Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
[Verzoeker],
DE MINISTER VAN JUSTITIE EN SOCIALE ZAKEN,
BESLISSING
OVERWEGINGEN
Het gerecht stelt vast dat verweerder nog steeds niet op het bezwaar van verzoeker heeft beslist. Hoewel daartoe wel verplicht heeft verweerder dus geen uitvoering gegeven aan de uitspraak van 6 maart 2024. Naar aanleiding van hetgeen ter zitting is besproken, wordt het verzoek om nakoming opgevat als een verzoek om toekenning van een vergoeding aan verzoeker ten laste van verweerder (het Land). De gemachtigde van verzoeker heeft ter zitting, desgevraagd, aangegeven dat het om een bedrag van Afl. 500,- gaat wegens overschrijding van de redelijke termijn. Verweerder heeft deze vordering niet betwist.