen de afwijzing, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard. Het Gerecht oordeelde dat de eiseres niet voldoende had aangetoond dat de voorgestelde werknemer voldeed aan de functie-eisen, waaronder een opleiding tot horologist en vijf jaar relevante werkervaring. Het Gerecht onderschreef het standpunt van de verweerder dat de aanvraag niet kon worden toegewezen, omdat er geen lokaal aanbod was en de voorgestelde vreemdeling niet voldeed aan de eisen.

De eiser heeft ook een beroepschrift ingediend tegen de afwijzing van zijn verblijfsvergunning, maar het Gerecht oordeelde dat deze ook terecht was afgewezen, aangezien de tewerkstellingsvergunning niet was verleend. De uitspraak concludeerde dat beide beroepen ongegrond waren en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. C.W.M. Giesen, rechter in het Gerecht in Eerste Aanleg, in tegenwoordigheid van de griffier.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA

zittingsplaats Bonaire

Wet administratieve rechtspraak BES (WAR BES)

Uitspraak: 3 juli 2018
Zaaknr. WAR BES: BON201800013 en BON201800014

Uitspraak

op het beroepschrift ex artikel 7 WAR BES van:

de besloten vennootschap KRK Corporation B.V.,

eiseres,
gevestigd en kantoorhoudend te Bonaire,
verder ook te noemen: KRK Corporation,
gemachtigde: mr. A.T.C. Nicolaas,
in het geschil van eiseres en:

de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

verweerder,
mede kantoorhoudend te Bonaire,
gemachtigde: mr. R. van der Oord,
alsmede
op het beroepschrift ex artikel 19 WTU BES van:

[eiser],

eiser,
wonend te Bonaire,
gemachtigde: mr. A.T.C. Nicolaas,
in het geschil van eiser en:

de Minister van Justitie en Veiligheid,

verweerder,
mede kantoorhoudend te Bonaire,
gemachtigde: P.J. de Graaf.

Bestreden beschikking

in de zaak WAR BES BON201800013
Bij besluit van 1 september 2017, met kenmerk: 35472, is de aanvraag van eiseres voor een tewerkstellingsvergunning voor [eiser] afgewezen onder verwijzing naar artikel 11 onder c, van het Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen BES (Wav BES).
Eiseres heeft op 5 oktober 2017 bezwaar aangetekend tegen dit besluit. Het
bezwaar is bij beslissing op bezwaar van 18 december 2017 ongegrond verklaard.
in de zaak WAR BES BON201800014
3. Bij besluit van 18 september 2017, met kenmerk: FMSCRV20172994/1, is de
aanvraag van eiser voor een verblijfsvergunning onder de beperking arbeid in loondienst afgewezen, omdat hij niet in het bezit is van een tewerkstellingsvergunning.
4. Eiser heeft op 5 oktober 2017 bezwaar aangetekend tegen dit besluit. Het
bezwaar is bij beslissing op bezwaar van 22 december 2017 ongegrond verklaard.

Procesverloop

in de zaak WAR BES BON201800013
5. Het procesverloop blijkt uit:
  • het beroepschrift, met producties, van 11 januari 2018 van eiseres;
  • het verweerschrift, met producties, van 13 februari 2018 van verweerder.
in de zaak WAR BES BON201800014
6. Het procesverloop blijkt uit:
  • het beroepschrift, met producties, van 11 januari 2018 van eiser;
  • het verweerschrift, met producties, van 28 februari 2018 van verweerder.
in beide zaken
7. De behandeling ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 12 juni 2018. Bij deze
gelegenheid zijn verschenen namens eiseres [manager] tezamen met mr. Nicolaas. Namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is verschenen mr. R. van der Oord en namens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid is mr. P.J. de Graaf verschenen. [eiser] is niet verschenen.
8. De uitspraak is bepaald op heden.

Partijstandpunten

in de zaak WAR BES BON201800013
9. Eiseres verzoekt haar beroepschrift ontvankelijk en gegrond te verklaren en
te bepalen dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde beschikking, aldus dat aan haar een tewerkstellingsvergunning voor bepaalde tijd wordt verstrekt ten behoeve van haar werknemer [eiser], dan wel dat verweerder wordt opgedragen binnen zeven dagen na deze uitspraak opnieuw te beschikken met inachtneming van artikel 50 lid 4 WAR BES, met veroordeling van verweerder in de proceskosten.
10. Eiseres heeft haar verzoek als volgt onderbouwd. Verweerder heeft
gehandeld in strijd met het formele zorgvuldigheidsbeginsel van artikel 5 lid 10 Wav BES door niet binnen vijf weken op de aanvraag van eiseres te beslissen. Door de trage besluitvorming van verweerder verkeert eiseres in tijdsdruk om de vacature te vervullen. Voorts heeft verweerder in strijd gehandeld met het verdedigingsbeginsel door bij de beslissing op bezwaar niet enkel af te gaan op hetgeen tijdens de bezwaarprocedure naar voren is gebracht, en door de afwijzingsgronden te wijzigen. Hierdoor is de rechtspositie van eiseres door het indienen van bezwaar slechter geworden. Verweerder heeft derhalve gehandeld in strijd met het verbod op reformatio in peius. Eiseres meent dat verweerder onvoldoende heeft onderbouwd op grond waarvan verweerder denkt zij een verkoper/winkelbediende zoekt, en waarom de vacatureaanmelding onjuist zou zijn. Tot slot stelt eiseres dat op de vacature geen kandidaten hebben gereageerd.
11. Verweerder heeft de aanvraag afgewezen, omdat een dergelijke aanvraag alleen wordt toegewezen indien blijkt dat er geen lokaal aanbod is. De arbeidsmarkttoets heeft echter niet kunnen plaatsvinden omdat eiseres geen juist beeld heeft geschetst van de functie. Daar komt bij dat verweerder bevoegd is om naast de arbeidsmarkttoets te toetsen of de voorgestelde vreemdeling voldoet aan de door de werkgever gestelde functie eisen. Hiermee wordt getracht oneerlijke concurrentie en verdringing van lokale arbeidskrachten op de arbeidsmarkt te voorkomen. Deze toets heeft geleid tot de conclusie dat de vreemdeling niet aan de gestelde functie eisen voldoet. Daarnaast stelt verweerder zich op het standpunt dat er sprake is van een discrepantie tussen de functietitel en de functieomschrijving, omdat 95% van de werkzaamheden gericht is op verkoop en daarbij behorende taken en slechts 5% op het repareren van horloges waarvoor de opleiding van horologist nodig zou zijn. Door vast te houden aan de functietitel horologist stelt eiseres eisen die onredelijk zijn in verhouding tot de te verrichten werkzaamheden.
in de zaak WAR BES BON201800014
12. Eiser verzoekt zijn beroepschrift ontvankelijk en gegrond te verklaren en te
bepalen dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde beschikking aldus dat aan hem een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd wordt verstrekt, dan wel dat verweerder wordt opgedragen binnen zeven dagen na deze uitspraak opnieuw te beschikken met inachtneming van artikel 50 lid 4 WAR BES, met veroordeling van verweerder in de proceskosten.
13. Eiser legt aan zijn verzoek het volgende ten grondslag. De door KRK
Corporation aangevraagde tewerkstellingsvergunning is genomen in strijd met het formele zorgvuldigheidsbeginsel, het verdedigingsbeginsel en het verbod van reformatio in peius. Voorts zijn de afwijzingsgronden onvoldoende onderbouwd. De ten behoeve van eiser aangevraagde tewerkstellingsvergunning is daarom onterecht afgewezen. Hierdoor is ook de verblijfsvergunning onterecht afgewezen.
14. Verweerder heeft aangevoerd dat de verblijfsvergunning is afgewezen, omdat
eiser niet in het bezit is van een geldige tewerkstellingsvergunning. De verblijfsvergunning onder de beperking arbeid in loondienst kan immers alleen worden verleend indien de aanvrager beschikt over een geldige tewerkstellingsvergunning.

Beoordeling van het beroep

in de zaak WAR BES BON201800013
15. Eiseres heeft haar beroepschrift ingediend binnen zes weken na ontvangst
van de beslissing op bezwaar, zodat zij in haar beroep kan worden ontvangen (artikel 16 WAR BES).
16. De vraag die voorligt is of verweerder terecht heeft geconcludeerd dat [eiser]
niet aan de door eiseres gestelde functie-eisen voldoet, waardoor de tewerkstellingsvergunning niet kon worden verleend.
Eiseres stelt als belangrijkste functie-eisen: (i) een opleiding tot horologist en (ii) vijf jaar werkervaring als horologist. Verweerder heeft geconcludeerd dat [eiser] niet aan die functie-eisen voldoet. Het Gerecht onderschrijft dit standpunt van verweerder. Nog daargelaten dat op het certificaat horologist van [eiser] niet staat waar hij deze heeft behaald, blijkt uit de stukken dat [eiser] geen vijf jaar werkervaring heeft als horologist. Reeds om deze reden heeft verweerder terecht geconcludeerd tot afwijzing van de door eiseres aangevraagde tewerkstellingsvergunning. Het beroep zal reeds daarom ongegrond worden verklaard. De overige beroepsgronden behoeven dan ook geen bespreking.
17. Voor een proceskostenveroordeling ziet het Gerecht, mede omdat verweerder hier niet om heeft verzocht, geen aanleiding.
in de zaak WAR BES BON201800014
18. Eiser heeft zijn beroepschrift ingediend binnen zes weken na ontvangst van
de beslissing op bezwaar, zodat hij in zijn beroep kan worden ontvangen (artikel 16 WAR BES).
19. De vraag die voorligt is of verweerder terecht heeft geconcludeerd tot afwijzing
van de verblijfsvergunning onder de beperking arbeid in loondienst.
20. Nu in de zaak WAR BES BON201800013 is geoordeeld dat de
tewerkstellingsvergunning die door KRK Corporation ten behoeve van eiser was aangevraagd terecht is afgewezen is ook de verblijfsvergunning terecht afgewezen. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.
21. Voor een proceskostenveroordeling ziet het Gerecht geen aanleiding.

Beslissing

Het Gerecht:
in de zaak WAR BES BON201800013
Verklaart het beroep ongegrond.
in de zaak WAR BES BON201800014
Verklaart het beroep ongegrond.
in beide zaken
Wijst hetgeen meer of anders is verzocht af.
Deze uitspraak is gedaan op 3 juli 2018 door mr. C.W.M Giesen, rechter in het Gerecht in Eerste Aanleg, in tegenwoordigheid van de griffier.