In deze zaak heeft El Bohio Holding N.V. een verzoek ingediend tot schorsing van de precariovergunningen die zijn verleend aan twee belanghebbenden voor het innemen van domeingrond voor het plaatsen van kiosken voor de verkoop van souvenirs. De vergunningen zijn verleend op 4 juli 2024, maar El Bohio heeft pas op 26 september 2024 bezwaar gemaakt, wat buiten de wettelijke bezwaartermijn valt. Het gerecht heeft echter geoordeeld dat El Bohio ontvankelijk is in haar bezwaren, omdat zij niet eerder op de hoogte was van de vergunningverlening.
De zitting vond plaats op 13 november 2024, waar El Bohio werd vertegenwoordigd door een gemachtigde. Het gerecht heeft vastgesteld dat de situatie rondom de kiosken sinds 2019 niet wezenlijk is veranderd en dat er geen relevante wijziging is die de bezwaren van El Bohio kan onderbouwen. De rechter heeft geconcludeerd dat de verzoeken tot schorsing van de vergunningen niet kunnen worden toegewezen, omdat er geen spoedeisend belang is en de bezwaren van El Bohio naar verwachting niet zullen slagen. De verzoeken zijn afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding. De uitspraak werd gedaan door mr. B.J. van Ettekoven op 27 november 2024.