ECLI:NL:OGEAA:2024:126

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
7 mei 2024
Publicatiedatum
4 juni 2024
Zaaknummer
AUA202400579
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ondercuratelestelling en benoeming van curatrices in Aruba

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 7 mei 2024 uitspraak gedaan over het verzoek tot ondercuratelestelling van een meerderjarige, hierna verweerder genoemd. Het verzoek is ingediend door twee verzoeksters, die tevens als curatrices zijn benoemd. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 26 februari 2024 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 7 mei 2024 waren de verzoeksters aanwezig, bijgestaan door hun advocaat, mr. D.G. Croes, terwijl de verweerder in persoon aanwezig was. Belanghebbenden, waaronder broers en zussen van de verweerder, waren niet verschenen.

Het verzoek tot ondercuratelestelling is gegrond op artikel 1:378, lid 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, dat de mogelijkheid biedt om een meerderjarige onder curatele te stellen wegens een geestelijke stoornis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verweerder, door een medische verklaring van zijn huisarts en zijn eigen verklaringen, niet in staat is om zijn belangen behoorlijk waar te nemen. De rechtbank heeft geoordeeld dat het verzoek tot ondercuratelestelling gegrond is en heeft de verzoeksters benoemd tot curatrices.

De beschikking bevat ook specifieke verplichtingen voor de curatrices, waaronder het indienen van een schriftelijke opgave van de aanwezige gerede gelden en een boedelbeschrijving bij de griffie van het gerecht. De curatrices moeten jaarlijks een rekening en verantwoording indienen. De uitspraak is gedaan door mr. J. Brandt, rechter in dit gerecht, en is gepubliceerd in de Landscourant van Aruba en de dagbladen “DIARIO” en “BONDIA ARUBA”.

Uitspraak

Beschikking van 7 mei 2024
behorend bij EJ nr. AUA202400579
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:

1.[Verzoekster 1]

2.
[Verzoekster 2]
wonende in Aruba,
VERZOEKERS,
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Croes,
om ondercuratelestelling van:
[Verweerder]
wonende in Aruba, te Washington 35-C,
VERWEERDER,
in persoon.
Belanghebbenden:
[Broer van verweerder 1], broer van verweerder,
[Broer van Verweerder 2], broer van verweerder,
[Broer van verweerder 3], broer van verweerder,
[Zus van verweerder 1], zus van verweerder,
[Zus van verweerder 2], zus van verweerder.

1.DE PROCEDURE

1.1
De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 26 februari 2024,
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 7 mei 2024, waarbij aanwezig waren verzoekers in persoon en bijgestaan door hun gemachtigde mr. D.G. Croes, verweerder in persoon en de heer [echtgenoot van verzoekster 2], echtgenoot van [verzoekster 2]. Belanghebbenden zijn niet verschenen.
1.2
De uitspraak is terstond gedaan.

2.HET VERZOEK

Het verzoek strekt ertoe dat verweerder onder curatele wordt gesteld met benoeming van verzoekers tot zijn curatrices. Daartoe wordt aangevoerd dat verweerder aan [betrokkene] dementie lijdt waardoor hij wordt bemoeilijkt om zijn belangen behoorlijk waar te nemen.

3.DE BEOORDELING

3.1
Het verzoek is gegrond op artikel 1:378, lid 1 en onder sub a van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA). Ingevolge deze bepaling kan de rechter een meerderjarige onder curatele stellen wegens een geestelijke stoornis waardoor de gestoorde, al dan niet met tussenpozen, niet in staat is of bemoeilijkt wordt zijn belangen behoorlijk waar te nemen. Uit de verklaringen van verzoekers, de medische verklaring van de behandelend huisarts dr. [huisarts] en de ondervraging van verweerder tijdens de zitting is gebleken dat hij wegens een geestelijke stoornis niet is staat is of bemoeilijkt wordt zijn belangen behoorlijk waar te nemen. Het verzoek tot ondercuratelestelling is dan ook voor toewijzing vatbaar.
3.2
Verweerder heeft met zoveel woorden te kenen gegeven dat hij geen bezwaar heeft tegen de benoeming van verzoekers tot zijn curatrices. Deze benoeming strookt ook naar het oordeel van het gerecht het meest met de belangen van verweerder. Nu voor het overige niet van bezwaren daartegen is gebleken, zal het gerecht dienovereenkomstig beslissen.
3.3
De curatrices dienen ingevolge artikel 1:386 lid 1 BWA juncto artikel 1:338 BWA
binnen acht wekenna aanvang van hun taak als curatrices een schriftelijke opgave ter griffie van dit gerecht te doen van de bij het begin van de curatele aanwezige gerede gelden, effecten aan toonder en spaarbankboekjes.
De curatrices dienen voorts
binnen acht maandenna aanvang van hun taak als curatrices een door hen ondertekende boedelbeschrijving bij de griffie van dit gerecht in te dienen. In de boedelbeschrijving is begrepen opgave van de wijzigingen in de samenstelling van het vermogen tot het ogenblik dat zij wordt opgemaakt.
3.4
De curatrices dienen ingevolge artikel 1:386 lid 1 BWA in samenhang met artikel 1:359 lid 1 BWA
jaarlijkseen rekening van hun bewind over de goederen van de onder curatele gestelde ter griffie van dit gerecht in te dienen, voor het eerst uiterlijk op
1 juli 2026.

4.DE BESLISSING

Het gerecht:
stelt [verweerder], geboren op 6 januari 1942 in Aruba, onder curatele,
benoemt over de onder curatele gestelde tot curatrices Carmen Rosa GIEL, geboren op 4 november 1953 in Aruba en Aura Maria GIEL, geboren op [geboortedatum] 1949 in Aruba, beiden wonende in Aruba,
bepaalt dat deze uitspraak vanwege de curatrices binnen tien (10) dagen nadat deze ten uitvoer kan worden gelegd, wordt geplaatst in de Landscourant van Aruba, alsmede in de dagbladen “DIARIO” en “BONDIA ARUBA”,
bepaalt dat de curatrices uiterlijk
2 juli 2024een schriftelijke opgave ter griffie van dit gerecht doen van de bij het begin van de curatele aanwezige gerede gelden, effecten aan toonder en spaarbankboekjes,
bepaalt dat de curatrices uiterlijk
7 januari 2025een door hen ondertekende boedelbeschrijving bij de griffie van dit gerecht indienen,
bepaalt dat de curatrices uiterlijk op
1 juli 2026een rekening en verantwoording bij de griffie van dit gerecht indienen.
Deze beschikking is gegeven door mr. J. Brandt, rechter in dit gerecht, ter terechtzitting van dinsdag 7 mei 2024 in tegenwoordigheid van de griffier.
Datum uitspraak: 7 mei 2024
Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Zaaknummer: EJ nr. AUA202400579
Inhoudsindicatie: EJ. Ondercuratelestelling. Benoeming twee curatrices.
Rechtsgebieden: Civiel; Personen- en familierecht
Rechter: mr. J. Brandt
Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg – enkelvoudig