4.5Ingevolge artikel 1 van de ministeriele regeling ter uitvoering van de artikelen 11, eerste lid, en 17, derde lid, van het Toelatingsbesluit 2009, bedraagt de periode van niet-toelating na een beslissing tot uitzetting -voor zover hier van belang-:
a. bij overschrijding van de geldigheidsduur van de verblijfstitel of de vergunning tot tijdelijk verblijf van:
- 1 tot en met 12 maanden: 18 maanden;
- 13 tot en met 18 maanden: 24 maanden;
- 19 tot en met 24 maanden: 30 maanden;
- 25 tot en met 30 maanden: 36 maanden;
- 31 tot en met 36 maanden: 42 maanden;
- 37 tot en met 42 maanden: 48 maanden;
- 43 tot en met 48 maanden: 54 maanden;
- meer dan 48 maanden: 60 maanden.
5. In dit geval staat vast dat appellant sinds 3 april 2016, na het verstrijken van de geldigheidsduur van zijn toeristisch verblijf, zonder geldige verblijfstitel in Aruba verbleef. Verweerder was derhalve bevoegd om appellant, met toepassing van artikel 15, eerste lid, aanhef en onder d, van de Ltu, uit te zetten.