ECLI:NL:OGEAA:2024:22
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis in kort geding betreffende eigendomsoverdracht en ontruiming van een woning na echtscheiding
In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, hebben eiseressen, [Naam eiseres 1] en [Naam eiseres 2], een kort geding aangespannen tegen gedaagde, [Naam gedaagde]. De procedure volgde op een eerdere uitspraak van 25 augustus 2021, waarin was bepaald dat de woning, die deel uitmaakte van de huwelijksgemeenschap, verkocht moest worden. Gedaagde weigerde echter medewerking te verlenen aan de verkoop en de eigendomsoverdracht van de woning aan de kopers, [A] en [B]. De eiseressen vorderden dat het vonnis in de plaats zou komen van de noodzakelijke medewerking van gedaagde aan de akte van levering en dat gedaagde de woning zou ontruimen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 8 februari 2024 werd duidelijk dat gedaagde, ondanks eerdere afspraken en vonnissen, weigerde de woning te verlaten en de koopovereenkomst te ondertekenen. Het Gerecht oordeelde dat het spoedeisend belang van eiseressen bij hun vordering evident was, gezien de eerdere uitspraak en de weigering van gedaagde om mee te werken. Het Gerecht besloot dat het vonnis in de plaats zou treden van de noodzakelijke medewerking van gedaagde, waardoor de verkoop en levering van de woning aan [A] en [B] kon plaatsvinden zonder verdere medewerking van gedaagde.
Het Gerecht gaf gedaagde een termijn van twee weken om de woning te verlaten, en veroordeelde hem in de kosten van de procedure. Dit vonnis werd uitgesproken op 21 februari 2024, en is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de uitvoering van het vonnis niet kan worden uitgesteld door een eventuele hoger beroep.