Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE FEITEN
2. Van de leden wordt één lid benoemd door de Minister namens het Land, één lid door de Aangewezen Werkgevers en twee leden door de Vakbonden.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak heeft de stichting Algemeen Pensioenfonds Aruba (APFA) een vordering ingesteld tegen het Land Aruba, waarbij zij verzoekt om de Landsverordening Normering Topinkomens (LNT) buiten werking te stellen voor zover deze op APFA betrekking heeft. De procedure begon met een inleidend verzoekschrift op 25 juli 2023, gevolgd door verschillende conclusies en een pleidooi op 19 juli 2024. De kern van de zaak draait om de vraag of APFA onder de LNT valt, aangezien het Land een lid van de Raad van Toezicht van APFA benoemt. APFA stelt dat zij niet aan de criteria van de LNT voldoet en dat de opname in de bijlage van de LNT onterecht is, wat leidt tot een inbreuk op haar eigendomsrecht.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat APFA niet aan de criteria van artikel 2 lid 1 onder c LNT voldoet, omdat zij niet als (semi)publiek kan worden aangemerkt. De rechter oordeelt dat de opname van APFA in de bijlage van de LNT een evident onredelijke keuze van het Land is, en dat het Land onrechtmatig handelt door APFA onder de werking van de LNT te laten vallen. Het Gerecht heeft de vordering van APFA toegewezen en de LNT buiten werking gesteld voor zover deze op APFA betrekking heeft. Tevens is het Land veroordeeld in de proceskosten van APFA, die zijn begroot op Afl. 4.405,85, vermeerderd met wettelijke rente.