ECLI:NL:OGEAA:2024:22

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 februari 2024
Publicatiedatum
4 maart 2024
Zaaknummer
AUA202304393
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding betreffende eigendomsoverdracht en ontruiming van een woning na echtscheiding

In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, hebben eiseressen, [Naam eiseres 1] en [Naam eiseres 2], een kort geding aangespannen tegen gedaagde, [Naam gedaagde]. De procedure volgde op een eerdere uitspraak van 25 augustus 2021, waarin was bepaald dat de woning, die deel uitmaakte van de huwelijksgemeenschap, verkocht moest worden. Gedaagde weigerde echter medewerking te verlenen aan de verkoop en de eigendomsoverdracht van de woning aan de kopers, [A] en [B]. De eiseressen vorderden dat het vonnis in de plaats zou komen van de noodzakelijke medewerking van gedaagde aan de akte van levering en dat gedaagde de woning zou ontruimen.

Tijdens de mondelinge behandeling op 8 februari 2024 werd duidelijk dat gedaagde, ondanks eerdere afspraken en vonnissen, weigerde de woning te verlaten en de koopovereenkomst te ondertekenen. Het Gerecht oordeelde dat het spoedeisend belang van eiseressen bij hun vordering evident was, gezien de eerdere uitspraak en de weigering van gedaagde om mee te werken. Het Gerecht besloot dat het vonnis in de plaats zou treden van de noodzakelijke medewerking van gedaagde, waardoor de verkoop en levering van de woning aan [A] en [B] kon plaatsvinden zonder verdere medewerking van gedaagde.

Het Gerecht gaf gedaagde een termijn van twee weken om de woning te verlaten, en veroordeelde hem in de kosten van de procedure. Dit vonnis werd uitgesproken op 21 februari 2024, en is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de uitvoering van het vonnis niet kan worden uitgesteld door een eventuele hoger beroep.

Uitspraak

Vonnis in kort geding van 21 februari 2024
Behorend bij AUA202304393 KG
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:

1.[Naam eiseres 1],

2. [Naam eiseres 2],
beiden te Aruba,
eiseressen, hierna ook te noemen: [eiseres] c.s.,
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Kock,
tegen:
[Naam gedaagde],
te Aruba,
gedaagde, hierna ook te noemen: [gedaagde],
procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend ter griffie op 14 december 2023;
- het schriftelijke verzoek om uitstel van de mondelinge behandeling van [gedaagde];
- de mondelinge behandeling van de zaak ter terechtzitting van 8 februari 2024.
1.2
Ter zitting is voor [eiseres] c.s. hun gemachtigde verschenen, en [gedaagde] in persoon.
1.3
Hierna is vonnis bepaald op vandaag.

2.DE FEITEN

2.1 [
eiseres] en [gedaagde] zijn getrouwd geweest. Op het moment van de ontbinding van hun huwelijk behoorde tot de huwelijksgemeenschap een onverdeeld aandeel van [gedaagde] in de nalatenschap van zijn vader. [gedaagde] en zijn zus [naam zus], eiseres sub 2, waren samen, ieder voor de helft, tot die nalatenschap gerechtigd. Tot die nalatenschap behoorde onder meer het recht van erfpacht op het perceel [adres] met daarop een woning (hierna: de woning).
2.2
In de echtscheidingsprocedure hebben [eiseres sub 1] (eiseres sub 1) en [gedaagde] afspraken gemaakt over het aandeel van [eiseres sub 1] in de waarde van de woning. Ook hebben [eiseres sub 1] en [gedaagde] afgesproken dat de scheiding en deling zou worden uitgesteld totdat [gedaagde] de woning zou hebben verlaten. Die afspraken zijn vastgelegd in een vonnis van 18 april 2018.
2.3
Bij vonnis van 25 augustus 2021 heeft het Gerecht (op vordering van [eiseres sub 1]) bevolen dat de woning te koop zal worden aangeboden voor een vraagprijs van Afl. 141.941,00 als partijen er niet in slagen om in onderling overleg overeenstemming te bereiken over een andere vraagprijs, en bepaald dat van de netto-verkoopopbrengst van deze verkoop aan [eiseres sub 1] een bedrag van Afl. 35.485,25 zal worden uitgekeerd.
2.4
Uit een koopovereenkomst van 25 juli 2023 blijkt dat [A] en [B] de woning van partijen hebben gekocht voor een verkoopprijs van Afl. 141.941,--.

3.HET GESCHIL

3.1 [
eiseres] c.s. vorderen bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
a. te bepalen dat dit vonnis in de plaats komt van de noodzakelijke medewerking van [gedaagde] aan de akte strekkende tot de verkoop van de woning aan [A] en [B] conform de inhoud van de schriftelijke koopovereenkomst van 25 juli 2023;
b. te bepalen dat dit vonnis in de plaats komt van de noodzakelijke medewerking van [gedaagde] aan de akte van levering strekkende tot de eigendomsoverdracht van de woning aan [A] en [B] vrij en onbelast en overigens op de overeengekomen en gebruikelijke bedingen;
c. [gedaagde] te bevelen om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis de woning te ontruimen, met medeneming van al de aan hem toebehorende goederen;
d. [gedaagde] te veroordelen in de kosten van dit geding.
3.2 [
eiseres] c.s. leggen aan de vordering ten grondslag dat bij vonnis van 25 augustus 2021 de verkoop van de woning is bevolen voor de prijs van Afl. 141.941,--. Uit de koopovereenkomst van 25 juli 2023 blijkt dat [A] en [B] de woning voor deze prijs hebben gekocht. Ondanks een verzoek daartoe weigert [gedaagde] de koopovereenkomst te tekenen. Ook weigert hij de woning (waarvoor hij geen vergoeding betaalt) te ontruimen en te verlaten.
3.3 [
gedaagde] heeft verweer gevoerd en geconcludeerd tot afwijzing van de vordering. De woning was het huis van zijn moeder waarvoor zij heel hard heeft gewerkt. Nu is het al lang zijn huis. Hij zal ervoor gaan betalen. Na zijn dood kan het verkocht worden.
3.4
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover voor de uitspraak van belang, nader worden ingegaan.

4.DE BEOORDELING

4.1
Het spoedeisend belang van [eiseres] c.s. bij hun vordering volgt uit de aard van de vordering en de daaraan ten grondslag gelegde stellingen.
4.2
In deze procedure moet aan de hand van de door partijen gepresenteerde feiten, zonder nader onderzoek, de vraag worden beantwoord of de vordering van [eiseres] c.s. in een eventuele bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft dat vooruitlopend daarop toewijzing van de gevraagde voorziening gerechtvaardigd is.
4.3 [
eiseres] c.s. baseren hun vordering op het bepaalde in artikel 3:300 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA). Volgens dit artikel kan de rechter, indien de opgeroepene is gehouden om tezamen met de eiser een akte op te maken, bepalen dat zijn uitspraak in de plaats van de akte of een deel daarvan zal treden.
4.4
In het vonnis van 25 augustus 2021 is bepaald dat de woning moet worden verkocht. Gebleken is dat [gedaagde] weigert iedere medewerking te verlenen aan de verkoop en levering van de woning voor de vraagprijs die in dat vonnis is bepaald. Ook heeft [gedaagde] niet in gesprek willen gaan over een andere vraagprijs. [gedaagde] heeft te kennen gegeven dat hij de woning niet wil verlaten. Over de vraag of de woning moet worden verkocht is echter al beslist in het vonnis van 25 augustus 2021. Die discussie kan in deze procedure niet nog eens over worden gedaan. Omdat [gedaagde] weigert om mee te werken aan de uitvoering van dat vonnis, zal het Gerecht nu bepalen dat dit vonnis in de plaats treedt van de medewerking van [gedaagde] aan de verkoop en levering. De woning kan dan worden verkocht en geleverd aan [A] en [B] zonder dat daarvoor de medewerking van [gedaagde] nodig is.
4.5
Dit betekent ook dat [gedaagde] de woning zal moeten verlaten. Om [gedaagde] nog enige tijd te geven op zoek te gaan naar alternatieve woonruimte zal het Gerecht, zoals ook ter zitting is aangekondigd, aan [gedaagde] een termijn van twee weken na betekening van dit vonnis gunnen om de woning te verlaten.
4.6
Omdat [gedaagde] in het ongelijk wordt gesteld en hij geen enkele reden heeft genoemd waarom hij niet vrijwillig heeft meegewerkt aan de uitvoering van het vonnis van 25 augustus 2021, zal hij worden veroordeeld in de kosten van de procedure gevallen aan de zijde van [eiseres] c.s.

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht, rechtdoende in kort geding:
5.1
bepaalt dat dit vonnis in de plaats komt van de noodzakelijke medewerking van [gedaagde] aan de akte strekkende tot de verkoop van de woning te [adres], kadastraal bekend als Land Aruba, [kadastraal nummers] aan [A] en [B] conform de inhoud van de schriftelijke koopovereenkomst van 25 juli 2023;
5.2
bepaalt dat dit vonnis in de plaats komt van de noodzakelijke medewerking van [gedaagde] aan de akte van levering strekkende tot de eigendomsoverdracht van de woning te [adres], kadastraal bekend als Land Aruba, [kadastraal nummers] aan [A] en [B] vrij en onbelast en overigens op de overeengekomen en gebruikelijke bedingen;
5.3
beveelt [gedaagde] om binnen twee weken na betekening van dit vonnis de woning te ontruimen, met medeneming van al de aan hem toebehorende goederen;
5.4
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van de procedure, gevallen aan de zijde van [eiseres] c.s. tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 450,-- aan griffierecht, Afl. 250,-- aan explootkosten en Afl. 1.500,-- aan salaris van de gemachtigde;
5.5
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.6
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Brandt, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 21 februari 2024 in aanwezigheid van de griffier.