In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 12 november 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, aangeduid als [verzoeker], en zijn werkgever, de naamloze vennootschap HIM (ARUBA) N.V. h.o.d.n. Holiday Inn Resort Aruba. De werknemer was op 24 juni 2024 onder invloed van alcohol op het werk verschenen, wat leidde tot zijn ontslag op staande voet. De werknemer heeft het ontslag betwist en verzocht om zijn werkzaamheden te hervatten en doorbetaling van zijn salaris. Het Gerecht heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen, waaronder de eerdere waarschuwing die de werknemer in 2017 had ontvangen voor een vergelijkbaar incident.
Het Gerecht oordeelde dat, hoewel het gedrag van de werknemer ernstig en verwijtbaar was, de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, zoals zijn lange dienstverband van meer dan 44 jaar, zijn rol als kostwinner en de impact van het ontslag op zijn leven, meegewogen moesten worden. Het Gerecht concludeerde dat er geen dringende reden was voor het ontslag op staande voet, gezien het tijdsverloop sinds de eerdere waarschuwing en het feit dat de werknemer in het verleden naar behoren had gefunctioneerd. Het ontslag werd daarom vernietigd en de werkgever werd veroordeeld om de werknemer toe te laten tot zijn werkzaamheden en zijn salaris door te betalen vanaf de datum van ontslag.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van alle omstandigheden in ontslagzaken, vooral wanneer het gaat om de persoonlijke situatie van de werknemer. De werkgever werd ook veroordeeld in de proceskosten van de werknemer.