[journalist 4],
geboren op [geboortedatum] 2000 in Aruba,
wonende in Nederland, [adres].
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 15 november 2024. De verdachte is niet ter terechtzitting verschenen. De raadsvrouw van de verdachte, mr. D.M. Canwood, advocaat in Aruba, die daartoe uitdrukkelijk is gemachtigd, was ter terechtzitting aanwezig en heeft namens de verdachte verdediging gevoerd.
De officier van justitie, mr. G. Visser, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het onder 2 en 3 ten laste gelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en voorts met een taakstraf voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen vervangende hechtenis. De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van hetgeen de verdachte onder 1 is ten laste gelegd.
De raadsvrouw heeft primair bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken van het ten laste gelegde, subsidiair dat de verdachte ter zake van het ten laste gelegde zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging, meer subsidiair dat de verdachte schuldig wordt verklaard zonder oplegging van straf en heeft tot slot een strafmaatverweer gevoerd.
Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting – ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstippen in de periode van 1 januari 2021 tot en met 22 maart 2023 te Aruba,
telkenstezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een ambtenaar, te weten [politieambtenaar], werkzaam bij het Korps Politie Aruba, een gift of belofte, dan wel een dienst, heeft gedaan en/of verleend en/of aangeboden, te weten
- een of meer laptops en/of laders en/of kabels en/of een MiFi-apparaat en/of eten en/of drinken, althans enig goed, en/of
- een of meer geldbedragen en/of (renteloze) leningen en/of donaties en/of
- de belofte om aan hem een of meer geldbedragen te doen toekomen
met het oogmerk om genoemde [politieambtenaar], als ambtenaar werkzaam bij het Korps Politie Aruba te bewegen in zijn bediening, (al dan niet) in strijd met zijn plicht iets te doen of na te laten
en/of;
ten gevolge of naar aanleiding van hetgeen door genoemde [politieambtenaar] in zijn huidige en/of vroegere bediening al dan niet in strijd met zijn plicht is gedaan en/of nagelaten te weten het telkens ter beschikking stellen en/of verstrekken en/of delen van radio/portofoonverkeer en/of informatie van het Korps Politie Aruba aan en/of met derden;
2.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2021 tot en met 22 maart 2023 te Aruba, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, geheimen waarvan hij, verdachte, en/of zijn medeverdachte(n) wist(en) dat hij en/of zijn medeverdachte(n), uit hoofde van zijn of een van zijn medeverdachtes ambt, te weten ambtenaar van politie, verplicht was/waren ze te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, door:
- het verstrekken en/of delen van radio/portofoonverkeer van het Korps Politie Aruba (KPA) aan en/of met derden en/of
- het in de woning van zijn, verdachtes, of medeverdachte(n) hun woning, opbouwen, laten opbouwen of dulden van een opstelling en/of installatie die het radio/portofoonverkeer van het Korps Politie Aruba (KPA) rechtsreeks verspreidt en/of verstrekt aan en/of deelt met derden;
3.
hij op een of meer tijdstippen in de periode van 1 januari 2021 tot en met 22 maart 2023 te Aruba, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit hem, verdachte en/of één of meer andere personen, te weten (onder andere) [politieambtenaar] en/of [journalist 2] en/of [journalist 1] en/of [journalist 3], welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven, te weten ambtelijke omkoping en/of het aannemen en/of aanbieden van steekpenningen en/of misbruik van functie en/of schending ambtsgeheim.
Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
Vrijspraak van de feiten 1 en 3
Vrijspraak voor (actieve) ambtelijke omkoping
Het Gerecht is met de officier van justitie en de raadsvrouw van oordeel dat het onder 1 ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen kan worden, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.
Vrijspraak voor deelneming aan een criminele organisatie
Het Gerecht is van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 3 tenlastegelegde: deelneming aan een criminele organisatie.
Het Gerecht overweegt daartoe als volgt.
Het Gerecht stelt voorop dat van deelneming aan een organisatie als bedoeld in artikel 1:79 van het Wetboek van Strafrecht slechts dan sprake kan zijn, indien de verdachte behoort tot een samenwerkingsverband met een zekere duurzaamheid en structuur tussen de verdachte en ten minste één andere persoon en wanneer hij bovendien een aandeel heeft in gedragingen, dan wel dat hij gedragingen ondersteunt die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het in dat artikel bedoelde oogmerk. Aanwijzingen voor het bestaan van een dergelijk samenwerkingsverband kunnen bijvoorbeeld zijn: gemeenschappelijke regels, het voeren van overleg, gezamenlijke besluitvorming, een taakverdeling, een bepaalde hiërarchie en/of geledingen.
Het Gerecht is van oordeel dat uit het strafdossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is te destilleren om daarop de conclusie te baseren dat sprake is geweest van een samenwerkingsverband met bedoelde structuur. Uit het dossier blijkt naar het oordeel van het Gerecht genoegzaam dat de verdachte zich ‘in vereniging’ – in de zin van medeplegen – met [politieambtenaar] schuldig heeft gemaakt aan schending van zijn ([politieambtenaar]’) ambtsgeheim, maar deze samenwerking ‘overstijgt’ dit medeplegen naar het oordeel van het Gerecht niet, althans niet in die zin dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat deze strafbare feiten binnen het kader van een gestructureerd samenwerkingsverband zijn begaan. Het dossier biedt daarvoor in dit geval onvoldoende aanknopingspunten.
Het Gerecht zal de verdachte daarom vrijspreken van de onder 3 tenlastegelegde deelneming aan een criminele organisatie. Het door de verdediging gevoerde verweer behoeft – gelet op de vrijspraak van het onder 3 tenlastegelegde – dus geen bespreking.
Bewezenverklaring
Het Gerecht acht - op grond van de hierna weergegeven bewijsmiddelen en de nadere bewijsoverwegingen, in onderling verband en samenhang beschouwd - wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
2.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van 1 januari 2021 tot en met 22 maart 2023 te Aruba, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen, geheimen waarvan hij, verdachte, en
/ofzijn medeverdachte
(n)wist
(en
)dat
hij en/ofzijn medeverdachte
(n), uit hoofde van zijn
of een van zijnmedeverdachtes ambt, te weten ambtenaar van politie, verplicht was
/warenze te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, door:
- het
verstrekken en/ofdelen van
radio/portofoonverkeer van het Korps Politie Aruba (KPA)
aan en/ofmet derden en
/of
- het in de woning van zijn
, verdachtes, ofmedeverdachte
(n) hun woning, opbouwen, laten opbouwen
enofdulden van een opstelling en
/ofinstallatie die het
radio/portofoonverkeer van het Korps Politie Aruba (KPA) rechtsreeks verspreidt en
/of verstrekt aan en/ofdeelt met derden.
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd; omwille van de leesbaarheid zijn ook wijzigingen aangebracht in de bewezenverklaring (
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hiernavolgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring.Daarbij wordt opgemerkt dat ieder bewijsmiddel, ook in zijn onderdelen, slechts wordt gebruikt tot bewijs van dat bewezen verklaarde feit, of die bewezen verklaarde feiten, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft. Voorts wordt opgemerkt dat in de bewijsmiddelen geen expliciete landsaanduiding is opgenomen, maar dat algemeen bekend is dat de in die bewijsmiddelen wel opgenomen plaatsen zijn gelegen in Aruba.
1.
Een proces-verbaal van aangifte van [onderinspecteur], onderinspecteur bij het Korps Politie Aruba d.d. 15 maart 2023 (bijlage 2.1), voor zover inhoudende, alsrelaas van die verbalisant,
zakelijk weergegeven:
“(…) Naar aanleiding van de proces-verbalen van bevinding opgemaakt op 11 november 2022 en 14 maart 2023 door de hoofdagent eerste klasse [hoofdagent 3], ingedeeld bij het Bureau Operational Expertise, omtrent vier portofoons namelijk:
wordt dit proces-verbaal van aangifte door mij, verbalisant, opgemaakt. Het model van de genoemde portofoons is STP 9200. In deze proces-verbalen van bevinding wordt door [hoofdagent 3] vermeld dat portofoons nummer 46, 52 en 199 maandenlang gps-posities geven komende vanuit de omgeving van [straatnaam] zonder dat de positie van deze portofoons verandert. Tevens wordt in het proces-verbaal van [hoofdagent 3], vermeld dat de portofoon met nummer 136 gps-posities aangeeft in de omgeving van [straatnaam].
Uit het proces-verbaal van bevinding opgemaakt door [hoofdagent 3] op 14 maart 2023 blijkt dat de portofoon nummer 46 van 7 februari 2023 tot en met 25 februari 2023 verschillende andere gps-posities gaf en dat portofoon nummer 136 vanaf 11 november 2022 tot en met 14 maart 2023 verschillende andere gps-posities gaf. Uit het proces-verbaal van bevinding van 14 maart 2023 bleek ook dat de gps-posities van portofoon nummer 46 sinds 25 februari 2023 niet meer verandert en dat deze portofoon alleen gps-posities in de omgeving van [straatnaam] geeft. (…)
Uit een portofoon uitleenregister gemaakt op 13 oktober 2018 door de toenmalige coördinator van de Centrale Meldkamer, bleek dat de portofoon nummer 46 sindsdien uitgeleend is aan de Sectie Surveillance van District 1 en ook dat portofoon nummer 52 sindsdien uitgeleend is aan de Bariopost van District 1.
Uit een door mij, verbalisant, opgemaakte portofoon uitleenregister bleek dat portofoon nummer 136 en portofoon nummer 199 uitgeleend werden op 6 oktober 2021 aan het personeel van District 1 via de brigadier eerste klasse [brigadier] op verzoek van de hoofdagent eerste klasse, [politieambtenaar] in verband met een te verrichten controle. (…)
Sinds 6 oktober 2021 zijn deze laatstgenoemde portofoons tot heden niet meer bij mij, verbalisant, ingeleverd. In verband met de feiten genoemd in de proces-verbalen van bevinding van [hoofdagent 3], doe ik, verbalisant, aangifte van verduistering van portofoons nummer 136 en 199. (…)”
2.
Een proces-verbaal van bevindingen huiszoeking Zaak New York van [hoofdagent 1], [hoofdagent 2] (hoofdagenten bij het Korps Politie Aruba), en [landrechercheur] (Landrechercheur bij de Landsrecherche Aruba) d.d. 7 juli 2023 (bijlage 8.7), voor zover inhoudende, alsrelaas van die verbalisanten,
zakelijk weergegeven:
Op 22 maart 2023 hebben de verbalisanten een huiszoeking verricht bij het perceel [adres], het woonhuis van [politieambtenaar].
“Tijdens de huiszoeking, (…) in de televisiekamer, zagen wij (…) een lessenaar (…). Op de grond naast de lessenaar zagen wij (…) een rode laptopcomputer van het merk Asus (…). Voormelde computer was aan en had actieve internetverbinding. Op het scherm van voornoemde laptop zagen wij (…) dat het computerprogramma genaamd ‘Zello’ open en actief was. De gebruiker van het Zello programma was ‘chabelito.’ In Zello was er een groep aangemaakt met de naam ‘DjakaBrabu’ en had vijf gebruikers online.
Op de lessenaar bevond zich een portofoonlader van het merk ‘Sepura.’ In de lader was een zwarte portofoon van het merk ‘Sepura,’ model ‘STP9000 series’ met portofoonnummer 810046 geplaatst. Voormelde portofoon was aan en op het scherm van de portofoon zag ik (…) dat deze op de frequentie bestemd voor de politie, namelijk ‘Politie 1 ALG’ stond. (…)
Aan voormelde portofoon was een audiokabel aangesloten. Deze kabel is bestemd voor de koptelefoons van de portofoons. Via deze kabel is de audio van de portofoon analoog geleverd. Deze kabel werd gewijzigd waar de koptelefoon weggehaald werd en een zogenaamde ‘jack plug’ aan de kabel aangesloten. Deze ‘jack plug’ is aangesloten op een ‘usb audio adapter.’ De ‘usb audio adapter’ is aangesloten op voormelde computer laptop.
In de kamer ten zuiden van de keuken, werden twee laptopcomputers op een witte kast aangetroffen. Deze laptopcomputers waren respectievelijk van het merk HP en Asus. Naast de Asus laptopcomputer bevond zich een zwarte portofoon die in een lader was geplaatst. (…) Ik (…) zag dat aan de portofoon een audiokabel aangesloten was en deze wederzijds aangesloten was op een audio input van een witte usb audio adapter, die via een usb port op voornoemde laptopcomputer aangesloten was. Tevens zag ik (…) dat aan de voorzijde van de laptop van het merk HP, een zwarte portofoon met erop een sticker met ‘P052’ liggen. Aan deze portofoon was ook een audiokabel aangesloten die ook wederzijds aangesloten was op een zwarte usb adapter, die ook via een usb port op de laptopcomputer aangesloten was. (…) Op de laptopcomputer van het merk Asus (…) zag ik ook dat de applicatie ‘Zello’ (…) aanwezig was. (…)”
3.
Een proces-verbaal van huiszoeking [adres] van [opsporingsambtenaar], opsporingsambtenaar bij de Landsrecherche d.d. 23 maart 2023 (bijl. 7.2), voor zover inhoudende, alsrelaas van die verbalisant,
zakelijk weergegeven:
“(…) Op 22 maart 2023 (…) begaf ik mij (…) naar het adres [adres] voor huiszoeking ter inbeslagname van voorwerpen (…) Tijdens de huiszoeking werden 3 politieportofoons #P-046, P-052 en P-199 met opladers, laptops, (…), aangetroffen. De aangetroffen voorwerpen werden met toestemming van de RC door tussenkomst van de officier van justitie (…) in beslag genomen (…)”
4.
Een proces-verbaal van bevinding van [onderinspecteur], onderinspecteur bij het Korps Politie Aruba, coördinator onder andere belast met de zorg voor goede onderlinge radiocommunicatie van het Korps Politie d.d. 17 juli 2023, bijl. 3.21, voor zover inhoudende, alsrelaas van die verbalisant,
zakelijk weergegeven:
“(…) [medewerker SETAR] (…) tevens technicus van SETAR (…), heb ik op de vraag van het BIV de heer [medewerker SETAR] voornoemd geraadpleegd.
Op mijn vraag of bedoelde portofoons van kanaal 1 tot en met kanaal 4 via een laptop kunnen worden geschakeld, antwoordde de heer [medewerker SETAR] bevestigend. Dus het kan van het ene kanaal naar de andere digitaal worden geschakeld. (…) Op deze webpagina is het programma Virtual Console te vinden, welke gebruikt kan worden om de portofoons, gebruikt door het Korps Politie te Aruba, van het merk Sepura, van kanalen te schakelen met behulp van bijvoorbeeld een laptop.
Kanalen 1 tot en met 4 zijn basiskanalen welke in alle aan het Korps Politie Aruba uitgeleende portofoons en mobilofoons zijn geprogrammeerd.
Kanaal 1 wordt dagelijks gebruikt door het gehele Korps Politie Aruba.
Kanalen 2 tot en met 4 zijn kanalen gebruikt kunnen worden voor acties, controles of voor speciale evenementen”.
5.
Een proces-verbaal van bevinding onderzoek “Whatsapp” systeem mobiele telefoon verdachte [politieambtenaar] d.d. 2 december 2023, documentcode 2312021100.AMB, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Uit onderzoek “Whatsapp” berichten tussen de verdachte [politieambtenaar] en de volgende persleden is het volgende gebleken:
Sinds 20 mei 2021 werd [politieambtenaar] (telnr. [telefoonnummer 1]) door [journalist 4] bijgenaamd “[bijnaam journalist 4]” (telnr. [telefoonnummer 2]) gebeld of visa versa.
6.
Een proces-verbaal van bevinding Whatsappgesprekken tussen [politieambtenaar] en “[bijnaam journalist 4]” d.d. 8 april 2023, bijl. 3.8, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Met “[bijnaam journalist 4]” wordt ambtshalve bedoeld de man genaamd [journalist 4], geboren op Aruba op [geboortedatum] 2000 en wonende te [adres] (…)
Pagina 9
Op 21 februari 2023 te 15:05:37 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Vergeet niet om mij een foto van de Sim card te sturen."
Op 21 februari 2023 te 15:05:54 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Van de Mi-Fi."
Pagina 11
Op 21 februari 2023 te 18:47:36 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Zou jij het volume wat hoger zetten."
Op 21 februari 2023 te 18:47:31 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Het komt bijna niet binnen."
Pagina 13
Op 21 februari 2023 te 23:11:59 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Broer, laat jij mij weten wanneer je het voor mij hebt opgelost.”
Op 21 februari 2023 te 23:15:30 uur verstuurde [politieambtenaar] een WhatsApp bericht naar [bijnaam journalist 4]:
"Ik ga nu naar huis kijken.”
Op 21 februari 2023 te 23:15:41 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Bedankt, check de verbindingsdraad en volume voor mij."
Op 21 februari 2023 te 23:15:59 uur verstuurde [politieambtenaar] een WhatsApp bericht naar [bijnaam journalist 4]:
"Ik heb het volume hoger gesteld."
Pagina 18
Op 21 februari 2023 te 02:25:28 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Ik heb een nieuw machine."
Op 24 februari 2023 te 02:25:33 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Omdat de batterij van de andere op is gezwollen."
Op 24 februari 2023 te 02:25:58 uur verstuurde [politieambtenaar] een WhatsApp bericht naar [bijnaam journalist 4]:
"Ok."
Pagina 20
Op 24 februari 2023 omstreeks 02:51:37 uur verstuurde [bijnaam journalist 4] een bericht terug via WhatsApp:
"Controleer de draad even."
Op 24 februari 2023 te 03:04:25 uur stuurde [politieambtenaar] via WhatsApp:
"Ok.”
Pagina 21
Op 24 februari 2023 omstreeks 03:04:34 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een bericht terug via WhatsApp:
"Het is goed nu."
Op 24 februari 2023 te 10:30:06 uur verstuurde [politieambtenaar] een Whatsappbericht naar [bijnaam journalist 4]:
"Moet de Mi-Fi ook op waarderen want daarom viel het, geen geld binnen.”
Pagina 29
Op 24 februari 2023 te 18:43:25 uur stuurde [politieambtenaar] naar [bijnaam journalist 4] via WhatsApp:
"Ik weet dat [organisatie 2] ons niet verbrandt (onthullen) maar [naam] wel. "
Pagina 29
Op 24 februari 2023 te 21:43:07 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"HDD-kabel."
Op 24 februari 2023 te 21:43:10 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Het kraakt veel."
Op 25 februari 2023 te 12:13:03 stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Het ging weer uit."
Pagina 30
Op 25 februari 2023 te 12:20:57 uur stuurde [politieambtenaar] aan [bijnaam journalist 4] via WhatsApp:
"Oh nee, dat betekent vandaag wordt het babysitten."
Pagina 31
Op 25 februari 2023 te 12:24:21 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Okay, het blijft piepen, net als of storing, ik denk niet dat de verbindingsdraad goed is
gebleven."
Op 25 februari 2023 te 12:24:41 uur stuurde [politieambtenaar] aan [bijnaam journalist 4] via WhatsApp:
"Waarschijnlijk wel."
Pagina 33
Op 25 februari 2023 te 02:12:55 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Kan ik morgen ochtend de verbindingsdraad van de Mi-Fi halen?"
Op 25 februari 2023 te 02:13:04 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Ik ga kijken wat er gedaan kan worden met de verbindingsdraad."
Op 25 februari 2023 te 02:13:12 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"En om de nieuwe Mi-Fi in te stellen."
Op 25 februari 2023 te 02:13:18 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Het ging weer uit."
Op 25 februari 2023 te 12:24:55 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Want HDD."
Pagina 36
Op 25 februari 2023 te 20:55:49 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Ik ga een nieuwe verbindingsdraad bestellen.”
Op 25 februari 2023 te 20:55:54 [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Het gaat twee weken duren om aan te komen."
Pagina 37
Op 26 februari 2023 te 22:07:06 uur stuurde [bijnaam journalist 4] een WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Vriend hoe gaat het, kan ik jou 's ochtends ontmoeten? Kan jij de verbindingsdraad voor mij meenemen? Gaat kijken wat alweer ermee gedaan kan worden. Terwijl ik een nieuwe bestel."
Pagina 39
Op 27 februari 2023 te 10:46:47 uur stuurde [politieambtenaar] naar [bijnaam journalist 4] via WhatsApp:
"Oké, ik kleed me nu aan."
Op 27 februari 2023 te 11:01:35 uur stuurde [politieambtenaar] via Whatsapp:
"Ik ben bij Joe Laveist."
7.
De beëdigdeverklaring van [journalist 4], ten overstaan van de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken op 31 oktober 2023 als getuige afgelegd in de zaak tegen [politieambtenaar] (bijlage 4.5.1), zakelijk weergegeven:
“Ik ben in dienst van het moederbedrijf [organisatie 1]. Ze zijn eigenaar van 2 dochterbedrijven, namelijk [organisatie 2].com en [organisatie 3] (digitaal krant). De eigenaren/directeurs zijn [naam 1], [naam 2] en [naam 3].
Ik ken [politieambtenaar]. Ik ga niks verklaren over hetgeen ik met [politieambtenaar] bespreek. (…) Het kan best zijn dat ik [politieambtenaar] heb gebeld. lk kan me niet meer herinneren wanneer dat was of voor wie.
Mijn persoonlijke telefoonnummer is [telefoonnummer]. Ik heb ook een diensttelefoon en het nummer is [telefoonnummer 2]. Dit nummer gebruik ik voor zowel privé als zakelijk.
8.
Processen-verbaal van verhoor van de medeverdachte [politieambtenaar] (V: staat voor vraag van de verbalisant, A: voor antwoord van de verdachte, O: voor opmerking verbalisant), voor zover inhoudende, als verklaring van de medeverdachte [politieambtenaar], zakelijk weergegeven:
Eerste verhoor, 23 maart 2023 (bijl. 4.1.6)
V: Wat is Uw huidige rang en functie?
A: "Mijn huidige rang is hoofdagent eerste klasse en mijn functie is als Bario regisseur in District 1 Oranjestad”
V: Hoe lang bent u al in dienst van het K.P.A?
A: "In de overheid 26 jaren en 1 jaar in de militaire dienst. Sinds 1996 bij het K.P.A."
“(…) V: Meneer [politieambtenaar], zoals u weet werd er in uw woning huiszoeking verricht alwaar er drie portofoons aangetroffen werden, die aangesloten waren op laptops. Waarom waren zij hieraan aangesloten?
A: De reden hiervoor is dat het via een programma genaamd Zello, ingesteld in de betreffende laptops, informatie aan media’s doorstuurt, namelijk het [organisatie 4], [organisatie 2].com en [organisatie 5].
V: Wie heeft u hiervoor toestemming gegeven?
A: Niemand.
V: Sinds wanneer hebt u deze op deze wijze ingesteld?
A: Ik weet het niet meer zeker, maar ik denk dat het misschien tussen de twee en drie jaar geleden was gebeurd.
V: Wie heeft dit systeem geprogrammeerd?
A: [voornaam journalist 4] te werk gesteld bij het [organisatie 2], [journalist 3] van [organisatie 5] en de zogenaamde “[bijnaam journalist 2]” van het [organisatie 4] hadden dit programma ingesteld. Zij hadden de laptops gebracht.
V: Hoe komt u aan deze laptops en programma’s dan?
A: Ik ken [journalist 3] al meer dan 20 jaar en had mij gevraagd om hem te helpen waardoor hij een laptop mee had gebracht.
V: En de anderen dan?
A: [bijnaam journalist 1] van [organisatie 2] had ook aan mij gevraagd om hem te helpen met de radio’s maar kort tijdig. (…) Hij had mij zelfs gevraagd om de radio aan hem te geven wat ik geweigerd had. Hierna bracht [voornaam journalist 4] de laptop bij mij thuis. Ongeveer een maand later kwam [bijnaam journalist 2] langs en vroeg me hem te helpen aangezien [bijnaam journalist 1] hem geen informatie wou geven. Hierdoor besloot ik ook hem te helpen. (…)
Tweede verhoor, 25 maart 2023 (bijl. 4.1.8)
V: Betreffende portofoons waren op diverse laptops aangesloten. In uw eerste verhoor had u verklaard dat de reden hiervoor was om via een programma genaamd Zello, informatie aan media door te sturen, namelijk [voornaam journalist 4], te werk gesteld bij [organisatie 2], [journalist 3] van [organisatie 5] en de zogenaamde "[bijnaam journalist 2]" van [organisatie 4]. Kunt u uitleggen hoe dit programma genaamd Zello precies werkt?
(…)
[voornaam journalist 4]
V: Wie is [voornaam journalist 4] die te werk gesteld is bij het [organisatie 2].com en hoe kent u hem?
A: "Ik ken hem persoonlijk niet. lk zag hem op straat gedurende hij bezig was met zijn werkzaamheden voor de pers en dat hij voor [bijnaam journalist 1] werkt bij het [organisatie 2].com. (…) Hij was maar twee keer bij mij langs geweest. De eerste keer was om een laptop bij mij achter te laten die aangesloten was op een andere portofoon die ik bij mij thuis had. Dit was in het jaar 2021 gebeurd. (…) [voornaam journalist 4] was toen bij mij langs geweest na met "[bijnaam journalist 1]" eerder te hebben gesproken en in opdracht van "[bijnaam journalist 1]". (…)
Twee dagen nadat ik besloten had om "[bijnaam journalist 1]" te helpen, was [voornaam journalist 4] bij mij thuis langs geweest om dezelfde systeem te instaleren. Het was een splinternieuwe roodkleurige laptop van het merk HP. Het duurde hem maar tien minuten om deze in mijn woning te instaleren, waarna hij weer weg was gegaan. (…)
V: Hoe wordt de man [voornaam journalist 4] door u genoemd?
A: "Aangezien ik in principe zijn naam niet wist, had ik zijn contact nummer in mijn mobiele telefoon opgeslagen onder de naam "[bijnaam 2 journalist 4]" of " bijnaam journalist 4"(…). Hij is letterlijk de "loopjongen" van " bijnaam journalist 1" en voert alle opdrachten van "" bijnaam journalist 1" uit. (…)
V: Hoe vaak en wanneer?
A: "Hij was maar twee keren bij mij thuis langs geweest. De eerste keer was om het systeem via voornoemde laptop te instaleren en de tweede keer was in maand januari dit jaar (2023) alweer langs geweest om een of ander aanpassing te maken in betreffende laptop. (…)
O: [politieambtenaar], gedurende de huiszoeking in uw woning werd er een apparaat aangetroffen. Dit apparaat wordt een ‘
Mi-Fi’ genoemd.
V: Wat Kunt u hierover verklaren?
A: Dit is van [bijnaam journalist 1], gebracht door [voornaam journalist 4]. [bijnaam journalist 2] heeft hier ook toegang voor.
V: Weet u wat dit is en wat het namelijk doet?
A: Het biedt internet aan (…)”
Derde verhoor, 26 maart 2023 (bijl. 4.1.10)
V: Hoe lang hebt u dit apparaat in uw bezit gehad?
A: Drie a vier maanden nadat [bijnaam journalist 1] zijn systeem bij mij had geïnstalleerd. De reden hiervoor is omdat zij niet afhankelijk van mijn Wi-Fi wilden zijn daar ik op twee verschillende momenten problemen hiermee had gekregen. Een keer toen het abonnement bij SETAR niet was betaald en de andere keer toen er een probleem met de router was.
O: Gisteren gedurende jouw verklaring hadden wij het over een Mi-Fi.
V: Voor wie precies was de Mi-Fi thuis bij jou geïnstalleerd en op verzoek van wie?
A: Die Mi-Fi was thuis bij mij door [voornaam journalist 4] gebracht na dat ik een gesprek met [bijnaam journalist 1] daarover gehad had. [bijnaam journalist 1] was degene die niet afhankelijk van het internet van mijn woning wilde zijn (…).
Vierde verhoor, 30 maart 2023 (bijl. 4.1.12)
(…)
A: Voordat wij beginnen met mijn verhoor, wil ik eerst iets verklaren betreffende mijn vorige verhoor in welke ik het over [voornaam journalist 4] heb gehad. lk was vergeten door te geven dat [voornaam journalist 4] mij twee keren had ontmoet in verband met het signaal van de door hem geïnstalleerde laptop, dat niet optimaal functioneerde. lk ontmoette hem beide keren ter hoogte van het sportveld genaamd Joe Laveist Sport Park in Sint-Nicolaas om een verlengsnoer voor betreffende laptop te verwisselen.
Zevende verhoor, 6 mei 2023 (bijl. 4.1.15)
(…)
A:
"Voordat wij beginnen met mijn verhoor, wil ik verklaren dat alles dat in de gesprekken tussen mij en betreffende leden van de pers voorkomt dat te maken heeft met bijvoorbeeld woorden zoals "ding" "koelkast" "snoer" "USB” “lege fles", het wordt niet koud", te maken heeft met het systeem van laptops die via een verbindingssnoer verbonden zijn met een portofoon. Dus met andere woorden, voornoemde woorden waren een soort "code" voor betreffende voorwerpen. Om het internetsysteem te hervatten, aangezien dit vaak niet goed werkt, haalde ik de stekker eruit om het op deze manier te herstarten. Voor de rest deed ik niet aan de technische dingen. Bij alles wat technisch was, kwam [journalist 4] langs of hij deed iets via zijn laptop, om dit op te lossen voor hun systeem van [organisatie 2].com.”
Op 08 februari 2023 te 21:08 uur stuurde [politieambtenaar] een WhatsApp bericht naar [bijnaam journalist 1]:
"Dit zal ik later doen daar de jongen nu het ding voor mij brengt de koelkast is er al".
V: Wat bedoelde u hiermee?
A: "Met koelkast bedoelde ik in dit geval het Mi-Fi systeem. En de jongen over wie ik sprak was [journalist 4]. "
Op 08 februari 2023 te 21:44 uur stuurde [politieambtenaar] WhatsApp bericht naar [bijnaam journalist 1]:
"Laat [voornaam journalist 4] in ik heb geen passwoord"
V: Wie is [voornaam journalist 4]?
A: "Met [voornaam journalist 4] wordt [journalist 4] bedoeld."
V: Waar moest [voornaam journalist 4] in en passwoord waarvoor?
A: "lk bedoelde dat hij het Mi-Fi systeem weer moest instellen."
Op 08 februari 2023 te 22:02:44 uur stuurde [bijnaam journalist 1] WhatsApp bericht naar [politieambtenaar]:
"Hij staat buiten"
"Zet de ding hij zal het regelen"
V: Wat bedoelde [bijnaam journalist 1] hiermee?
A: "[voornaam journalist 4] was buiten om het Mi-Fi systeem te herstellen."
Achtste verhoor, 17 november 2023 (bijl. 4.1.17)
Laptops:
O: Nu dat wij het over hun aanwezigheid bij u thuis hebben, gaan wij het nu hebben over wie allemaal een laptop bij u thuis hebben gebracht.
V: Alweer, voor alle duidelijkheid, wie had welke specifieke laptop bij u thuisgebracht?
A:
"lk weet dat een roodkleurig laptop gebracht werd door [journalist 4]. Hij had mij voor de portofoon gevraagd waarna hij alles in zijn auto bleef programmeren. De volgende dag sloot hij een Mi-Fi hieraan doordat mijn Wi-Fi niet sterk was. (…)
"[journalist 3] bracht ook een laptop. lk kan mij niet meer herinneren welke deze was. (…), maar de laptop van [journalist 3] lag naast die van [voornaam journalist 4]."
"Die van [bijnaam journalist 2] werd achter in mijn woning door het onderzoeksteam
aangetroffen. Volgens mij was deze ook roodkleurig. Dit was de enige."
(…)
"[bijnaam journalist 1] had niets gebracht, [voornaam journalist 4] is zijn loopjongen."
V: Welke journalisten wisten over de installatie portofoon/laptop/USB/snoer/ Zelo) bij u thuis en hadden het gezien?
A: "[journalist 3], [bijnaam journalist 1], [bijnaam journalist 2] en [voornaam journalist 4].
V: Meneer [politieambtenaar], volgens u, wie wisten allemaal over het Mi-Fi systeem bij U thuis en hoe dit allemaal in elkaar zat?
A: "[bijnaam journalist 1] en [voornaam journalist 4] wisten hierover."
V: Wie wisten allemaal over het snoer die nodig was om de portofoon en laptop samen met elkaar bij u thuis te verbinden?
A: "Zij allemaal die eigenaar waren van hun laptop, dus met andere woorden,
[journalist 3], [bijnaam journalist 2] en [voornaam journalist 4]. (…)"
V: Wie wisten dat dit snoer defect was en dat er een nieuwe erbij aangesloten moest worden?
A: "[voornaam journalist 4] en [bijnaam journalist 1] daar hun systeem een storing had."
V: Wie zouden ervoor zorgen dat er een nieuwe aangeschaft zou worden?
A: "[voornaam journalist 4] kwam hiermee maar wie het voor hem had verzorgd weet ik niet."
V: De volgende vraag is welke van betreffende journalisten het "Zello" software had geïnstalleerd in welke laptop en wie tevens hierover wisten en/of gebruikten?
A: "lk had dit al beantwoord." [journalist 3], [bijnaam journalist 2] en [voornaam journalist 4].
De raadsvrouw heeft bepleit dat de verdachte van het onder 2 ten laste gelegde medeplegen schending van een ambtsgeheim zal worden vrijgesproken. Zij heeft daartoe aangevoerd dat [politieambtenaar] degene is die als politieambtenaar zijn ambtsgeheim heeft geschonden door portofoonverkeer te delen met de verdachte. De verdachte, die journalist is en in dit geval slechts van de hem geboden gelegenheid gebruik heeft gemaakt in het kader van vrije nieuwsgaring, valt geen verwijt te maken.
Het Gerecht overweegt als volgt.
Vooropgesteld moet worden dat uit de wetsgeschiedenis volgt dat onder het ‘schenden’ van een geheim in de zin van artikel 2:232 Sr moet worden verstaan het verstrekken van geheime gegevens aan een ander die tot kennisneming daarvan onbevoegd is. Onder een geheim wordt verstaan al hetgeen bestemd is om niet bekend te worden behalve ter plaatse waar het door bevoegden wordt medegedeeld. In de rechtspraak wordt voor de beantwoording van de vraag of sprake is van een geheim in de zin van dit artikel acht geslagen op onder meer de aard van de informatie en het moment waarop en de hoedanigheid waarin de geheimhoudingsplichtige hiervan kennis kreeg.
In dit geval is vastgesteld dat [politieambtenaar] politieambtenaar was en uit hoofde van zijn functie over de portofoons en het portofoonverkeer van het Korps Politie Aruba beschikte. Uit de aard van de informatie volgt dat deze alleen bestemd was voor bevoegden en in de ‘verkeerde handen’ bovendien schadelijk zou kunnen zijn geweest. Uit de gebezigde bewijsmiddelen volgt dat het om alle politie-informatie ging. Kanaal 1 wordt dagelijks gebruikt door het gehele Korps Politie Aruba en de kanalen 2 tot en met 4 kanalen kunnen worden gebruikt voor acties, controles of voor speciale evenementen, welke activiteiten gefrustreerd kunnen of worden indien de betreffende informatie op voorhand uitlekt aan de verkeerde – niet tot kennisname gerechtigde en bevoegde - personen.
Uit de verklaringen van [politieambtenaar] en uit de aangetroffen WhatsAppgesprekken - waarin in versluierde taal werd gesproken als het om de laptop, Mi-Fi, portofoon en internet ging - blijkt verder dat zowel [politieambtenaar] als verdachte wisten dat de portofoons en portofoonverkeer alleen voor de politie bestemd waren en niet met derden gedeeld mochten worden.
Gelet op het voorgaande komt het Gerecht tot de conclusie dat de informatie die [politieambtenaar] heeft gedeeld kan worden gekwalificeerd als geheime informatie in de zin van artikel 2:232 Sr. Bovendien staat hiermee ook vast dat [politieambtenaar] wist dat hij uit hoofde van zijn ambt deze informatie niet mocht delen en dat hij door dit wel te doen, opzettelijk zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden.
De verdachte heeft de schending van het ambtsgeheim medegepleegd in de zin van artikel 1:123, eerste lid, onder a Sr, omdat hij als ‘burger’ wetenschap had van de ‘kwaliteit’ van [politieambtenaar], namelijk dat [politieambtenaar] politieagent was. Deze wetenschap is voor een veroordeling wegens medeplegen van een kwaliteitsdelict voldoende. Bovendien was er sprake van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en [politieambtenaar], waarbij de intellectuele en/of materiële bijdrage aan het delict van de verdachte significant was. De verdachte heeft een laptop en Mi-Fi naar de woning van [politieambtenaar] gebracht en gezorgd voor een opstelling en installatie waardoor het portofoonverkeer van het Korps Politie Aruba toegankelijk werd voor derden en voor het in stand houden daarvan. Dit met als doel dat hij, medeverdachte [journalist 1] en/of anderen continu politie-informatie kon ontvangen. Dat het gebruik van het portofoonverkeer in de praktijk (mogelijk) geen negatieve gevolgen heeft gehad, maakt niet dat er geen sprake is van medeplegen van schending van het ambtsgeheim.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Feit 2
Het medeplegen van opzettelijke schending van enig geheim waarvan hij weet dat hij uit hoofde van ambt verplicht is het te bewaren, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld bij artikel 2:232, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Strafbaarheid van de verdachte
De raadsvrouw heeft ten aanzien van het medeplegen schending van het ambtsgeheim bepleit dat de verdachte zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging. Zij heeft daartoe aangevoerd dat de verdachte als journalist de vrijheid van nieuwsgaring heeft en het recht heeft om zonder inmenging van enig openbaar gezag inlichtingen en denkbeelden te ontvangen en te garen.
Het Gerecht overweegt als volgt.
De vrijheid van nieuwsgaring is een groot en belangrijk recht dat in beginsel gerespecteerd en beschermd dient te worden. Echter, het is niet een onbeperkt recht. Het wordt begrensd door onder meer de strafwet en de civielrechtelijke zorgvuldigheidsnorm. Dat betekent dat het plegen van strafbare feiten in beginsel niet is toegestaan en dat ten alle tijden zorgvuldig moet worden omgegaan met informatie. Slechts in uitzonderlijke gevallen kan een journalist zich beroepen op de vrijheid van nieuwsgaring en zo een strafrechtelijke veroordeling ontlopen. De lat ligt daarbij hoog. De journalist moet kunnen aantonen dat er geen ander middel is om een misstand bloot te leggen dan door zelf een strafbaar feit te begaan en hij mag bij het plegen van een strafbaar feit nooit verder gaan dan noodzakelijk is voor het doel van de publicatie.
In de onderhavige zaak heeft de verdachte gedurende een periode van ruim twee jaar mogelijk gemaakt dat al het politie portofoonverkeer toegankelijk was voor onbevoegden. Verdachte heeft zo doende samen met medeverdachten [politieambtenaar], politieambtenaar en [journalist 1] het ambtsgeheim van die [politieambtenaar] geschonden. Door de verdachte is niet aangevoerd, noch is anderszins aannemelijk geworden dat verdachte dit deed teneinde een misstand bloot te leggen.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten is en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Verdachte heeft zich samen met – onder andere – de politieambtenaar [politieambtenaar] schuldig gemaakt aan het medeplegen van schending van diens, [politieambtenaar]’s, ambtsgeheim.
Dit is een ernstig feit. De verdachte heeft met dit bewezenverklaarde feit ervoor gezorgd dat deze ambtenaar het bijzondere vertrouwen dat in hem werd gesteld fors heeft beschaamd. Daarmee is verdachte medeverantwoordelijk voor de schade die hierdoor is toegebracht aan het imago van het Arubaanse politiekorps en aan het vertrouwen dat de burger mag en moet kunnen hebben in het Arubaanse politiekorps en in het feit dat door dit korps zorgvuldig met privacygegevens wordt omgegaan. Bovendien kan schending van het ambtsgeheim op deze wijze grote risico’s en gevaren doen ontstaan, bijvoorbeeld als geheime informatie op het verkeerde moment naar buiten komt en/of in verkeerde handen komt. Het Gerecht neemt het de verdachte kwalijk dat hij kennelijk uit eigenbelang, geldelijk gewin en/of sensatielust geheim portofoonverkeer van het Arubaanse politiekorps toegankelijk heeft gemaakt, daarbij de privacy van de Arubaanse burgers heeft geschonden en mogelijk risico’s en gevaren voor burgers, politie en maatschappij heeft veroorzaakt.
Het Gerecht heeft acht geslagen op de proceshouding van de verdachte. De verdachte heeft zich bij het verhoor bij de rechter-commissaris voornamelijk op zijn zwijgrecht beroepen, terwijl de omstandigheden in deze zaak om een aannemelijke verklaring vragen. Verder heeft de verdachte geen enkel inzicht getoond in de ernst van het door hem begane strafbare feit en heeft daarvoor ook geen verantwoordelijkheid genomen.
Het Gerecht houdt ook rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De verdachte is, zo blijkt uit zijn strafkaart een first offender die niet eerder voor een soortgelijk feit strafrechtelijk is veroordeeld. Tot slot woont en studeert de verdachte momenteel in Nederland.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat de na te noemen straf passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld. Deze straf is lager dan de straf die door de officier van justitie is gevorderd, omdat het gerecht tot een andere bewezenverklaring en een andere weging komt van de ten laste gelegde feiten.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:19, 1:20 en 1:21, 1:45, 1:46 en 1:123 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.