ECLI:NL:OGEAA:2023:352

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
13 december 2023
Publicatiedatum
29 mei 2024
Zaaknummer
AUA202302290
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijk verklaring van beroep wegens verzuim in gronden

In deze zaak heeft de Minister van Justitie en Sociale Zaken beroep ingesteld tegen een beschikking van 25 mei 2023, waarin het bezwaar van de appellant tegen een uitzettingsbevel en terugkeerverbod ongegrond werd verklaard. De appellant had op 30 juni 2023 een pro-forma beroepschrift ingediend, maar heeft nagelaten om de gronden waarop het beroep berust in te dienen, ondanks een uitnodiging van de griffie om dit voor 30 augustus 2023 te doen. Het gerecht heeft vastgesteld dat de appellant het verzuim niet heeft hersteld, waardoor het beroepschrift niet voldoet aan de wettelijke vereisten voor behandeling. De rechter heeft daarom besloten het beroep niet-ontvankelijk te verklaren. De uitspraak is gedaan door mr. N.K. Engelbrecht op 13 december 2023, en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie. Bij het indienen van het hoger beroepschrift dient een griffierecht van Afl. 75 te worden betaald.

Uitspraak

Uitspraak van 13 december 2023
Lar nr. AUA202302290

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

UITSPRAAK
op het beroep in de zin van de
Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van:

[Appellant],

domicilie kiezend in Aruba,
APPELLANT,
gemachtigde: drs. M.L. Hassell,
gericht tegen:

DE MINISTER VAN JUSTITIE EN SOCIALE ZAKEN,

zetelend in Aruba,
VERWEERDER.

PROCESVERLOOP

Bij beschikking van 25 mei 2023 heeft verweerder het bezwaar van 6 mei 2021 van appellant gericht tegen het bevelschrift tot uitzetting van 5 april 2021 en terugkeerverbod met verzoek tot schadevergoeding, ongegrond verklaard. Bij die beschikking heeft verweerder tevens de periode van niet-toelating van appellant verkort naar 60 maanden.
Daartegen heeft appellant op 30 juni 2023 beroep ingesteld bij dit gerecht, door indiening van een pro-forma beroepschrift.
Bij emailbericht van 10 juli 2023 heeft de griffie van dit gerecht, appellant in de gelegenheid gesteld om uiterlijk op 30 augustus 2023 de gronden waarop het beroep berust, in te dienen.
Van deze gelegenheid heeft appellant geen gebruik gemaakt.
De uitspraak is vervolgens bepaald op heden.

OVERWEGINGEN

1.1
Ingevolge artikel 26 van de Lar wordt het beroep aanhangig gemaakt door indiening van een beroepschrift bij het gerecht. Artikel 29, eerste lid van de Lar bepaalt, dat het beroepschrift ten minste bevat:
a. de naam en het adres van de indiener en, indien het beroepschrift door een gemachtigde wordt ingediend, de naam en het adres van de gemachtigde;
b. een aanduiding van de beslissing waartegen het beroep zich richt, indien mogelijk onder overlegging van een afschrift van de beslissing en van de daarop betrekking hebbende stukken;
c. de gronden waarop het beroep berust;
d. de dagtekening van het beroepschrift, en
e. een ondertekening door of namens de indiener.
1.2
Ingevolge artikel 31, eerste lid van de Lar, wordt, indien niet is voldaan aan enig bij wettelijk voorschrift gesteld vereiste voor het in behandeling nemen van het beroepschrift, de indiener na de ontvangst daarvan in de gelegenheid gesteld het verzuim binnen een bepaalde termijn te herstellen. Ingevolge het tweede lid kan het beroepschrift, indien het verzuim niet of niet volledig wordt hersteld, na het verstrijken van de daarvoor gestelde termijn niet-ontvankelijk worden verklaard.
2.1
In dit geval heeft appellante de gronden waarop haar beroep berust niet vermeld in haar pro-forma beroepschrift. Zij is ingevolge artikel 31, eerste lid van de Lar in de gelegenheid gesteld dit verzuim binnen een bepaalde termijn te herstellen. Van deze gelegenheid heeft zij geen gebruik gemaakt.
2.2
Het gerecht stelt gelet hierop vast dat appellante het geconstateerde verzuim niet heeft hersteld, zodat het beroepschrift niet voldoet aan een van de wettelijk gestelde vereisten voor het in behandeling nemen ervan. Het beroepschrift zal dan ook niet-ontvankelijk worden verklaard.

BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze beslissing is gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, rechter in dit gerecht, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag, 13 december 2023, in aanwezigheid van de griffier.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken na dagtekening van deze uitspraak hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (LAR-zaken).
Het hoger beroepschrift moet worden ingediend bij de griffie van dit Gerecht.
U wordt verzocht bij het indienen van het hoger beroepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het hoger beroepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het hoger beroepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener of de gemachtigde,
b. de dag van ondertekening,
c. waartegen u in hoger beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Voor het instellen van hoger beroep is een griffierecht van Afl. 75 verschuldigd.