ECLI:NL:OGEAA:2023:307

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
5 december 2023
Publicatiedatum
11 december 2023
Zaaknummer
AUA202302825
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet wegens hardnekkige weigering om aan redelijke opdracht van werkgever te voldoen

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 5 december 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een verzoekster, werkzaam als schoonmaakster bij LATIN FOOD CORPORATION N.V. (h.o.d.n. GUSTO BAR & RESTAURANT), en haar werkgever. De verzoekster had sinds 1 januari 2012 bij Gusto gewerkt, maar weigerde vanaf 13 maart 2023 om te tekenen voor de ontvangst van leveringen, wat volgens haar niet tot haar taken behoorde. Ondanks herhaalde waarschuwingen van de werkgever, bleef zij deze taak weigeren, wat leidde tot haar ontslag op staande voet op 24 maart 2023.

De verzoekster heeft de nietigheid van het ontslag ingeroepen, maar het Gerecht oordeelde dat het ontslag terecht was. Het Gerecht overwoog dat de verzoekster, ondanks haar eerdere medewerking aan het ondertekenen van leveringsbonnen, zonder geldige reden was gestopt met deze handeling. Dit leidde tot ernstige problemen voor de bedrijfsvoering van Gusto, aangezien zij de enige aanwezige was tijdens de leveringen. Het Gerecht concludeerde dat de weigering om te tekenen een dringende reden voor ontslag op staande voet vormde, en dat de verzoekster niet in haar verzoeken kon worden ontvangen.

De verzoekster werd veroordeeld in de kosten van het geding, die aan de zijde van Gusto op Afl. 1.250,- werden begroot. De uitspraak benadrukt het belang van het naleven van redelijke opdrachten van werkgevers en de gevolgen van hardnekkige weigering om aan deze opdrachten te voldoen.

Uitspraak

Beschikking van 5 december 2023
Behorend bij AUA202302825 EJ
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[Naam verzoekster],
wonende te Aruba,
verzoekster,
hierna ook te noemen: [verzoekster],
gemachtigde: voorheen de advocaat mr. G. de Hoogd,
tegen:
de naamloze vennootschap
LATIN FOOD CORPORATION N.V.,
h.o.d.n. GUSTO BAR & RESTAURANT,
gevestigd te Aruba,
verweerster,
hierna ook te noemen: Gusto,
gemachtigde: de advocaat mr. L.J. Pieters.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties,
- het verweerschrift met producties,
- de nadere producties van de zijde van Gusto.
1.2
De mondelinge behandeling in de zaak was aanvankelijk bepaald op 14 november 2023. Door mr. De Hoogd is naar aanleiding van het door Gusto gevoerde verweer en de overgelegde nadere producties uitstel van de mondelinge behandeling verzocht, omdat hij [verzoekster] niet heeft kunnen bereiken en dit daardoor niet met haar heeft kunnen bespreken. Namens Gusto is ingestemd met een aanhouding, waarna de mondelinge behandeling nader is bepaald op 21 november 2023.
1.3
Bij bericht van 21 november 2023 heeft mr. De Hoogd bericht dat is gebleken dat [verzoekster] Aruba heeft verlaten, dat hij het verweer van Gusto niet (afdoende) met haar heeft kunnen bespreken waardoor hij [verzoekster] niet op gedegen wijze kan bijstaan en dat hij daarom aanleiding ziet zich als raadsman te onttrekken.
1.4
Uit het bericht van mr. De Hoogd valt op te maken dat er contact met [verzoekster] is geweest. Het Gerecht gaat er daarom vanuit dat [verzoekster] van de geplande mondelinge behandeling op de hoogte was. Van haar is geen bericht ontvangen.
1.5
Namens Gusto is desverzocht meegedeeld dat de geplande zitting geen doorgang hoeft te vinden en dat uitspraak kan worden gedaan.
1.6
Beschikking is vervolgens bepaald op vandaag.

2.DE FEITEN

2.1
Gusto exploiteert een restaurant op Aruba. [verzoekster] was sinds 1 januari 2012 als schoonmaakster bij Gusto in dienst.
2.2
Omdat [verzoekster] overdag als enige in het restaurant aanwezig was, nam zij sinds haar indiensttreding tijdens haar werktijden producten van leveranciers in ontvangst door voor de ontvangst te tekenen.
2.3
Vanaf 13 maart 2023 weigerde [verzoekster] plotseling om nog voor de leveranties te tekenen, omdat dit volgens haar niet tot haar taken behoort.
2.4
Op 14 maart 2023, 16 maart en 17 maart 2023 is [verzoekster] schriftelijk gewaarschuwd vanwege het niet willen tekenen voor leveringsbonnen en is haar steeds aangezegd dat een volgend incident tot haar ontslag zal kunnen leiden.
2.5
Nadat [verzoekster] op 24 maart 2023 opnieuw had geweigerd de afleveringsbonnen van leveranciers te tekenen, heeft Gusto haar vanwege dit weigeren op staande voet ontslagen.
2.6
Op 9 augustus 2023 is namens [verzoekster] de nietigheid van het ontslag ingeroepen. Gusto heeft het ontslag gestand gedaan.

3.STANDUNT VAN PARTIJEN

3.1 [
verzoekster] verzoekt het Gerecht, uitvoerbaar bij voorraad:
a. Gusto te veroordelen om haar op straffe van een dwangsom met onmiddellijke ingang
toe te laten tot het verrichten van haar normale, overeengekomen werkzaamheden;
b. Gusto te veroordelen tot doorbetaling van haar loon vanaf 24 maart 2023, vermeerderd
met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente;
c. subsidiair enige andere beslissing te nemen die het Gerecht vermeent te behoren;
d. met veroordeling van Gusto in de kosten van het geding.
3.2 [
verzoekster] legt aan haar verzoek ten grondslag dat zij niet wilde tekenen voor iets waarvan zij niet weet wat het was, dat zij haar werkzaamheden altijd naar tevredenheid heeft uitgevoerd en dat Gusto vanwege haar leeftijd naar een reden heeft gezocht om van haar af te komen.
3.3
Gusto heeft verweer gevoerd en geconcludeerd tot afwijzing van het gevorderde, met veroordeling van [verzoekster] in de kosten van het geding.
3.4
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover voor de beslissing van belang, worden ingegaan

4.DE BEOORDELING

4.1
Op grond van artikel 7:677 lid 1 BWA is ieder van partijen bevoegd de arbeidsovereenkomst onverwijld op grond van een dringende reden op te zeggen, onder onverwijlde mededeling van die reden aan de wederpartij. Ingevolge artikel 7:678 lid 1 BW wordt voor Gusto als dringende redenen als vorenbedoeld beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van [verzoekster], die ten gevolge hebben dat van Gusto redelijkerwijze niet gevergd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Bij de beoordeling van de vraag of van een zodanige dringende reden sprake is, moeten de omstandigheden van het geval in onderling verband en samenhang in aanmerking worden genomen.
4.2
In dit geval is als dringende reden meegedeeld het weigeren van het tekenen voor ontvangst van de door de leveranciers af te leveren producten.
4.3
Als niet, althans onvoldoende weersproken en op grond van de overgelegde stukken (waaronder een groot aantal door [verzoekster] ondertekende afleverbonnen) staat vast dat [verzoekster] vanaf haar indiensttreding bij Gusto in januari 2012 de aan haar opgedragen taak om te tekenen voor ontvangst van de door de leveranciers bij het restaurant af te leveren producten, steeds heeft uitgevoerd. Dat [verzoekster] niet wist wat er van haar werd verwacht dan wel niet wist waarvoor zij moest tekenen, kan dan ook niet worden gezegd. Verder staat vast dat [verzoekster] vanaf maart 2023 ineens weigerde om nog langer te tekenen. Gusto heeft onweersproken gesteld dat dit voor haar tot grote problemen voor haar bedrijfsvoering had kunnen leiden, omdat daardoor, nu op die momenten niemand anders in het restaurant aanwezig was, de bestelde producten niet werden geleverd. Dat [verzoekster] een goede reden had om niet meer te willen tekenen, is niet gesteld of gebleken. Dat een ander bij Gusto voor de inkoop verantwoordelijk is, doet aan de aan [verzoekster] opgedragen (en tot voor kort ook steeds uitgevoerde) taak niet af. Nu [verzoekster] op 14, 16, 17 en 24 maart 2023 steeds zonder grond heeft geweigerd om voor ontvangst te tekenen en aldus, en ondanks de waarschuwingen en de aangekondigde mogelijke gevolgen, hardnekkig heeft geweigerd aan een redelijke opdracht van haar werkgever te voldoen, is een dringende reden voor ontslag op staande voet aanwezig.
4.4
Het voorgaande brengt mee dat het ontslag op staande voet terecht is gegeven. De persoonlijke omstandigheden van [verzoekster] (voor zover deze zijn gesteld en gebleken) leiden, te meer nu [verzoekster] kennelijk niet langer op Aruba woonachtig is, niet tot een ander oordeel.
4.5
De slotsom is dat de verzoeken van [verzoekster] worden afgewezen. [verzoekster] zal als de in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de kosten van het geding. Deze kosten worden aan de zijde van Gusto begroot op Afl. 1.250,- aan gemachtigdensalaris.

5.DE BESLISSING

Het Gerecht:
5.1
wijst het verzochte af;
5.2
veroordeelt [verzoekster] in de kosten van het geding aan de zijde van Gusto gevallen en tot op heden begroot op Afl. 1.250,- aan gemachtigdensalaris.
Deze beschikking is gegeven door mr. T.A.M. Tijhuis, rechter in dit Gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting op 5 december 2023 in aanwezigheid van de griffier.