ECLI:NL:OGEAA:2023:296

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
17 november 2023
Publicatiedatum
21 november 2023
Zaaknummer
243 van 2023
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zedenzaak tegen verdachte wegens seksueel misbruik van stiefkleinkinderen met schadevergoeding

In deze zedenzaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 17 november 2023 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die zich langdurig schuldig heeft gemaakt aan seksueel misbruik van zijn twee jonge stiefkleinkinderen. De verdachte heeft de slachtoffers seksuele handelingen opgedrongen, waaronder het binnendringen van hun lichamen. De zaak kwam ter terechtzitting op 27 oktober 2023, waar de verdachte bijgestaan werd door zijn raadsman, mr. G.A. Maldonado. De benadeelde partij, vertegenwoordigd door mr. C.J. Hart, heeft een vordering tot schadevergoeding ingediend. De officier van justitie, mr. E. Stevens, eiste een gevangenisstraf van zes jaren, maar het Gerecht oordeelde dat niet alle ten laste gelegde feiten bewezen konden worden. De verdachte werd vrijgesproken van het seksueel binnendringen, maar het Gerecht achtte andere feiten wel bewezen, waaronder verkrachting en ontuchtige handelingen met minderjarigen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren en zes maanden, met aftrek van voorarrest. Daarnaast werd een schadevergoeding van Afl. 5.000,- toegewezen aan de benadeelde partij voor immateriële schade, terwijl de vordering voor materiële schade werd afgewezen. Het Gerecht oordeelde dat de verklaringen van de slachtoffers betrouwbaar waren en dat de verdachte ernstig inbreuk had gemaakt op hun integriteit.

Uitspraak

Parketnummer: P-2023/00429
Zaaknummer: 243 van 2023
Uitspraak: 17 november 2023 Tegenspraak

Vonnis van dit Gerecht

in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren op [geboortedatum] 1966 in [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats],
thans gedetineerd in het huis van bewaring in Aruba.
Onderzoek van de zaak
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 27 oktober 2023. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. G.A. Maldonado, advocaat in Aruba.
[benadeelde partij] heeft zich - bij monde van zijn gemachtigde mr. C.J. Hart - als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding.
De officier van justitie, mr. E. Stevens, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het ten laste gelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van zes (6) jaren, met aftrek van voorarrest.
Zijn vordering behelst voorts de verbeurdverklaring van de onder de verdachte in beslag genomen mobiele telefoon, de toewijzing van de vordering van de benadeelde partij en de oplegging van een bij de toewijsbare vordering behorende schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman heeft bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging - ten laste gelegd dat:
Ten aanzien van [slachtoffer 1] (30 oktober 2007)
1.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met het 31 december 2018 te Aruba door geweld of een andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer 1] ([geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 1] aan haar borsten en/of billen en/of vagina betast en/of
- die [slachtoffer 1] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en/of in haar mond laten nemen en/of
- de vagina van die [slachtoffer 1] gelikt
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 1] gebracht en/of gehouden,
en welk geweld of die andere feitelijkheid en/of welke bedreiging met geweld of die andere feitelijkheid hierin heeft/hebben bestaan dat
- hij verdachte die [slachtoffer 1] onverhoeds aan haar borsten en/of achterwerk en/of vagina heeft betast en/of
- die [slachtoffer 1] (op een bed) heeft geduwd en/of
- de kleren van die [slachtoffer 1] heeft uitgetrokken en/of uitgedaan
- die [slachtoffer 1] bij haar hoofd heeft vastgehouden teneinde zijn penis in de mond van die [slachtoffer 1] te brengen en/of
- de benen van die [slachtoffer 1] heeft vastgehouden en/of is blijven houden;
2.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met het 31 december 2018 te Aruba met [slachtoffer 1] ([geboortedatum]), die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 1] aan haar borsten en/of billen en/of vagina betast en/of
- die [slachtoffer 1] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en/of in haar mond laten nemen en/of
- de vagina van die [slachtoffer 1] gelikt en/of
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 1] gebracht en/of gehouden;
3.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met het 31 december 2018 te Aruba, opzettelijk met [slachtoffer 1] ([geboortedatum]), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt,
ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, bestaande uit
- het betasten van de borsten en/of billen en/of vagina van die [slachtoffer 1];
Ten aanzien van [slachtoffer 2] (10 juni 2007)
4.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met het 31 december 2018 te Aruba door geweld of een andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer 2] ([geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 2] aan haar borsten en/of billen en/of vagina betast en/of
- die [slachtoffer 2] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en/of in haar mond laten nemen en/of
- de vagina van die [slachtoffer 2] gelikt
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 2] gebracht en/of gehouden,
en welk geweld of die andere feitelijkheid en/of welke bedreiging met geweld of die andere feitelijkheid hierin heeft/hebben bestaan dat
- hij verdachte die [slachtoffer 2] onverhoeds aan haar borsten en/of achterwerk en/of vagina heeft betast en/of
- die [slachtoffer 2] (op een bed) heeft geduwd en/of
- de kleren van die [slachtoffer 2] heeft uitgetrokken en/of uitgedaan
- die [slachtoffer 2] bij haar hoofd heeft vastgehouden teneinde zijn penis in de mond van die [slachtoffer 1] te brengen en/of
- de benen van die [slachtoffer 2] heeft vastgehouden en/of is blijven houden;
5.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met het 31 december 2018 te Aruba met [slachtoffer 2] ([geboortedatum]), die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 2] aan haar borsten en/of billen en/of vagina betast en/of
- die [slachtoffer 2] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en/of in haar mond laten nemen en/of
- de vagina van die [slachtoffer 2] gelikt en/of
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 2] gebracht en/of gehouden;
6.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met het 31 december 2018 te Aruba, opzettelijk met [slachtoffer 2] ([geboortedatum]), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, bestaande uit
- het betasten van de borsten en/of billen en/of vagina van die [slachtoffer 2].
Formele voorvragen
Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
Vrijspraak
Seksueel binnendringen
Het Gerecht is met de officier van justitie en de raadsman van oordeel dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat sprake is geweest van seksueel binnendringen, voor zover het betreft het ten laste gelegde brengen en houden van de penis in de vagina en anus van de kinderen. Voor wat betreft het vaginaal en anaal binnendringen met de penis biedt het dossier onvoldoende bewijs. De verdachte zal voor dat deel van de tenlastelegging worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Het Gerecht acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte is ten laste gelegd, met dien verstande dat:
Ten aanzien van [slachtoffer 1]
1.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van
1 januari30 oktober2015 tot
en met het 31 december30 oktober2018 te Aruba door geweld
of een andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid[slachtoffer 1] (
geboren op[geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die
(mede
)bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 1] aan haar borsten en
/ofbillen en
/ofvagina betast en
/of
- die [slachtoffer 1] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en
/ofin haar mond laten nemen en
/of
- de vagina van die [slachtoffer 1] gelikt
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 1] gebracht en/of gehouden,
en welk geweld
of die andere feitelijkheid en/of welke bedreiging met geweld of die andere feitelijkheidhierin heeft
/hebbenbestaan dat
hij, verdachte,
-
hij verdachtedie [slachtoffer 1] onverhoeds aan haar borsten en
/ofachterwerk en
/ofvagina heeft betast en
/of
- die [slachtoffer 1]
(op een bed
)heeft geduwd en
/of
- de kleren van die [slachtoffer 1] heeft uitgetrokken en
/ofuitgedaan
en
- die [slachtoffer 1] bij haar hoofd heeft vastgehouden teneinde zijn penis in de mond van die [slachtoffer 1] te brengen en
/of
- de benen van die [slachtoffer 1] heeft vastgehouden en
/ofis blijven houden;
2.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van
1 januari30 oktober2015 tot
en met het 31 december30 oktober2018 te Aruba met [slachtoffer 1] (
geboren op[geboortedatum]), die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die
bestonden uit ofmede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 1] aan haar borsten en
/ofbillen en
/ofvagina betast en
/of
- die [slachtoffer 1] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en
/ofin haar mond laten nemen en
/of
- de vagina van die [slachtoffer 1] gelikt
en/of
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 1] gebracht en/of gehouden;
3.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van
1 januari30 oktober2015 tot
en met het 31 december30 oktober2018 te Aruba, opzettelijk met [slachtoffer 1] (
geboren op[geboortedatum]), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handeling
(en
)heeft gepleegd, bestaande uit
- het betasten van de borsten en
/ofbillen en
/ofvagina van die [slachtoffer 1];
Ten aanzien van [slachtoffer 2]
4.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van
1 januari30 oktober2015 tot
en met het 31 december30 oktober2018 te Aruba door geweld
of een andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid[slachtoffer 2] (
geboren op[geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die
(mede
)bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 2] aan haar borsten en
/ofbillen en
/ofvagina betast en
/of
- die [slachtoffer 2] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en
/ofin haar mond laten nemen en
/of
- de vagina van die [slachtoffer 2] gelikt
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 2] gebracht en/of gehouden,
en welk geweld
of die andere feitelijkheid en/of welke bedreiging met geweld of die andere feitelijkheidhierin heeft
/hebbenbestaan dat
hij, verdachte,
-
hij verdachtedie [slachtoffer 2] onverhoeds aan haar borsten en
/ofachterwerk en
/ofvagina heeft betast en
/of
- die [slachtoffer 2]
(op een bed
)heeft geduwd en
/of
- de kleren van die [slachtoffer 2] heeft uitgetrokken en
/ofuitgedaan
en
- die [slachtoffer 2] bij haar hoofd heeft vastgehouden teneinde zijn penis in de mond van die
[slachtoffer 1][slachtoffer 2]te brengen en
/of
- de benen van die [slachtoffer 2] heeft vastgehouden en
/ofis blijven houden;
5.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van
1 januari30 oktober2015 tot
en met het 31 december30 oktober2018 te Aruba met [slachtoffer 2] (
geboren op[geboortedatum]), die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die
bestonden uit ofmede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die
[slachtoffer 1][slachtoffer 2], hebbende hij, verdachte,
- die [slachtoffer 2] aan haar borsten en
/ofbillen en
/ofvagina betast en
/of
- die [slachtoffer 2] zijn, verdachtes, penis tegen haar mond gehouden en
/ofin haar mond laten nemen en
/of
- de vagina van die [slachtoffer 2] gelikt
en/of
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 2] gebracht en/of gehouden;
6.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van
1 januari30 oktober2015 tot
en met het 31 december30 oktober2018 te Aruba, opzettelijk met [slachtoffer 2] (
geboren op[geboortedatum]), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handeling
(en
)heeft gepleegd, bestaande uit
- het betasten van de borsten en
/ofbillen en
/ofvagina van die [slachtoffer 2].
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd; omwille van de leesbaarheid zijn ook wijzigingen aangebracht in de bewezenverklaring (
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsmiddelen
Indien tegen dit verkorte vonnis hoger beroep wordt ingesteld, worden de door het Gerecht gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring opgenomen in een aanvulling op het vonnis. Deze aanvulling zal vervolgens aan het vonnis worden gehecht.
Bewijsoverwegingen
De raadsman heeft bepleit dat de verdachte van de ten laste gelegde feiten zal worden vrijgesproken omdat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is. Hij heeft hiertoe - samengevat - aangevoerd dat de verklaringen van de twee minderjarigen onbetrouwbaar zijn omdat de verklaringen op essentiële punten onderling tegenstrijdig zijn.
Het Gerecht overweegt als volgt.
Betrouwbaarheid van de verklaringen
Het Gerecht is van oordeel dat de verklaringen van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] (hierna: de kinderen), gezien de specifieke details die door hen zijn verklaard, op authentieke wijze invulling geven aan hetgeen zij met de verdachte hebben ervaren. Het Gerecht acht de verklaringen van de kinderen betrouwbaar, nu zij op essentiële onderdelen en op detailpunten met elkaar overeenstemmen. Beide verklaringen komen overeen wat betreft de setting en de handelwijze van de verdachte. Als het gaat om de kern van de verklaringen, te weten dat het verdachte is geweest die de kinderen seksueel heeft misbruikt, zijn de verklaringen gedetailleerd en consistent. Dat er bij nauwkeurige vergelijking van de verklaringen verschillen zijn te constateren doet, gegeven de overeenstemming in de kern van de verklaringen, aan de betrouwbaarheid van de verklaringen niet af. Beide kinderen hebben op verschillende momenten (al dan niet ongevraagd), tegenover verschillende personen op hoofdlijnen gelijkluidend verklaard over het seksueel misbruik. Bovendien draagt bij aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van de kinderen de emoties van [slachtoffer 1] die de getuigen [getuigen] hebben waargenomen toen [slachtoffer 1] over het seksueel misbruik vertelde.
Voor beide kinderen geldt bovendien dat op geen enkele wijze is gebleken van een motief of aanleiding om jegens de verdachte (zijnde hun stiefopa) valse verklaringen af te leggen. Er bestaat geen spoor van aanwijzingen dat de kinderen, al dan niet onder druk van derden, hun verhaal zouden hebben verzonnen.
Al het bovenstaande in aanmerking nemend, ziet het Gerecht geen aanleiding om aan de geloofwaardigheid en de betrouwbaarheid van de verklaringen van de kinderen te twijfelen.
Steunbewijs
In het onderhavige geval is sprake van twee verklaringen van twee slachtoffers, die elkaar reeds over en weer op belangrijke punten ondersteunen, nu deze verklaringen in hoofdlijnen gelijkluidend zijn over de wijze waarop en waar het seksueel misbruik plaatsvond, alsmede de waargenomen seksuele handelingen die de verdachte bij de ander heeft verricht. Voorts wordt de verklaring van [slachtoffer 1] ondersteund door de verklaring van [getuige]. [getuige] is de oom van [slachtoffer 1]. Hij was op een dag in de pleegperiode aanwezig bij het huis van “oma”. Hij heeft verklaard dat hij de verdachte in de keuken heeft betrapt toen de verdachte tegen [slachtoffer 1] intiem aan het “wrijven” was.
Het Gerecht merkt ook de vaste ‘werkwijze’ van de verdachte aan als bewijsmiddel. In beide gevallen is sprake van misbruik van pre-puberale vrouwelijke familieleden, in de slaapkamer van de oma, telkens wanneer de oma van de kinderen bezig was met werkzaamheden in de crèche.
Gelet op het vorenstaande acht het Gerecht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het ten laste gelegde seksueel misbruik van de kinderen, zoals vervat in de bewezenverklaring.
Het verweer van de verdediging wordt derhalve verworpen.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van [slachtoffer 1]
Feit 1:
Verkrachting, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld bij artikel 2:197 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba,
Feit 2:
Met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld bij artikel 2:199 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba
Feit 3:
Opzettelijk met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld bij artikel 2:202, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.
Ten aanzien van [slachtoffer 2]
Feit 4:
Verkrachting, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld bij artikel 2:197 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba,
Feit 5:
Met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld bij artikel 2:199 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba
en
Feit 6:
Opzettelijk met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld bij artikel 2:202, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Oplegging van straf
Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte is te verwijten en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in de hierop gestelde wettelijke strafmaxima en in straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
De verdachte heeft zich langdurig schuldig gemaakt aan - kort gezegd - seksueel misbruik van zijn twee toen zeer jonge stiefkleinkinderen op de wijze zoals is bewezenverklaard. De verdachte heeft de slachtoffers seksuele handelingen opgedrongen die mede hebben bestaan uit het binnendringen van het lichaam van de slachtoffers. Hierdoor heeft de verdachte ernstig inbreuk gemaakt op de lichamelijke en psychische integriteit van de jonge slachtoffers. Het Gerecht rekent de verdachte zwaar aan dat de verdachte beide slachtoffers in een huiselijke omgeving seksueel heeft misbruikt, in casu het huis van hun oma (tevens woonplaats van de verdachte), waar zij zich na school veilig hadden moeten kunnen voelen.
Dit zijn ernstige strafbare feiten, te meer nu de dader de stiefopa van de minderjarige slachtoffers is. De verdachte heeft op grove wijze het vertrouwen dat de kinderen in hem als stiefopa stelden, geschonden. Uit het dossier noch het verhandelde ter zitting blijkt dat de verdachte zich bewust is van de schade die zijn handelen aan de kinderen kan hebben toegebracht. Het is van algemene bekendheid dat kinderen die op jonge leeftijd worden onderworpen aan seksuele handelingen van de soort zoals bewezen verklaard, psychische, lichamelijke en emotionele schade kunnen oplopen, die hun verdere ontwikkeling ernstig kan schaden. Deze delicten behoren voorts tot de categorie strafbare feiten die een ernstige inbreuk maken op de rechtsorde en gevoelens van onrust in de samenleving teweegbrengen.
Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet op de ernst van het bewezen verklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt.
In dat verband dient aansluiting te worden gezocht bij de oriëntatiepunten straftoemeting, waarin het gebruikelijke rechterlijke straftoemetingsbeleid van het Hof en de Gerechten in eerste aanleg zijn neerslag heeft gevonden. Daarbij is in de oriëntatiepunten aangegeven dat de jonge leeftijd van het slachtoffer, het meermalen plegen, de lange duur en misbruik van overwicht of vertrouwen strafverhogend zijn. In casu gaat het om twee slachtoffers.
Voorts houdt het Gerecht rekening met het feit dat de verdachte ter terechtzitting geen blijk heeft gegeven het laakbare van zijn handelen in te zien.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat een gevangenisstraf van na te noemen duur passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.
In beslag genomen voorwerp
Aan de orde is voorts het onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerp, te weten een mobiele telefoon.
Niet in staat te beslissen
Het Gerecht acht zich niet in staat te beslissen omtrent de onder de verdachte in beslag genomen mobiele telefoon waarin vermoedelijk kinderporno is aangetroffen.
Artikel 397, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering van Aruba (hierna: Sv) bepaalt dat het Gerecht de teruggave van de in beslag genomen voorwerpen gelast voor zover deze niet worden verbeurd verklaard of onttrokken aan het verkeer, tenzij het Gerecht verklaart tot het afgeven van een zodanige last niet in staat te zijn.
Het Gerecht overweegt dat daarvan in dit geval sprake is. Weliswaar wordt de verdachte wegens strafbare feiten veroordeeld, maar het in beslag genomen voorwerp heeft met die feiten geen relatie en kan evenmin dienen tot het begaan of de voorbereiding van soortgelijke feiten dan wel tot de belemmering van de opsporing daarvan. Daarom kan het desbetreffende voorwerp niet worden verbeurd verklaard of onttrokken aan het verkeer.
Gelet op het vorenstaande zal het Gerecht op dit punt geen beslissing nemen en verklaren dat het tot het geven van een last tot teruggave niet in staat is.
Schadevergoeding
De vader van het slachtoffer [slachtoffer 1], [benadeelde partij], heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt Afl. 7.500,- aan immateriële schade en Afl. 75,- aan materiele schade in verband met de kosten voor de brief van de psycholoog. Verder heeft de benadeelde partij verzocht om vergoeding van de proceskosten tot een bedrag van Afl. 385,-.
De verdediging heeft de vordering betwist.
Immateriële schade
De vordering is, gelet op de omschrijving van immateriële schade bij de dochter opgetreden, daarop gebaseerd, waarbij de vader kennelijk als vertegenwoordiger van de dochter optreedt. Uit het onderzoek ter terechtzitting is het Gerecht genoegzaam gebleken dat de dochter van de benadeelde partij als gevolg van het onder 1, 2 en 3 bewezenverklaarde immateriële schade heeft geleden tot een bedrag van Afl. 5.000,-. Het Gerecht acht dit bedrag redelijk. De verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden, zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 oktober 2023 zijnde de datum van indiening van de vordering en onder oplegging van de schadevergoedings-maatregel.
Het Gerecht is van oordeel dat de vordering van de benadeelde partij voor wat betreft de immateriële schade voor het overige niet van zo eenvoudige aard is dat deze zich leent voor beslissing in de strafzaak. De benadeelde partij kan daarom in zoverre niet worden ontvangen en dat deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Materiële schade
In de door de benadeelde partij overgelegde brief van de psycholoog [psycholoog] van 14 september 2023 staat het volgende:
“The reason for consultation is the parent-child relationship problem”. Het Gerecht is, gelet daarop, van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de schade waarvan vergoeding wordt gevorderd rechtstreeks verband houdt met het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde. Het gevorderde dient de benadeelde partij derhalve te worden ontzegd.
Proceskosten
Nu de vordering van de benadeelde partij in overwegende mate zal worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op Afl. 385,- en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf en maatregel zijn, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:62, 1:58, 1:78, 1:133 en 1:136 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor bewezen geacht, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
vijf (5) jaren en zes (6) maanden;
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
verklaart ten aanzien van de in beslag genomen mobiele telefoon, die niet voor verbeurdverklaring en onttrekking aan het verkeer vatbaar is, dat het Gerecht tot het geven van een last tot teruggave niet in staat is;
wijst de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij geleden immateriële schade toe tot een bedrag van
Afl. 5.000,- (zegge: vijfduizend florin),vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 27 oktober 2023 tot aan de dag van de voldoening, en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij;
verklaart de benadeelde partij in de vordering ten aanzien van de immateriële schade voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat deze de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
wijst de vordering van de benadeelde partij ten aanzien van de materiele schade af;
veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij [benadeelde partij] gemaakt, tot op heden begroot op Afl. 385,-, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken;
legt aan de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partij de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
Afl. 5.000,- (zegge: vijfduizend florin), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door 12 (twaalf) maanden hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 oktober 2023 tot aan de dag van de voldoening;
bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan het Land daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan het Land in zoverre komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. E.M.D. Angela, bijgestaan door mw. M.E. Kelly, (zittingsgriffier), en op 17 november 2023 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Aruba.
uitspraakgriffier: