ECLI:NL:OGEAA:2023:355

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
13 december 2023
Publicatiedatum
29 mei 2024
Zaaknummer
AUA202301466
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.E.B. de Haseth
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen de fictieve afwijzing van een bezwaarschrift inzake vergunning voor venten met ijsproducten

In deze zaak heeft de naamloze vennootschap Aruba Fun Treats N.V. beroep ingesteld tegen een fictieve afwijzende beslissing van de Minister van Sociale Zaken en Justitie. De Minister had op 17 november 2022 een vergunning verleend voor het venten met ijsproducten vanuit twee karretjes op de openbare wegen voor de periode van 1 januari 2023 tot 31 december 2023. Aruba Fun Treats N.V. maakte op 21 december 2022 bezwaar tegen deze beschikking, maar ontving geen tijdige beslissing van de Minister. Op 18 april 2023 heeft de vennootschap beroep ingesteld bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, omdat er geen beslissing was genomen op het bezwaar.

De zaak is behandeld op 1 november 2023, waarbij beide partijen vertegenwoordigd waren door hun gemachtigden. De rechter overwoog dat, ingevolge de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar), het Gerecht onmiddellijk uitspraak kan doen als de beslissing kennelijk niet in stand kan blijven. De rechter constateerde dat er geen reële beslissing op het bezwaar was genomen, wat in strijd is met de verplichting van de Minister. Het uitblijven van een beslissing wordt gelijkgesteld met een afwijzende beslissing, die niet gemotiveerd was en daarom niet in stand kon blijven.

De rechter verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de fictieve afwijzende beslissing en gaf de Minister de opdracht om binnen drie maanden na de uitspraak alsnog een reële beslissing te nemen op het bezwaarschrift. Tevens werd de Minister veroordeeld tot betaling van de kosten van de rechtskundige bijstand van Aruba Fun Treats N.V., begroot op Afl. 350,-, en werd het door de vennootschap gestorte griffierecht van Afl. 25,- aan haar terugbetaald. De uitspraak werd gedaan door mr. M.E.B. de Haseth op 13 december 2023.

Uitspraak

Uitspraak van 13 december 2023
Lar nr. AUA202301466

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

UITSPRAAK
op het beroep in de zin van de
Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van:
de naamloze vennootschap
ARUBA FUN TREATS N.V.,
gevestigd in Aruba,
APPELLANTE,
gemachtigde: de advocaat mr. V.A.V. Carlo,
gericht tegen:

DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN JUSTITIE,

zetelend in Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. Y.F.M. Kaarsbaan (DWJZ).

PROCESVERLOOP

Bij beschikking van 17 november 2022 heeft verweerder aan appellante een vergunning verleend voor het venten met ijs producten vanuit twee karretjes op de openbare wegen vanaf 1 januari 2023 tot 31 december 2023, van 10:00 uur tot 21:00 uur.
Tegen deze beschikking heeft appellante op 21 december 2022 bezwaar gemaakt.
Tegen het uitblijven van een beslissing op het bezwaar heeft appellante op 18 april 2023 beroep ingesteld bij het gerecht.
Het gerecht heeft de zaak behandeld ter zitting van 1 november 2023. Partijen zijn verschenen bij hun gemachtigden voornoemd.
De uitspraak is bepaald op heden.

OVERWEGINGEN

1. Ingevolge artikel 32, onder c en onder e, van de Lar kan het gerecht onmiddellijk uitspraak doen indien de beslissing waartegen het beroep is gericht, kennelijk niet in stand kan blijven, alsmede indien het bestuursorgaan binnen de gestelde termijn geen verweerschrift heeft ingediend.
2. Niet is gebleken dat ten tijde van het sluiten van het onderzoek een reële beslissing op het bezwaar van appellante van 21 december 2022 is genomen. Verweerder is daartoe wel verplicht. Ingevolge artikel 23, tweede lid, van de Lar wordt het uitblijven van een beslissing gelijkgesteld met een afwijzende beslissing. Nu deze afwijzende beslissing niet is gemotiveerd, kan deze niet in stand blijven. Het beroep zal gegrond worden verklaard. Verweerder dient binnen drie maanden na deze uitspraak alsnog een reële beslissing op het bezwaarschrift van appellante te nemen.
3. Nu appellante met recht in beroep is gekomen en zich bij gemachtigde heeft laten vertegenwoordigen, is aannemelijk geworden dat appellante hiertoe noodzakelijke kosten heeft gemaakt. Verweerder zal worden veroordeeld in de kosten van dit geding, begroot op een bedrag van Afl. 350,- aan gemachtigdensalaris.

BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
  • verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden fictieve afwijzende beslissing op het bezwaar van appellante van 21 december 2022;
  • bepaalt dat verweerder binnen drie maanden na dagtekening van deze uitspraak een reële beslissing dient te nemen op het bezwaar van appellante;
  • veroordeelt verweerder tot betaling van de door appellante voor dit geding gemaakte kosten aan rechtskundige bijstand, begroot op Afl. 350,-;
  • gelast dat het door appellante gestorte griffierecht van Afl. 25,- aan haar wordt terugbetaald.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.E.B. de Haseth, rechter in dit gerecht, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op woensdag 13 december 2023, in aanwezigheid van de griffier.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken na dagtekening van deze uitspraak hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (LAR-zaken).
Het hogerberoepschrift moet worden ingediend bij de griffie van dit Gerecht.
U wordt verzocht bij het indienen van het hogerberoepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het hogerberoepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het hogerberoepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener of de gemachtigde,
b. de dag van ondertekening,
c. waartegen u in hoger beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Voor het instellen van hoger beroep is een griffierecht van Afl. 75 verschuldigd.