Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
“an/or another natural person or entity to be appointed by the Buyer”de woning voor Afl. 210.000,- koopt van [gedaagde].
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiser Expro Exclusive Properties & Realty N.V. een kort geding aangespannen tegen gedaagde, die eigenaar is van een perceel eigendomsgrond met woning. De procedure begon met een verzoekschrift van Expro op 21 november 2024, gevolgd door een conclusie van antwoord van gedaagde op 3 januari 2025. Tijdens de mondelinge behandeling op 7 januari 2025 zijn beide partijen verschenen, bijgestaan door hun advocaten. Expro vordert dat gedaagde wordt veroordeeld tot de levering van de woning, omdat zij door een derde partij is aangewezen als de kopende partij. Gedaagde betwist echter de geldigheid van de koopovereenkomst, stellende dat deze tot stand is gekomen door manipulatie en onder invloed van een wilsgebrek. Gedaagde heeft niet voldaan aan een sommatie om mee te werken aan de levering van de woning aan Expro, wat aanleiding gaf tot deze rechtszaak.
Het Gerecht heeft de vordering van Expro beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is dat de vordering in een eventuele bodemprocedure zou slagen. De rechter heeft vastgesteld dat de argumenten van gedaagde voldoende twijfel oproepen over de geldigheid van de koopovereenkomst. Daarom is de vordering van Expro afgewezen en is zij veroordeeld in de proceskosten van gedaagde. Dit vonnis is uitgesproken op 22 januari 2025 door rechter J. Brandt, in aanwezigheid van griffier C.F.N. van Schaijk.