ECLI:NL:OGEAA:2025:220

Uitspraak

Vonnis in kort geding van 2 juli 2025

Behorend bij AUA202501486 KG

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

VONNIS IN KORT GEDING

in de zaak van:

de naamloze vennootschap
MANOR BEACH RESORT N.V. H.O.D.N. AMSTERDAM MANOR BEACH RESORT,

te Aruba,

eiseres,

hierna te noemen: Manor Beach,

gemachtigde: de advocaat mr. P.R.C. Brown,

tegen:

de naamloze vennootschap

ARUBA WASTEWATER SUSTAINABLE SOLUTIONS N.V.,

te Aruba,

gedaagde,

hierna te noemen: AWSS,

gemachtigden: de advocaten mrs. A.A. Ruiz en M.R.M. Reinkemeyer.

1.DE PROCEDURE

1.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het verzoekschrift met producties 1 tot en met 15, ingediend op 16 mei 2025;

- de akte houdende wijziging van eis, ingediend op 26 mei 2025;

- de akte overlegging producties 1 tot en met 14 van AWSS, ingediend op 5 juni 2025;

- de akte overlegging producties 16 tot en met 20 van Manor Beach, ingediend op 5 juni 2025;

- de mondelinge behandeling van 6 juni 2025.

1.2

Tijdens de mondelinge behandeling op 6 juni 2025 is namens Manor Beach de heer [directeur van Manor Beach] (directeur) verschenen met zijn gemachtigde mr. Brown en namens AWSS mevrouw [functionaris AWSS] en haar gemachtigden mrs. Ruiz en Reinkemeyer. Partijen hebben tijdens de zitting het woord gevoerd (mede aan de hand van overgelegde spreekaantekeningen) en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.

1.3

Tijdens de zitting heeft Manor Beach bezwaar gemaakt tegen een (tweede) akte van die AWSS op 5 juni 2025 heeft ingediend. Manor Beach heeft er (terecht) op gewezen dat deze akte te laat is ingediend. Het Gerecht heeft daarop beslist dat deze akte wordt geweigerd.

1.4

Partijen hebben ter zitting afgesproken dat zij zouden proberen hun geschillen onder leiding van een mediator op te lossen. Manor Beach heeft echter op 18 juni 2025 bericht dat mediation niet van de grond is gekomen.

1.5

Daarop is bepaald dat vandaag vonnis zal worden gewezen.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1

Manor Beach exploiteert een hotel grenzend aan de rioolwaterzuiveringsinstallatie (hierna: RWZI). Manor Beach ervaart stank- en vliegenoverlast van de RWZI. Tot 1 juli 2024 behoorde de RWZI toe aan het Land. Na 1 juli 2024 wordt de RWZI geëxploiteerd door AWSS.

2.2

Bij vonnis van 13 december 2023 heeft het Gerecht:

I. voor recht verklaard dat het Land vanaf 2002 tot en met heden tegenover Manor Beach onrechtmatig handelt door geen of onvoldoende maatregelen te hebben genomen en te nemen om de RWZI te repareren, geschikt te maken en te houden om de aldaar geloosde hoeveelheden rioolwater op adequate wijze te bewerken en te verwerken, zodanig dat Manor Beach geen door RWZI veroorzaakte hinder of overlast ondervindt in de vorm van stank en/of vliegen;

II. het Land veroordeeld om aan Manor Beach de geleden en nog te lijden schade te vergoeden.

Het Land heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld.

2.3

Het Land Aruba is bij vonnissen in kort geding van 23 november 2022, 16 maart 2023, 13 december 2023 en 8 mei 2024 veroordeeld om concrete maatregelen te nemen om de stank- en vliegenoverlast die Manor Beach ondervindt, tegen te gaan.

2.4

Naar aanleiding van het kort geding vonnis van 23 november 2022 heeft het Land inmiddels Afl. 710.000,- aan dwangsommen betaald aan Manor Beach. Daarnaast heeft het Land dwangsommen verbeurd naar aanleiding van het vonnis van 8 mei 2024.

2.4

Bij brief van 30 april 2025 heeft Manor Beach AWSS in gebreke gesteld met het verzoek maatregelen te nemen tegen de stank- en vliegenoverlast van Manor Beach.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1

Manor Beach vordert – na wijziging van eis – dat AWSS wordt veroordeeld om:

a. binnen drie dagen na dit vonnis aan te vangen met het toepassen van bio-augmentation met de “ALL POWER Aruba Blend” zoals door CGC geleverd, op de volgende wijze:

- Frequentie: dagelijks, inclusief weekends en vrije dagen.

- Locatie van toediening: pompgemalen te Boulevard, Tamarijn, Hadicurari en Palm Beach.

- Hoeveelheid per locatie: 6 kilogram per dag per pompgemaal

op verbeurte van een direct opeisbare dwangsom van Afl. 50.000,- per dag of gedeelte van een dag dat niet minimaal zes kilogram per dag en per pompgemaal wordt toegepast;

b. met onmiddellijke ingang na dit vonnis de volgende werkzaamheden slechts tussen 11:00 uur PM en 5:00 AM te verrichten, met gebruikmaking van voldoende chemicaliën ter bestrijding van overmatige geurontwikkeling:

- het skimmen van vet en olie;

- het schoonmaken van nabezinktanks;

- het verwijderen van overtollig slib;

- het schoonmaken van de leidingen,

op verbeurte van een direct opeisbare dwangsom van Afl. 50.000,- per werkzaamheid en per dag of gedeelte van een dag dat deze werkzaamheden buiten de uren tussen 11:00 PM en 05:00 uur AM worden verricht;

c. binnen drie dagen na dit vonnis bij de RWZI in Bubali drie nabezinktanks in werking te hebben, op verbeurte van een direct opeisbare dwangsom van Afl. 50.000,- voor elke dag of gedeelte van een dag dat niet minimaal twee nabezinktanks in werking zijn;

d. het opgehoopte slib (sludge) dagelijks te verwijderen uit de oxidatiesloot van de RWZI in Bubali en af te voeren, dusdanig dat de slibconcentratie na de dagelijkse verwijdering maximaal 5 g/l bedraagt, op verbeurte van een direct opeisbare dwangsom van Afl. 50.000,- voor elke werkdag of gedeelte van een werkdag dat niet aan dit bevel wordt voldaan;

e. om dagelijks aan Manor Beach toe te sturen de meetresultaten van de kwaliteit en compositie van het influent en het effluent die door het Oblysis-systeem over de voorafgaande 24 uur worden gegenereerd, op verbeurte van een direct opeisbare dwangsom van Afl. 10.000,- voor elke dag waarop AWSS nalaat deze opgave te doen;

met veroordeling van AWSS in de kosten van dit geding, vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf 14 dagen na de dag van het vonnis en voor zover de proceskosten na deze termijn onbetaald zijn gebleven.

3.2

AWSS heeft gemotiveerd verweer gevoerd.

4.DE BEOORDELING

4.1

In een kort geding moet aan de hand van de stellingen van partijen, zonder nader onderzoek en met inachtneming van de beperkingen van de op snelheid gerichte procedure, de vraag worden beantwoord of de vorderingen van Manor Beach in een eventuele bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben dat – vooruitlopend daarop – toewijzing van de gevraagde voorzieningen gerechtvaardigd is. Het Gerecht komt aan de beantwoording van die vraag echter alleen toe, als naar het oordeel van het Gerecht sprake is van een spoedeisend belang bij (toewijzing van) die vorderingen in de zin van artikel 226 lid 1 Rv.

4.2

Als meest ver strekkende verweer heeft AWSS aangevoerd dat Manor Beach geen spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen.

4.3

Het Gerecht is van oordeel dat dit verweer slaagt. Manor Beach heeft onvoldoende feiten aangedragen die meebrengen dat uit hoofde van onverwijlde spoed een onmiddellijke voorziening is vereist en dat een beslissing van het Gerecht in een eventuele bodemprocedure niet kan worden afgewacht. Het Gerecht overweegt daartoe als volgt.

4.4

Het belang van Manor Beach dat de stank- en vliegenoverlast stopt, is volgens haar gelegen in de feiten dat (i) sprake is van negatieve publiciteit, (ii) potentiële gasten op basis van die publiciteit elders boeken, (iii) gasten vroegtijdig vertrekken uit het hotel en/of (iv) gasten een flinke korting willen op de prijs van hun kamer of eten. Het gaat hier om een zakelijk belang voor Manor Beach met mogelijke financiële schade tot gevolg. Met dit kort geding poogt Manor Beach aan AWSS allerlei verplichte maatregelen op te leggen om te voorkomen dat zij schade lijdt als gevolg van de stank- en vliegenoverlast. Dat daar onmiddellijke haast bij is, heeft Manor Beach echter niet gesteld en is ook niet gebleken. In dit verband speelt een rol dat vaststaat dat het Land recentelijk al Afl. 710.000,- aan dwangsommen aan Manor Beach heeft betaald en dat het Land bovendien ook op basis van het kort geding vonnis van 8 mei 2024 nog een aanzienlijk bedrag aan dwangsommen is verschuldigd. Om welke reden Manor Beach op dit moment niettemin een acuut (financieel) belang heeft bij aanvullende maatregelen, heeft zij niet duidelijk gemaakt.

4.5

Bij die stand van zaken kan in het midden blijven of AWSS (die de exploitatie van de RWZI in Bubali per 1 juli 2024 heeft overgenomen van het Land) onrechtmatig handelt ten opzichte van Manor Beach door – zoals Manor Beach stelt maar AWSS bestrijdt – onvoldoende maatregelen te nemen om overlast tegen te gaan.

4.6

Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vordering van Manor Beach zal worden afgewezen.

4.7

Manor Beach zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van deze procedure worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van AWSS worden begroot op Afl. 1.000,- aan salaris van haar gemachtigden.

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:

5.1

wijst de vorderingen van Manor Beach af;

5.2

veroordeelt Manor Beach in de kosten van deze procedure, aan de zijde van AWSS tot op heden begroot op Afl. 1.000,- wegens salaris van haar gemachtigden en verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad.

Dit vonnis is gewezen door mr. J. Brandt, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 2 juli 2025 in aanwezigheid van de griffier.