ECLI:NL:OGEAA:2024:191

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 augustus 2024
Publicatiedatum
11 september 2024
Zaaknummer
AUA202302866
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenvonnis inzake onvoorwaardelijke koopovereenkomst en onrechtmatig handelen

In deze zaak, die voorligt bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, hebben eisers in conventie, [eiser 1 in conventie en gedaagde 1 in reconventie] en [eiseres 2 in conventie en gedaagde 2 in reconventie], een vordering ingesteld tegen de naamloze vennootschap Renling International N.V. De eisers stellen dat er een onvoorwaardelijke koopovereenkomst tot stand is gekomen met betrekking tot Kavel 1, een perceel grond in Aruba, en vorderen dat Renling wordt veroordeeld om mee te werken aan de afgifte en levering van dit perceel. Renling betwist dat er een koopovereenkomst is en stelt dat er geen overeenstemming is bereikt over de essentialia van de overeenkomst, zoals de koopprijs en de leveringsdatum. De rechtbank heeft op 21 augustus 2024 uitspraak gedaan en geoordeeld dat er geen koopovereenkomst tot stand is gekomen, omdat er geen overeenstemming bestond over de koopprijs en andere essentiële voorwaarden. De vorderingen van de eisers in conventie zijn afgewezen, en Renling is in het gelijk gesteld in haar vordering in reconventie. De rechtbank heeft tevens geoordeeld dat de eisers onrechtmatig hebben gehandeld door conservatoir beslag te leggen op Kavel 1, en hen veroordeeld tot schadevergoeding aan Renling. De proceskosten zijn voor rekening van de eisers in conventie.

Uitspraak

Vonnis van 21 augustus 2024
Behorend bij AUA202302866 AR
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:

1.[Eiser 1 in conventie en gedaagde 1 in reconventie],

2.
[Eiseres 2 in conventie en gedaagde 2 in reconventie],
wonende te Aruba,
eisers in conventie,
gedaagden in reconventie,
hierna ook te noemen: respectievelijk [eiser 1 in conventie en gedaagde 1 in reconventie] en [eiseres 2 in conventie en gedaagde 2 in reconventie] en gezamenlijk [eisers in conventie en gedaagden in conventie],
gemachtigde: de advocaat mr. G. de Hoogd,
tegen:
de naamloze vennootschap
RENLING INTERNATIONAL N.V.,
gevestigd te Curaçao,
gedaagde in conventie,
eiseres in (voorwaardelijke) reconventie,
hierna te noemen: Renling,
gemachtigden: de advocaten mrs E.J.M. Lotter Homan en C.A. Ras.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend ter griffie op 15 augustus 2023;
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, met producties, van 20 september 2023;
- de conclusie van repliek in conventie tevens akte vermeerdering van eis en van antwoord in reconventie, met producties, van 13 december 2023;
- de conclusie van dupliek in conventie tevens houdende conclusie van repliek in (voorwaardelijke) reconventie tevens akte wijziging en vermeerdering eis van 7 februari 2024;
- de conclusie van dupliek in reconventie, met producties, van 3 april 2024;
- de akte uitlating producties in reconventie van 8 mei 2024.
1.2
Van de zijde van [eisers in conventie en gedaagden in conventie] is pleidooi gevraagd. De zitting heeft plaatsgevonden op 18 juli 2024. [Eiser 1 in conventie en gedaagde 1 in reconventie] is verschenen, bijgestaan door mr. De Hoogd voornoemd. Namens Renling is verschenen haar vereffenaar [vereffenaar], bijgestaan door mr. Lotter Homan voornoemd. Tevens was aanwezig mevr. [betrokkene 1]. Partijen hebben het woord gevoerd aan de hand van aan het Gerecht overgelegde pleitaantekeningen, op elkaars stellingen gereageerd of kunnen reageren en vragen van het Gerecht beantwoord.
1.3
Vonnis is vervolgens bepaald op vandaag.

2.DE FEITEN

2.1
In 1994 hebben [eisers in conventie en gedaagden in conventie] van Renling gekocht het perceel eigendomsgrond gelegen te [adres] in Aruba met daarop gebouwd een woonhuis. [eiser 1 in conventie en gedaagde 1 in conventie] wonen sindsdien in deze woning.
2.2
De registratie van Renling in het handelsregister van Curaçao is in 1999 opgeheven. De hier ten lande op naam van Renling staande onroerende zaken zijn niet bij de vereffening van Renling meegenomen. Bij beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao van 23 januari 2020 (zaaknummer CUR201803741) is de vereffening van Renling heropend teneinde de onroerende goederen in Aruba die op naam van Renling staan, te verkopen. [Betrokkene 3] is tot vereffenaar benoemd.
2.3
Tot voormelde onroerende goederen behoort een naast het perceel van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] gelegen perceel grond dat Renling wil verkavelen.
2.4
Renling heeft ten behoeve van de openwaterafvoer op het door haar uit te voeren verkavelingsproject een van voormeld perceel van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] deel uitmakende strook grond teruggekocht tegen een koopprijs van Afl. 100,- per vierkante meter. Deze strook grond is op 1 juli 2022 aan Renling geleverd. In de koopovereenkomst van 18 maart 2022 met betrekking tot deze grond staat tevens: “
Het overschietende deel van kavel 5 kan door hr. [eiser 1 in conventie en gedaagde 1 in reconventie] worden gekocht om toegang te creëren naar zijn achter terrein”.
2.5
Partijen zijn vervolgens in overleg getreden over de verkoop door Renling aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] van Kavel 1.
2.6
Op 3 juli 2022 stuurt [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] een door hen opgestelde “voorlopige koopovereenkomst” toe aan Renling. In dit stuk staat onder meer als volgt:
“Kopers ([eisers in conventie en gedaagden in reconventie]; Gerecht) hebben de intentie te kopen van verkoper (Renling; Gerecht) die daarmee akkoord gaat de kavel genummerd #1 (…) teneinde een extra aansluiting met de openbare weg te realiseren, onder de volgende afspraken:
* De toegang tot de weg moet open zijn en tot een mogelijkheid leiden om het terrein #3252 te kunnen splitsen en een toegang te creëren.
* Het bedoelde terrein moet vrij worden opgeleverd zonder verplichtingen of toezeggingen aan derden.
*De eventuele overige regelingen en tijdsplanning zullen geschieden in onderlinge overeenstemming.”
Renling heeft niet met deze overeenkomst ingestemd. De overeenkomst is niet door partijen getekend.
2.7
Op 4 juli 2022 heeft Renling een aangepaste overeenkomst aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] toegestuurd. In deze overeenkomst staat onder meer:
“(…)
* Het bedoelde terrein moet vrij worden opgeleverd zonder verplichtingen of toezeggingen aan derden.
*De eventuele overige regelingen en tijdsplanning zullen geschieden in onderlinge overeenstemming.
* Verkoop moet plaatsvinden voor dd. 1 januari 2023 voor Afl. 100,-/mtr2
* na 1 januari 2023 komt deze overeenkomst te vervallen.”
2.8
Naar aanleiding van deze aangepaste overeenkomst schrijft [eiser 1 in conventie en gedaagde 1 in reconventie] op 6 juli 2022 aan Renling:
“Dank voor het concept. Onze opmerkingen zijn tweeërlei: de einddatum die is genoemd vinden we een obstakel en de prijs te hoog. Zodoende zullen we dit doc niet tekenen”.
De overeenkomst is niet door partijen getekend.
2.9
Op 25 juli 2023 hebben [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] op Kavel 1 conservatoir beslag tot afgifte en levering doen leggen.

3.HET GESCHIL

In conventie
3.1 [
Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] vorderen, na vermeerdering van eis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
Primair:
1. te verklaren voor recht dat tussen partijen een onvoorwaardelijke koopovereenkomst tot stand is gekomen ter zake van de onroerende zaak;
2. Renling te veroordelen om mee te werken aan afgifte en levering aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] van het perceel eigendomsgrond ‘Kavel 1’, in die zin dat de levering van de onroerende zaak binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis moet plaatsvinden;
3. het onder 2 gevorderde op straffe van een dwangsom;
Subsidiair:
4. te verklaren voor recht dat Renling toerekenbaar tekort is geschoten in de uitvoering van haar verplichtingen voortvloeiende uit de (hiervoor onder 1 bedoelde) koopovereenkomst, met name in de verplichting om de onroerende zaak aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te leveren;
5. te verklaren voor recht dat Renling is gehouden te vergoeden de door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] in verband met de hiervoor bedoelde wanprestatie geleden en te lijden schade (rentederving daaronder mede begrepen), op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
Meer subsidiair:
6. voor recht te verklaren dat Renling in strijd met de redelijkheid en billijkheid en voor [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] op onrechtmatige wijze de onderhandelingen ter zake van de totstandkoming van de koopovereenkomst met betrekking tot de onroerende zaak eenzijdig heeft gestaakt en dat Renling daarom is gehouden [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] schadeloos te stellen voor de door hen geleden en te lijden schade, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, onder welke schade begrepen de door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] in het kader van deze transactie gemaakte kosten en de gederfde en te derven winst;
Nog meer subsidiair:
7. te verklaren voor recht dat Renling onrechtmatig heeft gehandeld dan wel dat zij toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de intentieovereenkomst van 4 juli 2022, door in de precontractuele fase de onderhandelingen onrechtmatig af te breken;
8. Renling te veroordelen tot voldoening van de schade die [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] heeft geleden dan wel nog zal lijden door het onrechtmatig handelen/afbreken van de onderhandelingen dan wel de toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de intentieovereenkomst, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
Primair, Subsidiair en (nog) meer subsidiair:
9. Renling te veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente en de kosten van het beslag.
3.2 [
Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] leggen aan hun vorderingen ten grondslag dat tussen partijen een overeenkomst tot stand is gekomen die Renling moet nakomen, dan wel dat zij, indien nakoming niet (meer) mogelijk is, de als gevolg van haar toerekenbare tekortkoming in de nakoming van deze overeenkomst voor [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] veroorzaakte schade moet vergoeden. Indien geen sprake is van een koopovereenkomst, dan is sprake van zodanig vergevorderde onderhandelingen, dat het eenzijdig door Renling afbreken daarvan onrechtmatig is. In het geval van een intentieovereenkomst tussen partijen, dan kan Renling aan die overeenkomst worden gehouden en dient zij tot een overeenkomst met [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te komen, aldus nog steeds [eisers in conventie en gedaagden in reconventie]
3.3
Renling voert verweer en concludeert tot afwijzing van het gevorderde, met veroordeling van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] in de kosten van het geding, vermeerderd met de wettelijke rente en uitvoerbaar bij voorraad.
3.4
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover voor de beslissing van belang, nader ingegaan.
In reconventie
3.5
Renling vordert - na wijziging van eis - voorwaardelijk, voor zover in conventie alle vorderingen van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] worden afgewezen, bij vonnis voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1. voor recht te verklaren dat tussen partijen geen koopovereenkomst met betrekking tot Kavel 1 tot stand is gekomen en dat Renling niet was gehouden om na 1 januari 2023 ter zake nog door te onderhandelen met [eisers in conventie en gedaagden in reconventie], zodat het Renling vrij staat genoemde kavel aan derden te verkopen en leveren zonder dat zij enige (schade)vergoeding aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] is verschuldigd, althans voor zover wel een koop- of intentieovereenkomst tot stand is gekomen, dat deze is ontbonden als gevolg van de ontbindende voorwaarde dat levering had dienen plaats te vinden voor 1 januari 2023, dan wel dat door Renling rechtsgeldig de vernietiging van de koopovereenkomst is ingeroepen op grond van artikel 7:2 BWA;
2. voor recht te verklaren dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] jegens Renling onrechtmatig hebben gehandeld door op 25 juli 2023 over te gaan tot het leggen van conservatoir beslag tot afgifte en levering van Kavel 1;
3. [ Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis het conservatoir beslag op de Kavel 1 zoals gelegd door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] op 25 juli 2023 op te heffen en opgeheven te houden en voor eigen rekening door te halen bij het Kadaster;
4. een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van Afl. 10.000,- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] in strijd handelen met het bepaalde onder 3;
5. [ Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te veroordelen om de als gevolg van het onrechtmatig handelen als bedoeld onder 2 door Renling geleden en nog te lijden schade te vergoeden, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 juli 2023;
6. [ Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te veroordelen in de kosten van de procedure in reconventie, vermeerderd met de wettelijke rente.
3.6
Renling legt aan haar vorderingen ten grondslag dat tussen partijen geen overeenkomst tot stand is gekomen, omdat over de essentialia geen overeenstemming is bereikt. Er was daarom ook geen sprake van totstandkomingsvertrouwen en Renling was niet gehouden om door te onderhandelen. Van onrechtmatig afbreken van de onderhandelingen of enige vergoedingsplicht is geen sprake. Indien en voor zover wel van een overeenkomst sprake was, dan heeft Renling deze overeenkomst op grond van artikel 7:2 BWA vernietigd. Het conservatoir beslag tot afgifte en levering is ten onrechte door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] gelegd. Het beslag moet daarom worden opgeheven en [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] zijn gehouden de door het beslag geleden schade, die onder meer bestaat uit gemaakte advocaatkosten en de gevolgen van het niet (eerder) vrijelijk kunnen beschikken over (de verkoopopbrengst van) de kavel, te vergoeden.
3.7 [
Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] voeren verweer en concluderen tot afwijzing van het gevorderde, met veroordeling van Renling, uitvoerbaar bij voorraad, in de kosten van het geding.
3.8
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover voor de beslissing van belang, nader ingegaan.

4.DE BEOORDELING

In conventie en in reconventie
Ten exceptieve
4.1
Renling heeft in de eerste plaats betoogd dat het inleidend verzoek innerlijk tegenstrijdig is omdat tegengestelde stellingen worden betrokken, dat geen duidelijkheid wordt gegeven over de juridische grondslag van de vordering en waarvan precies nakoming wordt gevorderd en dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] niet aan hun stel- en substantiëringsplicht hebben voldaan. Om deze redenen dienen [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] volgens Renling niet-ontvankelijk te worden verklaard dan wel dienen hun vorderingen te worden afgewezen. Dit verweer faalt. Aan het niet voldoen aan de stel- en substantiëringsplicht is niet de consequentie van niet-ontvankelijkheid verbonden. De vraag of dit tot het niet toelaten van bewijslevering moet leiden, zoals tevens door Renling is betoogd, kan, gelet op hetgeen hierna wordt overwogen, in het midden blijven. Voor wat betreft de volgens Renling door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] betrokken tegenstrijdige stellingen en het ontbreken van de juridische grondslag van de vordering en duidelijkheid over waarvan precies nakoming wordt gevorderd, geldt verder dat voldoende is gesteld om tot een beoordeling te komen. Of en in hoeverre de stellingen een voldoende onderbouwing van het gevorderde inhouden, dient hierna (voor zover daaraan wordt toegekomen) te worden beoordeeld.
De koopovereenkomst/nakoming/afgebroken onderhandelingen
4.2 [
Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] stellen zich in de eerste plaats op het standpunt dat sprake is van een koopovereenkomst tussen partijen met betrekking tot Kavel 1 en dat Renling is gehouden deze kavel aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te leveren, althans dat zij de schade wegens het niet nakomen van de overeenkomst moet vergoeden. Renling heeft bestreden dat een koopovereenkomst tot stand is gekomen. Volgens haar was over de essentialia nog geen overeenstemming bereikt. Indien en voor zover wel sprake is van een koopovereenkomst, heeft Renling deze op grond van artikel 7:2 BWA vernietigd, zo voert zij aan.
4.3
Het verweer van Renling slaagt. Dat tussen partijen een overeenkomst tot stand is gekomen kan niet worden gezegd, reeds omdat over de koopprijs geen overeenstemming bestond. In de door Renling opgestelde (hiervoor in 2.7 weergegeven) overeenkomst wordt een koopprijs van Afl. 100,- per vierkante meter genoemd, maar blijkens het hiervoor in 2.8 weergegeven bericht van 6 juli 2022 vonden [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] deze koopprijs te hoog en stemden zij daarmee niet in. Dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie], zoals zij stellen, nadien alsnog met deze prijs hebben ingestemd, is door Renling betwist en door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] niet met concrete, voor bewijs vatbare feiten en/of omstandigheden onderbouwd. Die stelling faalt daarom. Verder geldt dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] hebben erkend dat geen wilsovereenstemming bestond over de uiterlijke termijn waarbinnen de verkoop zou moeten plaatsvinden en dat zij niet, althans onvoldoende hebben weersproken dat dit voor Renling één van de essentialia van de overeenkomst was.
4.4
Maar ook als zou moeten worden aangenomen dat een overeenkomst tussen partijen bestond, dan kan dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] niet baten. Krachtens het bepaalde in artikel 7:2 BWA wordt de koop van een onroerende zaak, in dit geval van Kavel 1, schriftelijk aangegaan. Zolang aan dit vereiste niet is voldaan en nog geen levering heeft plaatsgevonden, is de koop vernietigbaar zowel in het belang van de koper als van de verkoper. Ook de verkoper kan dus terugtreden, zonder opgave van redenen. Renling heeft de koopovereenkomst, voor zover deze bestaat, vernietigd. Dit kon zij doen omdat er geen schriftelijke overeenkomst is en levering heeft niet plaatsgevonden. Van een overeenkomst tussen partijen is daarom geen sprake (meer). De omstandigheid dat het Renling vrij stond zonder opgave van redenen terug te treden, brengt mee dat van (een toerekenbare tekortkoming in de) nakoming geen sprake kan zijn en dat voor schadevergoeding wegens onrechtmatig afgebroken onderhandelingen of een verplichting om door te onderhandelen geen grond bestaat. Alle in dit verband door partijen betrokken stellingen behoeven daarom geen (nadere) bespreking.
4.5 [
Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] hebben weliswaar betoogd dat de overeenkomst tussen partijen van 18 maart 2022 (ook) op de koop van Kavel 1 ziet en dat daarom van een schriftelijke overeenkomst sprake is, maar dit betoog faalt. De overeenkomst van 18 maart 2022 ziet op de koop en verkoop van een stuk grond van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] aan Renling en in deze overeenkomst staat enkel vermeld dat een (deel van een) kavel (tussen partijen is niet in geschil dat daarmee Kavel 1 is bedoeld) door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie]
kan worden gekocht. Uit deze bewoordingen volgt niet dat de kavel aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] is verkocht en [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] hebben geen concrete feiten en/of omstandigheden gesteld die tot het oordeel leiden dat partijen dit wel hebben bedoeld. De stelling van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] is ook niet aannemelijk, nu, zoals hiervoor is overwogen, ook in juli 2022 nog geen overeenstemming over de essentialia bestond. Dat partijen met de overeenkomst van 18 maart 2022 een grondruil zijn overeengekomen en dat om die reden deze overeenkomst ook een schriftelijke overeenkomst ten aanzien van Kavel 1 inhoudt, zoals [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] verder nog hebben betoogd, heeft Renling gemotiveerd betwist. Uit de door Renling overgelegde stukken blijkt dat daarvan uitdrukkelijk geen sprake was.
4.6
Slechts onder zeer bijzondere omstandigheden kan worden geoordeeld dat een beroep op het ontbreken van schriftelijke vastlegging naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Dergelijke omstandigheden zijn in dit geval niet gesteld of gebleken. De persoonlijke belangen van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] bij Kavel 1 zijn, hoe zwaarwegend ook voor hen, daarvoor onvoldoende.
4.7
Het voorgaande leidt tot de slotsom dat de conventionele vorderingen van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] zullen worden afgewezen. Dit brengt mee dat de vorderingen in reconventie aan de orde zijn.
Verklaring voor recht
4.8
Met betrekking tot de hiervoor in 3.5 onder 1. weergegeven, door Renling gevorderde verklaring voor recht heeft Renling toegelicht dat voor haar van belang is dat komt vast te staan dat tussen partijen met betrekking tot Kavel 1 geen (koop)overeenkomst bestaat, dat zij niet is gehouden om met [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] door te onderhandelen en dat het haar vrij staat om de kavel aan anderen dan aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te verkopen. Gelet hierop en gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, zal de gevorderde verklaring voor recht worden toegewezen zoals hierna te vermelden.
Beslag
4.9 [
Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] hebben op 25 juli 2023 conservatoir beslag tot afgifte en levering van Kavel 1 gelegd. Nu hun vorderingen in conventie worden afgewezen, is dit ten onrechte. De gevorderde (hiervoor in 3.5 onder 2 weergegeven) verklaring voor recht dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] met het beslag onrechtmatig jegens Renling hebben gehandeld, zal dan ook worden toegewezen zoals hierna te vermelden. [Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] zullen worden bevolen het gelegde beslag op te (doen) heffen en te doen zorgen voor doorhaling van het beslag bij het Kadaster. Nu daartegen geen verweer is gevoerd, zal dit bevel uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard. De verzochte dwangsom is niet weersproken en zal daarom eveneens worden toegewezen, zij het dat de hoogte van de te verbeuren dwangsom wordt beperkt en gemaximeerd zoals hierna te vermelden.
4.1
Op de beslaglegger rust een risicoaansprakelijkheid voor de gevolgen van het door hem gelegde beslag indien de vordering waarvoor beslag is gelegd, zoals in dit geval, geheel ongegrond is. [Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] zijn dan ook gehouden de door het beslag door Renling geleden schade aan Renling te vergoeden. Renling heeft in dit verband gesteld dat haar schade onder meer bestaat uit gemaakte advocaatkosten, het niet vrijelijk en onbezwaard over de (verkoopopbrengst van de) kavel kunnen beschikken en de gevolgen van het niet eerder kunnen beschikken over de verkoopopbrengst van de kavel aan de aanwezige derde koper. Vanwege dit laatste heeft Renling, zo heeft zij betoogd, met haar verkavelingsplan nog geen aanvang kunnen maken. Gelet op deze door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] niet, althans onvoldoende weersproken stellingen, acht het Gerecht aannemelijk dat sprake is van als gevolg van het gelegde beslag geleden schade. De gevorderde verwijzing naar de schadestaat zal daarom worden toegewezen. In het kader van de schadestaatprocedure zal tevens de wettelijke rente aan de orde kunnen komen.
Proceskosten
4.11 [
Eisers in conventie en gedaagden in reconventie] zullen als de in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de kosten van het geding in conventie en in reconventie aan de zijde van Renling gevallen. Deze kosten worden in conventie tot op heden begroot op Afl. 3.750,- (3 punten tarief 5) aan gemachtigdensalaris en in reconventie eveneens op Afl. 3.750,- (3 punten tarief 5) aan gemachtigdensalaris, vermeerderd met de wettelijke rente zoals hierna te vermelden.

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
In conventie
5.1
wijst het gevorderde af;
5.2
veroordeelt [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] in de proceskosten aan de zijde van [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] gevallen en tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 3.750,- aan gemachtigdensalaris, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van algehele voldoening;
5.3
verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
In reconventie
5.4
verklaart voor recht dat tussen partijen met betrekking tot Kavel 1 geen (koop)overeenkomst tot stand is gekomen en bestaat, dat Renling niet was of is gehouden om met [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] over de verkoop van Kavel 1 door te onderhandelen en dat het haar vrij staat om de kavel aan anderen dan aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] te verkopen en leveren zonder dat zij enige (schade)vergoeding aan [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] is verschuldigd;
5.5
verklaart voor recht dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] jegens Renling onrechtmatig hebben gehandeld door op 25 juli 2023 over te gaan tot het leggen van conservatoir beslag tot afgifte en levering van Kavel 1;
5.6
veroordeelt [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis al datgene te doen dat noodzakelijk is om het conservatoir beslag op Kavel 1, zoals gelegd door [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] op 25 juli 2023, op te heffen en om gelijktijdig met de opheffing van het beslag voor eigen rekening te doen zorgen voor doorhaling van het beslag bij het Kadaster, dit alles op verbeurte van een dwangsom van Afl. 2.000,- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] niet aan deze veroordeling voldoen, tot een maximum van Afl. 200.000,- is bereikt;
5.7
veroordeelt [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] tot vergoeding van de als gevolg van het door hen ten onrechte gelegde beslag door Renling geleden en nog te lijden schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
5.8
veroordeelt [eisers in conventie en gedaagden in reconventie] in de proceskosten aan de zijde van Renling gevallen en tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 3.750,- aan gemachtigdensalaris, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van algehele voldoening;
5.9
verklaart de hiervoor in 5.6, 5.7 en 5.8 weergegeven veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
5.1
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.A.M. Tijhuis, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 21 augustus 2024 in aanwezigheid van de griffier.
Zaaknummer: AUA202302866 AR
Inhoudsindicatie: Tussenvonnis, verklaren voor recht, onvoorwaardelijke koopovereenkomst, onrechtmatig handelen, wanprestatie, schade.
Formele relaties (optioneel):
Rechtsgebieden: Civiel
Rechter: mr. T.A.M. Tijhuis
Bijzondere kenmerken: Enkelvoudig